Tweehonderd mensen, naast elkaar op de Oesterdam bij Tholen, kijken uit over een machtig vlak landschap met een verre horizon. Vierentwintig lichamen liggen verspreid over de weidse slikken. Door koptelefoons is de tekst te horen die Marguerite Duras componeerde voor de beroemde film Hiroshima mon amour van Alain Resnais.

Het Zeeland Nazomerfestival begon met het leed van gestorven kinderen en ging verder met oorlog, een gesneuvelde verboden liefde en de gevolgen van de atoombom. Daarna volgen nog grandeur en misère van religie en oude mannen die nietsontziend de rekening van het leven opmaken. Het festival is thematisch weleens luchtiger geweest, en minder relevant. De programmering laat nog meer dan anders de keuze voor inhoud en kwaliteit zien, zonder water bij de wijn te doen. Daarmee trekt het festival evengoed een breed publiek.

Hiroshima mon amour, een coproductie van Zeelandia met Zuidpool, wat voor voorstelling is dat eigenlijk? Mag je het wel een voorstelling noemen? Het lege landschap speelt de hoofdrol. In de koptelefoon zeggen de zachte, bezwerende, ongehaaste stemmen van Viviane De Muynck, Sofie Decleir en Koen van Kaam, die ook tekent voor de regie, de teksten van Marguerite Duras, met het ondersteunende geluid van Jorgen Cassier. Toneel is het niet. Noem je het een hoorspel, dan verlies je het landschap en de beeldende kwaliteit. Voor een performance is het verhaal te concreet. Wat het ook is, het is in ieder geval een meditatieve, rustgevende ervaring. Na afloop wandelde iedereen ingetogen en vol overwegingen weer terug over de dijk.

In het verhaal reist een Franse actrice in 1959 naar Hiroshima om er een film te maken. Ze ontmoet er een architect die er woonde en door de atoombom zijn familie verloor. Hij was op het moment dat het tienduizend graden warm was op het Plein van de Vrede als soldaat elders aan het vechten. Samen brengen ze een hartstochtelijke nacht en een dag door. Tijdens hun korte liefde lopen herinneringen aan het bombardement op de stad en aan de jeugd van de vrouw in Nevers aan de Loire door elkaar heen. Zij werd er als jong meisje verliefd op een Duitse soldaat. Ze verloor hem en iedereen om haar heen.

Hiroshima mon amour problematiseert een oorlog waarvan wij zo goed dachten te weten wie goed is en wie slecht. Aan de ene kant staat de veroordeling van een oprechte puberliefde, omdat een meisje viel voor een jongen die zijn leven ook niet koos en gedwongen werd te vechten. Aan de andere kant van de wereld verkortte een actie van ‘de goede kant’ de oorlog, maar die verwoestte wel de levens van honderdduizenden onschuldige mensen.

Op de slikken staan gaandeweg een paar lichamen (Goele Derick, Kyoko Scholiers en Indra De Bruyn) uit de modder op. Ze kijken hoe anderen eraan toe zijn, herkennen soms mensen, treuren en lopen wat rond. Op zo’n grote afstand zijn dat geen theaterbewegingen, maar eerder een levende vorm van beeldende kunst.

In een wijde halve cirkel om de slikken ligt het water, met een vissersbootje. Onder het gebied liggen de resten van Reimerswaal, een stad die door een arrogant bestuur in de golven verdween. Aan de einder duidt een grijze rand op land. Vaag zie je de koeltoren van de kerncentrale van Doel. Een totaal veilige installatie, volgens de Vlaamse autoriteiten, ondanks de haarscheurtjes. Over betekenisvolle locaties gesproken. De combinatie van tekst en beeld maakt van Hiroshima mon amour een ervaring die je niet snel vergeet.

Foto: Lex de Meester