Jeugdtheater dat kinderen bestookt met een stortvloed aan prikkels is er te over. Maar met Sneue gevallen maakt Theater Sonnevanck jeugdtheater over het juist niet goed om kunnen gaan met al die prikkels. En slaagt daar op indrukwekkende wijze in met drie geweldige spelers en slimme beeld- en geluidseffecten.

Ieder mens is gevoelig voor externe prikkels. Maar Bram is daar wel heel erg gevoelig voor. Het wordt hem snel te veel, veel te veel. Bram kan niet tegen harde geluiden, felle kleuren, boze mensen, aanrakingen en het weer. Daarom gaat hij nooit naar buiten, en leeft beschermd in zijn fluffy snoezelkamer die zijn vader heeft uitgevonden. Maar als zijn idool Jan de Survival-Man – ‘de man die alles voor elkaar krijgen kan!’ – in de straat op bezoek komt én hij zijn ouders niet teleur wil stellen, stapt hij over de drempel.

Niet alleen natuurlijk. Bram neemt zijn beste vriend Phil mee. Phil is alles wat Bram niet is en letterlijk zijn rots in de branding: altijd en eeuwig stabiel, zonder emoties, prikkelarm. Phil is dan ook een stuk steen aan een touwtje. Vader Richard heeft bovendien een berenhelm, een speciale bril, een koptelefoon die geluiden binnenstebuiten keert én een eiföhn uitgevonden, waarmee Bram om de tien minuten naar huis kan bellen, al belt zijn overbezorgde vader hem eerder.

In wat volgt blijkt de tocht naar Jan de Survival-Man al snel meer een survivaltocht dan de uiteindelijke ontmoeting met Jan zelf. Emoties liggen immers overal op de loer, van de kriebels van een verliefd buurmeisje tot de woede-uitbarsting van een gestreste zakenvrouw, wat voor Bram overkomt als een gevecht uit Star Wars. Eén voor één moet Bram zo zijn grootste angsten overwinnen.

Door middel van ingenieuze, live gecreëerde geluidseffecten horen we het verschil tussen hoe ‘wij’ geluiden ervaren en hoe die bij Bram binnenkomen. ‘Hebben jullie daar dan geen last van?’ vraagt Bram het publiek verbaasd. Nog indrukwekkender is de wijze waarop de kortsluiting in Brams hoofd wordt gevisualiseerd in het eenvoudige maar zeer effectieve decor van Calle de Hoog. Om te tonen wat in zijn hoofd bij te veel prikkels in een fractie van een seconde allemaal gebeurt, krijgen we dan alles in slowmotion te zien.

Bij dit alles valt in de regie van Karlijn Kistemaker ook veel te lachen. Om de absurde dialogen van Leon Brill die vanuit Brams perspectief volkomen logisch zijn en om de knotsgekke uitvindingen van vader Richard. Om de komische uitvergroting van de zakenvrouw, of de straatwerker die keihard ‘Nessun dorma’ zingt en vooral om Jan de Survival-Man. Als een soort op hol geslagen Freek Vonk – ‘Drink dit kid, het is pis, survivallen begint bij jezelf!’ – is hij zo over de top dat hij bijna sneu wordt. Nou moet je hem ook vooral niet te serieus nemen, vertelt zijn oma, wat leidt naar een soort eind goed al goed, compleet met ministerie van sneue gevallen.

Subtiel graaft de voorstelling daarbij ook dieper. Toont ouders dat ze al te beschermend kunnen zijn, laat zien hoe een geïrriteerde reactie na een lange werkdag op kinderen agressief en boos kan overkomen. Tegelijkertijd laat Sneue gevallen kinderen en ouders zien dat we allemaal prikkelbaar zijn, dat dit niet meteen ‘hoog sensitief’ of uniek is. Allemaal hebben we rust en stilte nodig. Dat kan een ruimte zonder prikkels zijn, maar in plaats van een snoezelkamer volstaat ook gewoon even liggen op een toneelvloer. We zijn immers allemaal sneue gevallen én bijzonder.

Bijzonder zijn zeker Yara Alink en Freek den Hartogh die niet alleen Brams overbezorgde ouders overtuigend neerzetten, maar ook alle andere personages, terwijl Sophie Höppener Bram op ontwapenende wijze speelt. Vast staat dat we ze nog veel vaker gaan zien. En dan weer op geheel andere wijze worden geprikkeld.

Foto: Sanne Peper