Lisa Ostermann is de grote winnaar van het Leids Cabaret Festival 2020. Zij behaalde gisterenavond in de Leidse Schouwburg grand slam door zowel de vakjuryprijs, de publieksprijs als de studentenprijs (van vier Leidse studentenverenigingen) in de wacht te slepen. Dat was niet echt een verrassing, want in de matige finale, die grappig onderkoeld gepresenteerd werd door Thomas van Luyn, stak zij met kop en schouders uit boven de twee andere finalisten.

Ofschoon het de morele plicht van een vakjury van een amateurfestival is om te zeggen dat het een hele moeilijke beslissing is geweest om tot de winnaar te komen, zal het de jury niet echt veel moeite hebben gekost om de winnaar aan te wijzen. Lisa Ostermann toonde zich een zeer veelzijdige cabaretière, die fysiek helemaal los kan gaan, scherp maatschappelijke ideeën kan analyseren, prettig onbenullige grapjes kan maken en buitengewoon gevoelige liedjes kan schrijven.

Met name haar lied in het ‘Ne me quitte pas’-genre is van grote schoonheid. Ook liet zij zien haar zenuwen onder bedwang te hebben als er technisch iets fout gaat. Dat gebeurde in haar finale-act tweemaal, en beide keren ging zij daar zeer ontspannen en zelfs humoristisch mee om.

De jury, onder leiding van Marloes Hakvoort (programmeur Het Speelhuis in Helmond) zei over haar: ‘Lisa Ostermann had vanaf seconde één iedereen in de ban. Ze was creatief met taal, zang, rap, dans, humor en zelfs haar haar. Elke zin, elke blik, elk gebaar zat op de juiste plaats. Lisa bespeelde haar publiek perfect en kwam zo moeiteloos weg met de schijnbaar bruuske overgangen tussen muziek en gesproken woord. De grappen die daarbij hoorden waren scherp en nieuw. Wat conventioneel lijkt in deze voorstelling blijkt telkens een opstapje naar een verrassend moment, een onverwachte wending of humor uit een vreemde hoek. Lisa had ook de beste liedjes van het deelnemersveld, soms grappig, soms ontroerend.’

Het thema van het festival dit jaar was ‘navelstaren tot kunst verheven’, een knipoog naar de ‘oude, verzuurde recensenten’ (citaat van Thomas van Luyn), die de afgelopen jaren niet veel plezier hebben beleefd aan de eenzame zielen op het podium, die niet verder kwamen dan hun eigen vierkante meter.

De publieksprijs was dan ook een in gips gegoten navel. Dat navelstaren gold voor Lisa Ostermann zeker niet. Zij bleef weliswaar dicht bij zichzelf met haar verhaal over de lastige middelbareschooltijd in het chique Amsterdam Zuid, het ongemakkelijke gevoel van de dochter van gescheiden ouders op de papa-dag, en een tenenkrommend kerstdiner met haar stiefvader, aanhanger van Baudet, en haar vriend die niet weet waar hij is terechtgekomen. Spannend en geestig cabaret. Lisa Ostermann is met haar frêle gestalte een stevige persoonlijkheid.

Naast Ostermann staken Thjum Arts en De Vriendendienst, bestaande uit frontman Yuri Disseldorp en gitarist Peer Thielen, wat bleekjes af, ook al zorgden adhd’er Disseldorp en Thielen voor heel wat beweging en decibellen. Arts kwam zo nu en dan wel met aardige oneliners, zoals ‘Er is een tekort aan aandacht en een overschot aan advies’, maar zijn verhaal over de autonome persoon was nogal fragmentarisch en ook wel wat ongefundeerd hoogdravend. Disseldorp vertelde dat het medicijn ritalin ‘vrolijke enthousiaste kinderen verandert in een Maarten van Rossem’ en ook zijn slotlied over eenzaamheid was mooi, maar het was allemaal te mager.

Het was goed dat Lisa Ostermann de avond afsloot. Iedereen zal het ongetwijfeld eens zijn met de slotopmerking van Marloes Hakvoort: ‘De jury kijkt reikhalzend uit naar haar eerste voorstelling.’

Foto Lisa Ostermann: Elspeth de Jong