Links elitair Nederland was diep verontwaardigd: Moet dat nou? Dat glittergoochelaartje Hans Klok met die overdreven wapperende haren en half open overhemd in Zomergasten? In die deftige VPRO-etalage moet toch een auteur van vuistdikke boeken of een spraakmakende socioloog zitten? Het gesprek met presentator Janine Abbring werd echter een doorslaand succes. Hans Klok had veel moois te vertellen over zijn interessante beroep en leven.

Na die zeer geslaagde tv-avond stonden de uitgeverijen en schrijvers bij Klok in de rij. Uiteindelijk viel de keuze op Marcel Langedijk, die al eerder biografieën van Gordon en Najib Amhali schreef, om het leven van Klok te beschrijven. Klok nam tegenover zijn biograaf geen blad voor de mond en Langedijk heeft een smakelijke pen, maar toch heeft Hans Klok. Het leven achter de illusie helaas de diepte van de VPRO-avond niet gehaald.

Van de beroepskeuze van jonge kinderen (brandweerman, astronaut, prinses) blijft doorgaans weinig over bij het bereiken van de jaren des onderscheids. Voor de jonge Hans Klok (Purmerend, 1969) stond zijn bestemming al vroeg in steen gebeiteld: Ik word goochelaar. School interesseerde hem geen fluit. Hij is meerdere keren op de middelbare school blijven zitten, kende een mislukte tijd op de grafische school in Amsterdam en ook de moedermavo was een kort experiment. Maar ja, op zijn zestiende verdiende hij al aardig met optredens en ook zijn ouders gingen ervan uit dat het wel goed zou komen met die goochelzoon.

Klok zag zichzelf als de toekomstige opvolger van meervoudig wereldkampioen goochelen Fred Kaps, die zo beroemd was dat hij in 1964 in de legendarische Ed Sullivan Show mocht optreden, nog wel in dezelfde uitzending waarin The Beatles hun debuut maakten op de Amerikaanse televisie. Na goochelaar kwam daar de vergrotende trap bij: Illusionist. Of zoals hij zichzelf noemt in de overtreffende trap: The Worlds Fastest Illusionist. In China werd hij abusievelijk een keer als The Worlds Fattest Illusionist aangekondigd.

In Nederland wordt meestal met een bedenkelijke frons gereageerd op mensen die zich wat al te hard op de borst slaan. Maar Hans Klok heeft in de Verenigde Staten geleerd dat je je eigen kwaliteiten vol trots mag uitventen. En laten we wel wezen, er is geen speld tussen te krijgen. Hans Klok behoort tot de absolute wereldtop in zijn beroepsgroep. Zijn spectaculaire verdwijnacts zijn weergaloos en het met zwaarden doorboren van zijn assistenten blijft mysterieus en griezelig.

Maar hij heeft ook wonderschone subtiele stukken op zijn repertoire staan, zoals de zwevende gloeilamp. En daarnaast is hij het kleine goochelwerk met kaarten en duiven ook niet verleerd en is hij ook nog geestig, vooral als het gaat om kleine verwijzingen naar zijn homoseksualiteit. ‘Zo’n voorvechter zoals Albert Mol of Jos Brink’, is hij echter naar eigen zeggen nooit geweest. ‘Ik hoef de barricaden niet op.’

Zijn grote held Houdini leeft niet meer en nadat Roy Horn van het befaamde Duitse illusionisten duo Siegfried & Roy in 2003 in Las Vegas door een van zijn tijgers was aangevallen, was die concurrentie ook verdwenen. Hoewel Klok het duo nooit in die termen heeft genoemd, want hij bewonderde ze enorm en hij was er trots op dat die twee hun Hollandse collega tot hun vriend rekenden.

Op zijn tiende verjaardag kreeg Hans Klok zijn lang gewenste goocheldoos van een tante, en begon hij met optreden op verjaardagsfeestjes van vriendjes en vriendinnetjes. Twee jaar later was hij Nederlands jeugdkampioen en weer twee jaar verder kwam daar de Europese titel bij. Terwijl zijn faam buiten Nederland in rap tempo groeide, brak hij pas in Nederland in 1993 door na zijn optreden in de André van Duin Revue.

Bij alle stappen voorwaarts werd hij bijgestaan door zijn vader die ongelooflijk handig was in het in elkaar zetten van de benodigde attributen. Klok heeft nooit trucs verzonnen, maar bestaande (en duur betaalde) trucs wel uitgebreid met behulp van zijn vader.

De dood van zijn vader in 2002 en kort daarop ook van zijn assistente Nathalie Hoop heeft hem bijna geknakt of hem in ieder geval een tijd een minder aangenaam persoon gemaakt. Het moordende contract in de Efteling met maanden achter elkaar geen dag vrij, maakte hem bijna gek. Vooral die kinderen met een Efteling-abonnement, die de show zo vaak zagen dat ze de tekst van Klok gingen voorzeggen, werkten op zijn zenuwen. ‘Hé, ik weet mijn eigen tekst wel hoor, stelletje klerelijers.’ De volgende dag kreeg hij een brief van de directie waarin stond dat het woord ‘klerelijer’ niet in hun vocabulaire voorkwam.

Na de dood van zijn vader en Nathalie ging hij nog intenser leven dan hij al had gedaan. Een belangrijke plek in het boek is natuurlijk gereserveerd voor Las Vegas, de megalomane prethoofdstad van de Verenigde Staten. Klok heeft er in 2007 een lange serie gespeeld met assistente Pamela Anderson, een periode die bol stond van de seks en drugs en rock ’n roll. In 2020 verhuisde hij nogmaals naar Las Vegas, met de bedoeling om daar tien jaar te blijven. Covid maakte een eind aan die droom. Na de pandemie pikte Klok de draad weer op in Europa.

Klok is een keiharde werker, die vaak meerdere shows per dag doet en ook nog op verschillende locaties. Zo heeft hij momenteel naast zijn reizende circus Hans Klok & Friends ook een contract met The Harbour Club, een tamelijk protserige Amsterdamse nachtclub aan het IJ. Daarover zegt Klok zonder zich in te houden: ‘Wel leuk voor de afwisseling, die Harbour Club. Het circus is toch vooral familie-entertainment, maar hier komt een heel ander publiek op af. Poenerige types. Tikkie doorgesnoven mannen in strakke overhemden en vrouwen met neptieten, heel korte rokjes en plakwimpers. Beetje porno. Beetje fout. Als de ene tafel een fles van tweeduizend euro bestelt, laat de tafel ernaast er meteen eentje van drie mille aanrukken. Dan weet je het wel. Maar tegelijkertijd ook zo ontzettend leuk.’

Langedijk beschrijft de hoogtepunten, zoals Kloks optreden voor een miljoenen tv-publiek tijdens de loting van het wereldkampioenschap voetbal 2006, zijn Zilveren Clown op het befaamde Circusfestival in Monte Carlo en natuurlijk de eerste serie in Las Vegas. Daarnaast komen ook de dieptepunten aan bod, zoals zijn miljoenenschuld toen hij wat al te grootschalig bezig was en de sterfgevallen in zijn omgeving.

Ook heeft Klok een aantal stevige blessures opgelopen – het beroep illusionist is topsport, en soms behoorlijk gevaarlijk – maar natuurlijk gold ook voor Klok dat de show altijd door moest gaan, zelfs met een gebroken enkel. Klok is de vijftig gepasseerd en de kleine fysieke gebreken dienen zich aan. Om zijn weelderige haardos te kunnen showen moet hij zo nu en dan even langs bij de haarimplantaat-kliniek en hij moet aan zijn gewicht denken. ‘Het ziet er allemaal nog best goed uit. Met dank aan goed licht en veel make-up. En corrigerend ondergoed. Daar kom ik voorlopig een heel eind mee.’ En hij heeft nog plannen zat. Zo hoopt hij dat Cirque du Soleil een keertje belt en een serie op West End zou ook mooi zijn.

Terwijl Janine Abbring in de VPRO-studio de structuur van het gesprek goed in de gaten hield, heeft Marcel Langedijk zich laten leiden door het heen en weer schietende geheugen van Klok. De illusionist associeert er stevig op los, waardoor het boek tamelijk ongecontroleerd en behoorlijk verwarrend door de chronologie fladdert. Daarnaast is het ook vaak onduidelijk of Klok zelf aan het woord is of de biograaf die vanaf mei 2022 ruim een jaar op Kloks lip heeft gezeten. En wat is het jammer dat in een biografie met zoveel namen uit de amusementswereld geen namenregister is opgenomen. Twee bladzijden extra en het zou meteen een handig illusionistennaslagwerkje zijn geworden.

Hans Klok. Het leven achter de illusie van Marcel Langedijk is uitgegeven door Thomas Rap, 256 pagina’s, € 22,99