Iedereen die iets heeft bijgedragen aan de voorstelling (tot bij wijze van spreken de stagiaire van de catering) staat na afloop van de première van KINGS op het podium met een bloem in de hand om het verdiende applaus in ontvangst te nemen. Oh jee, bijna vergeten… bokstrainer Erwin Gerding moet er ook nog bij. Inderdaad, die heeft ervoor gezorgd dat de spelers het verhaal van het vermoorde meisje Leila een enorme intensiteit konden geven.

Als het licht uitgaat springen Cripta Scheepers, Rabina Khatun Miya en Rosa Weekers vanuit de coulissen de boksring in en leven zich uit in een knallende dans, die het midden houdt tussen een strakke synchroon breakdance en het voetenwerk van Mohammed Ali. In de bijbehorende tekst zijn ze niet bescheiden over hun eigen kwaliteiten: ‘Ik ben sneller dan het knipperen van je ogen.’ De hechtheid van het drietal verandert in rivaliteit, die uit de hand dreigt te lopen. ‘Kappen! Kappen! Hé, kappen nou!’ Deze voorstelling kan eigenlijk al niet meer stuk.

Als ze tot rust zijn gekomen zet een van de spelers een ingetogen lied in over Leila, de jonge vrouw die er niet meer is. De twee anderen kunnen dat niet op zich laten zitten en putten zich uit in Leila-liedjes om de eerste vocalist te overtreffen. Met Layla van Eric Clapton is het nog makkelijk inschieten, met andere nummers, van Angie van The Stones tot aan Lola van The Kinks moeten ze zich wel heel erg forceren, en dat is vreselijk leuk.

KINGS vertelt het verhaal over vriendschap, eerwraak, vrouwenhaat en de beklemmende regels en codes in een stedelijke achterstandswijk die vooral door mensen met een migratie-achtergrond wordt bewoond. De voorstelling is in 2005 eerder gespeeld door het gezelschap Made in da Shade. Schrijver Djamel Bara baseerde het stuk toen op een artikel over een incident in de banlieue van Parijs, waarin een jonge Algerijn verklaarde zijn beste vriend te hebben vermoord om de eer van zijn zus. Het heeft destijds in Frankrijk veel stof doen opwaaien. Daarnaast liet Bara zich inspireren door de documentaire When We Were Kings, over bokslegende Mohammed Ali.

Belangrijkste plaats van handeling is de boksschool. Bokstrainer Erwin Gerding en natuurlijk ook de twee regisseurs Ritzah Statia en Kaja van Bruggen, hebben ervoor gezorgd dat de drie spelers in hun sparringpartijtjes waarin het vriendelijke aspect verdwijnt, alle emoties kunnen uitventen. De boksring is de plek waar men niet alleen de frustratie en woede eruit kan rammen, maar daar dient zich ook een mogelijkheid aan om aan de verstikkende omgeving te ontsnappen. Want, als het volgende en het daaropvolgende gevecht wordt gewonnen, ligt een beroepscarrière in het verschiet en dat betekent vrijheid.

Leila is mooi, slim, ambitieus en ze is de omgeving waarin meisjes in kelderboxen worden misbruikt en worden rondgedeeld alsof het joints zijn, helemaal zat. Haar boksende, geheime liefde is misschien ook haar paspoort naar vrijheid. Totdat haar broer Mo er achter komt.

De drie vrouwen nemen de rollen van alle buurtbewoners op zich, en vooral de broer van Leila en zijn twee beste vrienden. En als het misschien even wat verwarrend wordt, zegt de oergeestige Rabina Khatun Miya doodleuk: ‘Dit is Cripta, en zij speelt nu Leila.’

In tegenstelling tot de Franse gebeurtenis, wordt Leila in het verhaal van Bara vermoord door haar eigen broer, die de liefdesrelatie van zijn zus niet accepteert. Voor RIGHTABOUTNOW INC., min of meer de erfgenaam van Made in da Shade, is het onderwerp helaas nog steeds actueel door de krankzinnige populariteit van misogyne TikTok-influencers als Andrew Tate, het felle maatschappelijke debat over gender en het onuitroeibare fenomeen femicide.

Om die urgentie te benadrukken worden de drie mannelijke personages in KINGS door vrouwen gespeeld. Dat is meteen het droevige van deze sterke voorstelling: er is de afgelopen twintig jaar niets veranderd. Niet in Frankrijk en niet in Nederland. RIGHTABOUTNOW INC. legt de vinger op een beschamend zere plek. Het is alleen niet zo waarschijnlijk dat de mensen die zich voor deze situatie echt zouden moeten schamen, in de zaal zitten.

Foto: Elzo Bonam