Illegaal in Nederland betekent geen papieren en dus vaak zwaar en geestdodend werk voor een hongerloontje, geen recht op een huis, geen verzekering en ook geen pasje voor de voedselbank. De ongedocumenteerden wonen in kelders, op balkons, in auto’s en op straat. Onzichtbaar voor de officiële instanties, maar de Amsterdamse theatergroep Parels voor de Zwijnen geeft ze wel een gezicht in de voorstelling De Koningin van de Voedselbank.

Parels voor de Zwijnen maakt al bijna twintig jaar theater over de tweedeling in de stad, de kloof tussen arm en rijk, die maar niet gedicht schijnt te kunnen worden. Kinderen worden zonder eten naar bed gestuurd, en dat is niet voor straf. In 2018 belichtte de voorstelling De koningin van de voedselbank de schrijnende armoede onder een deel van de bewoners van Amsterdam Noord. Nu is onder leiding van Saskia Huybrechtse, de artistieke spil van het gezelschap, een versie over Amsterdam Zuidoost gemaakt. Deze voorstelling is, gezien de 140 nationaliteiten die men in dat stadsdeel aantreft, letterlijk en figuurlijk nog wat kleurrijker dan de eerste editie.

De voorstelling is een mix van ervaringen die door buurtbewoners worden verteld en verzonnen (en gelukkig ook behoorlijk geestige) verbindingsteksten van Huybrechtse die door drie professionele acteurs worden gespeeld. Sjon (vaste Parels-acteur Rogier Schippers) is eindelijk uit de schuldsanering en organiseert als nieuwe coördinator van de voedselbank een surpriseparty met een driegangendiner en muziek voor Maureen Hubbard en Leila Azzam. ‘Oh, ik dacht dat het om een blind date ging, maar nu ik om me heen kijk is dat gelukkig niet zo.’ Zij zijn de werkelijke oprichters van Carabic, een alternatieve voedselbank, waar ook de ongedocumenteerden in Amsterdam Zuidoost hun voedselpakket kunnen ophalen. De coronacrisis heeft de akelige noodzaak van de voedselbank nog eens extra versterkt.

De bezoekers van de voorstelling in het Bijlmermuseum (voorheen buurthuis De Nachtegaal), die vooraf een gratis rondleiding door het gebied rond metrostation Ganzenhoef kunnen krijgen, worden gescheiden van hun eventuele partners/vrienden aan tafels geplaatst. Zij worden vervolgens door middel van vragen over koken, kleding en geluk nader tot elkaar gebracht. Tussen de gangen door (pompoensoep, roti met kip en een stukje taart) horen we het relaas van een man die vruchteloos uit de schuldsanering probeert te komen, maar zijn schuld door rente op rente en extra boetes alleen maar ziet groeien. Hij komt aan het slot van zijn verhaal nauwelijks meer uit zijn woorden van droefheid.

Een Nederlandse arts op Bonaire raadt een zwangere vrouw aan om naar een ziekenhuis in Nederland te gaan, omdat hij een moeizame bevalling vreest. Dat laatste klopt, maar de voorspelling dat haar zoontje als gevolg van zuurstofgebrek bij de bevalling niet zal kunnen lopen, fietsen of hinkelen klopt niet. Zij ziet het ventje als een geschenk van God, maar zij moet wel al haar bezittingen op Bonaire verkopen om het jochie in Nederland een leefbaar leven te bezorgen en is ook inmiddels op de voedselbank aangewezen.

Ook de 35-jarige Souleymane, die twintig jaar geleden door zijn familie in Niger (‘de regen is al verdampt voordat het de aarde raakt’) naar Nederland is gestuurd, is nog steeds illegaal en wacht onder naargeestige omstandigheden op een teken van God waardoor zijn situatie eindelijk verbeterd kan worden. Het zijn intens droevige verhalen over een harde samenleving, die door particuliere initiatieven nog enigszins dragelijk wordt gemaakt.

De rol van godsdienst – de kerkdichtheid ligt in dit stadsdeel beduidend boven het nationale gemiddelde – wordt in een mooi en fel gespeeld twistgesprek tussen de acteurs Jeritza Toney en Maikel van Hetten scherp belicht. Hij vindt dat je altijd op God moet vertrouwen dat het goed komt en zij wil niets meer met de kerk te maken hebben, nadat haar moeder door een zogenaamd hulpvaardige maar al te opdringerige pastor lastig werd gevallen. Nee, God helpt niet, je moet het zelf doen. De scène geeft de amateur-reality show (die door Amsterdammers met een Stadspas met groene stip voor slechts 5 euro inclusief maaltijd kan worden bezocht) een sterke theatrale twist.

Nadat Jeritza Toney de twee voedselbankvrouwen, ondersteund door een pittig bandje, heeft toegezongen wordt de eetzaal een danszaal. Het blijkt toch echt te kloppen: muziek en eten verbroedert.

Foto: Marline Steeman