Het begint met onaangename en niet te verklaren pijn in de buik en op de borst bij Jeroen van Merwijk na een optreden in De Kleine Komedie in december 2019. De oudejaarsvoorstelling in liedvorm is getiteld: Was volgend jaar maar vast voorbij. Een ironische titel. Later bleek de titel nóg ironischer en wranger dan Van Merwijk had bedacht toen hij aan het schrijven was.

Van Merwijk (1955) belt de dokter, wat hij eigenlijk nooit doet, maar hij voelt dat er iets echt niet in orde is: ‘Het komt in de familie voor – mijn zusje heeft kanker gehad – ik heb de kankergerechtigde leeftijd al een poosje bereikt en het zou een logische ‘kers op de taart’ zijn van mijn ietwat moeizame aardse bestaan.’

Na een reeks van onderzoeken wordt begin van dit jaar het vonnis uitgesproken door de oncoloog. Darmkanker die is uitgezaaid naar de lever. Het heeft geen zin om te opereren, omdat de kankercellen zich al over het lichaam hebben verspreid. Als de kanker met chemokuur wordt behandeld heeft de patiënt hooguit nog twintig maanden te leven.

De meeste gewone stervelingen zullen dan, ongeacht de leeftijd, uitbarsten in huilen, kwaad worden of hopen dat een nieuw onderzoek een andere uitkomst oplevert. Maar Jeroen van Merwijk denkt bij zichzelf: ‘Hèhè, eindelijk van al dat gezeik af.’ Het is een van de meest opmerkelijke zinnen in het boek Kanker voor beginners. Een handleiding kanker volgens de methode van Van Merwijk. Daarin beschrijft Van Merwijk heel minutieus welke medische stappen allemaal gezet worden zowel voor als na de fatale boodschap. Dat lezen we in korte hoofdstukken met titels als ‘Bij de dokter’, ‘De uitslag’, ‘Het AVL’, ‘De CT-scan’, ‘De leverpunctie’, ‘De laxatie’, ‘De coloscopie’ en ‘De kuur’.

Maar wat de lezer vooral raakt is de manier waarop Van Merwijk met zijn ziekte omgaat. Dat is met zorg en liefde voor zijn naaste omgeving, met name zijn vrouw, tweelingbroer en moeder. Maar ook berustend en nuchter en zonder zijn gevoel voor humor te verliezen. Het boek wijkt in stijl niet af van de liedteksten en boeken die Van Merwijk heeft geschreven. Nergens larmoyant, geen grammetje zelfbeklag. Hoe krijgt hij het voor elkaar.

Van Merwijk behoort al tientallen jaren tot de top van het liedtekstgilde. In 2008 maakte hij met Kees Torn, Maarten van Roozendaal en Theo Nijland het programma De Bende van Vier. De vier grootheden speelden een aantal keren in De Kleine Komedie en de voorstelling werd zowaar door de VARA op tv uitgezonden, ook al heeft men bij die omroep nooit veel belangstelling getoond voor zingende kleinkunstenaars, uit angst voor wegzappende kijkers. Als een artiest niet regelmatig met zijn theaterprogramma’s op tv verschijnt betekent dat in feite dat hij niet veel verder zal komen dan de kleine zalen. De enige keren dat Van Merwijk wél op het podium van de grote zalen stond, was aan de zijde van zijn vriend en tijdelijke comeback kid Harrie Jekkers.

Ondanks de hoge kwaliteit heeft Van Merwijk dus altijd moeten sprokkelen. Voordat de oncoloog het vonnis heeft uitgesproken, mijmerde Van Merwijk:

De theaterzalen zijn de afgelopen jaren op veel plekken meer leeg dan vol en ik vraag me af of er in de cabaretwereld nog wel een plaatsje voor me is. En als dat niet zo is: waar moet ik dan van leven? Ik kan wel van alles: schilderen, schrijven, tekenen, liedjes maken en televisieprogramma’s bedenken, maar alles wat ik de afgelopen tijd heb bedacht en aan de omroepen heb voorgesteld, is op hoongelach onthaald, voor zover er überhaupt op is gereageerd. Ik realiseer me dat ik op mijn retour ben en hoewel dat bij het leven van een artiest hoort, is het toch geen prettige constatering. Als het zo doorgaat, kan ik de hypotheek van het huis in Utrecht binnenkort niet meer betalen. Dan moeten we gaan verhuizen naar Frankrijk, waar ik een optrekje heb dat weliswaar in bedenkelijke staat verkeert, maar wel is afbetaald. Waarvan we dan moeten leven is volstrekt onduidelijk. Het leven lacht me, kortom, eventjes niet echt toe.

Dan klinkt de reactie ‘Hèhè, eindelijk van al dat gezeik af’ toch iets minder vreemd, ook al geniet Van Merwijk vrijwel elke dag die hem nog rest van het schilderen in zijn huis in Frankrijk. Ook is hij verheugd over de aandacht die hij opeens heeft gekregen. Twee uur radiotijd in de zomereditie van Spijkers met Koppen voor de VARA en interviews in alle grote kranten. Op tv is Van Merwijk te zien geweest in een aflevering van de serie Volle Zalen van Cornald Maas, die niet is ingegaan op de suggestie van Van Merwijk om die aflevering voor de verandering Lege Zalen te noemen.

Maar over die aandacht heeft Van Merwijk ook wel relativerende gedachten:

Het heeft iets, hoe moet ik het zeggen, iets onsportiefs. Alsof je een wedstrijd wint zonder zelf te hebben gescoord. Omdat de tegenstander de bal in eigen doel heeft geschoten, zoiets. Ik bedoel het volgende: het allerliefst krijg je natuurlijk aandacht omdat je iets geweldigs hebt gepresteerd. Omdat je een medicijn tegen stompzinnigheid hebt uitgevonden, bijvoorbeeld. Of een auto die op plastic soep rijdt en die melk geeft. (..) Maar laten we eerlijk zijn, kanker krijgen kan iedereen. Ik zou bijna zeggen: de eerste de beste boerenlul kan kanker krijgen. Het is nou niet direct een prestatie en het is goedbeschouwd niet iets om iemand voor in het zonnetje te zetten. Het is eigenlijk net zo raar als het huldigen van mensen die honderd jaar oud zijn geworden. Ik bedoel, dat is toch helemaal geen prestatie, honderd jaar oud worden? Je gaat op een stoel zitten en dan ga je wachten tot je honderd jaar wordt. (..) Als je het zo bekijkt, is kanker krijgen de sterfelijke variant van honderd jaar worden.

Nadat het stof van de mededeling goed was nedergedaald heeft Van Merwijk nog plannen gemaakt voor een nieuwe theatervoorstelling en als hem de tijd daarvoor nog gegund zou worden dacht hij zelfs nog aan een boekvervolg, Kanker voor Gevorderden. Beide ideeën zijn inmiddels overboord gezet.

Misschien vergaat het Van Merwijk zoals het vaak met grote kunstenaars gaat: het schilderwerk (Van Merwijk was ongelooflijk productief) en de boeken (die van Van Merwijk vullen een behoorlijk plankje) worden na het overlijden van de kunstenaar pas goed gewaardeerd en pas dan is men bereid om de portemonnee te openen. Daar hoort dan de waardering voor het opmerkelijke, ironisch informatieve en ja ook troostvolle Kanker voor beginners zeker bij.

Kanker voor beginners. Een handleiding kanker volgens de methode van Van Merwijk van Jeroen van Merwijk. Uitgeverij Thomas Rap, 159 pagina’s, € 19,99.