LeineRoebana krijgt alsnog geen subsidie van het Fonds Podiumkunsten voor de periode 2017- 2020. De rechtbank Amsterdam constateerde vorig jaar ‘zorgvuldigheids- en motiveringsgebreken’ in het negatieve fondsbesluit voor het dansgezelschap, maar stemt nu in met een aanvullend advies van het fonds. 

Op 1 augustus 2016 maakte het Fonds Podiumkunsten bekend dat de aanvraag van LeineRoebana voor een meerjarige activiteitensubsidie voor de periode 2017- 2020 niet zou worden gehonoreerd. Het gezelschap voor hedendaagse dans, dat al 25 jaar geleid wordt door choreografen Andrea Leine en Harijono Roebana, diende tegen dit besluit een bezwaarschrift in, dat door het fonds ongegrond verklaard werd. Tegen dit besluit is het gezelschap vervolgens bij de rechter in beroep gegaan.

Dat beroep werd wel gegrond verklaard door de Rechtbank Amsterdam, die het oorspronkelijke subsidiebesluit vernietigde en het fonds in de proceskosten veroordeelde. De rechter beaamde in een tussenvonnis de klacht van LeineRoebana dat het fonds zich in zijn advies over het ondernemerschap van het dansgezelschap gebaseerd had op onjuiste gegevens. De voorstelling GhostTrack, die een substantiële rol bij het oordeel over de artistieke kwaliteit speelde, bleek door de commissieleden niet meer gezien tussen 2013 en 2016 (de voorstelling ging in 2011 in première). De rechter vroeg het FPK vervolgens om een aanvullend advies met betere uitleg (en zonder verwijzingen naar GhostTrack). Het Fonds vroeg zijn adviescommissie daarop om een reactie. In een nader advies heeft die commissie een uitgebreide toelichting gegeven, maar liet de waardering van de artistieke kwaliteit en het ondernemerschap onveranderd.

Het gezelschap beraadt zich nog om tegen het nieuwe advies in hoger beroep te gaan. Dat kan tot 13 juli. ‘Het is toch vreemd dat er zo veel gegevens aangepast moesten worden, maar de besluitvorming onveranderd blijft’, zegt choreograaf Andrea Leine. De zaak laat haar met een dubbel gevoel achter. ‘Wij voelen ons door de rechtbank gehoord en erkend, omdat onze eer zowel op artistiek als op zakelijk vlak is hersteld. Tegelijk trekken we wat de subsidie betreft voor nu toch aan het kortste eind.’ Het gezelschap hoopt dat het fonds ‘in de toekomst grotere zorgvuldigheid zal betrachten bij haar besluitvorming, gezien de grote impact van dit soort besluiten op de sector. Het is toch onvoorstelbaar dat een overheidsfonds makers zo behandelt.’

Het fonds zelf wil geen grote consequenties aan de rechtszaak verbinden. ‘We gaan niet direct iets veranderen’, zegt adjunct-directeur Dennis Stam. ‘We kijken natuurlijk altijd wat we beter kunnen doen, maar de commissieleden hebben hun werk zorgvuldig en oprecht gedaan, de medewerkers van het fonds ook. Als iets toch niet zo duidelijk is opgeschreven, hebben makers altijd het recht daarop te reageren. Dat hoort erbij.’

Er loopt nog een rechtszaak van kamerkoor Cappella Amsterdam tegen het FPK.

Foto: GhostTrack, Deen van Meer.