Wie verwacht geometrische vormpjes te zien vallen, komt bedrogen uit. In Tetris Mon Amour geen gekleurde vierkantjes, rechthoekjes of L- en T-vormpjes, hoezeer de titel die verwachting ook mag wekken. Choreograaf Roni Haver was niet zozeer geïntrigeerd door het spel als wel door het feit dat ze er jarenlang verslaafd aan was. Als zovelen.

Hoe kan een zo simpel spelletje zoveel mensen in zijn ban krijgen? Het is zoals met elk spelletje: door er geconcentreerd mee bezig te zijn geraak je even van de wereld, je raakt in een andere staat van zijn. Daarnaast word je beloond: hoe beter je bent, hoe hoger je eindigt. En hoe hoger de moeilijkheidsgraad wordt. Up to the next level. Wat dat betreft had de voorstelling ook Pacman Mon Amour kunnen heten.

Concentratie is het sleutelwoord in deze jongste dansvoorstelling van Club Guy & Roni. In één lange trip van ongeveer een uur wordt dit van de zeven dansers tot het uiterste gevergd. In een vaak adembenemende synchroniciteit worden de patronen uitgevoerd, voortgestuwd door de muziek die feitelijk één lange, zinderende dance-track is. Slechts een enkele keer veroorlooft Roni Haver zich een frivoliteit, voor de rest is Tetris Mon Amour een retestrak geënsceneerde voorstelling, waarbij geen detail over het hoofd is gezien. Elk vingertje, elke subtiele hoofdbeweging, elke oogopslag: alles staat ten dienste van de concentratie. Een spel kan het immers niet stellen zonder strenge regels. En hoe perfecter die worden nageleefd, hoe beter het resultaat.

Ook de vormgeving ontkomt niet aan die drang tot mathematische perfectie. Op het toneel staat het skelet van een enorme kubus, strakke witte stralenbundels maken wisselende rasters van licht. De door Slagwerk Den Haag live uitgevoerde muziek van het NOISIA-componist Thijs de Vlieger is vooral strak ritmisch, ritmes die regelmatig ook nog worden geaccentueerd door afgebakende lichaamsbewegingen. Waarin we dan weer de rechte vormen van de Tetrisblokjes terugzien: de hand in een hoek van negentig graden op de pols, de onderarm haaks op de bovenarm.

Dat is wellicht het meest opvallende aan de choreografie, de ontmenselijking van de dansers. Zeker in het oeuvre van Club Guy & Roni, waarin juist de mens (en de samenleving waarin die beweegt) zo vaak centraal staat. Nu zien we vanaf het allereerste moment de dansers als marionetten, met hoekige robotachtige bewegingen.

Het tweede meest in het oog springende aspect is dat het Groninger gezelschap terugkeert naar de pure dans. In Tetris Mon Amour geen crossover-gedoe met publieksparticipatie en acterende dansers of dansende acteurs, ingrediënten die hun werk zo kenmerken. Dat zal te maken hebben met het feit dat de rol van Guy Weizman deze keer beperkt is gebleven tot een adviserende, waardoor Haver de precieze choreograaf die ze tenslotte is in zichzelf weer kon ontdekken.

En wat toont ze zich daarin een strenge meester. Een aanvankelijk afgewezen en later toch nog geïncasseerde kus is het enige uitstapje naar de wereld van mensen van vlees en bloed, voor de rest is het staccato van het begin naar het eind. Waar een minuscuul kroontje wacht, als schamele bekroning voor alle inspanningen.

Als je het frustrerende van je verslaving aan een computerspelletje, i.e. je hele ziel en zaligheid inleveren voor een hoger level, kunt omzetten in zo’n superieure choreografie, dan is die verspeelde tijd toch nog ergens goed voor geweest.

Foto: Andreas Etter