Shaking shame van de Singaporese performer Melyn Chow begon ermee dat Chow (29) in verstarde tijden van corona naakt stond te dansen in haar slaapkamer. Ze had haar hele leven al gedanst, maar nooit alleen maar ‘in haar vel’. Ineens voelde ze het leven weer stromen, en werd de kiem gelegd voor haar nieuwste voorstelling die niet in afzondering, maar juist midden tussen de mensen plaatsvindt. Naakt, dat wel nog steeds.

Ze dacht het idee verder uit tijdens haar opleiding aan de AHK (Mime), waarbij onder meer Audre Lordes essays Uses of the Erotic: The Erotic as Power en Uses of Anger een belangrijke inspiratiebron vormden. Sinds begin dit jaar is ze verbonden aan Frascati Producties, waarbij Shaking shame, haar tweede project hier, nu uitgaat.

In zaal 4 van Frascati verwelkomt een vijftal soepele jonge lijven het publiek: op een grote, spiegelende speelvloer, met een fijne beat en veel geschud, getril en geschok van blote borsten, blote penissen, blote alles – behalve de voeten die in kleurige sneakers zijn gestoken.

Het publiek staat er aanvankelijk maar wat schutterig bij en houdt een voorzichtige afstand tot al dat naakt, waarmee het in z’n truien, herfstjassen en meegesjouwde (plastic) tassen een vervreemdend contrasterende entiteit vormt. Maar de performers wenken uitnodigend om maar dichter rond de speelvloer te komen staan, en de schaamte (mee-) af te schudden. Een enkeling doet een kleine poging.

Dan stopt de muziek en horen we alleen nog de ‘bodylanguage’ van tegen elkaar aan wrijvende, botsende, en alras hijgende lijven, want deze performance dwingt alleen al in puur fysiek opzicht bepaald respect af. De spelers steken de koppen bij elkaar en de billen in de lucht, een beetje zoals in een rugby scrum, duwen wat, vervlechten hun ledematen met elkaar en ontwarren ze weer, alle spieren op scherp, waarbij het zweet langs hun lijven sijpelt en de vloer steeds natter wordt; de sneakers beginnen een hoog piepend geluid te maken, en het lijkt of de op ons toe gerichte anussen gaan praten.

‘Ik gebruik “shaking” niet als een vorm, maar als een instrument om dialoog en intimiteit te creëren’, schrijft Chow in een korte toelichting. In de religieuze traditionele omgeving in Singapore waarin ze opgroeide en als danser werkte, heerste er een groot taboe rondom lichamelijk genot; in die eerder genoemde slaapkamer gebeurde alles in grote heimelijkheid. ‘To shake, for me, is really about reclaiming a space for myself (…).’

Vrijheid, plezier, genot en een gevoel voor eigenwaarde waarbij er geen schroom meer hoeft te zijn, dat is de kern. Het duurt wel even voordat er een beetje zichtbare lol in de voorstelling komt, maar wanneer de spelers tegen het eind elkaar lachend over de natte speelvloer heen en weer schuiven, voelt de zaal opeens meer ontspannen en vrolijk. Een performance-oefening noemt Chow Shaking shame, en het blijkt absoluut een fascinerende exercitie.

Foto: Lila Rodrigues