Zeilmeisje Gul is het geniaalste kind ter wereld. Om dat te bewijzen aan haar volgers poogt ze als jongste kind ooit de wereld rond te gaan in een zeilboot, het nieuwste model uit haar vaders fabriek. Met Gul als ambitieuze overpresteerder, die door haar vaders wordt gebruikt om hun zeilboten aan te prijzen, maakten Theater Sonnevanck en MaxTak een hedendaagse update van de satirische klassieker Gullivers Reizen

Jonathan Swift schreef Gullivers Reizen niet als een aaneengesloten avontuur, maar als vier losse verhalen. Hoofdpersoon Gulliver ontmoet vreemde volkeren aan wie hij trots vertelt over hoe de dingen in Engeland geregeld zijn, maar naarmate hij meer meemaakt, raakt hij minder enthousiast. Bij terugkeer van zijn laatste reis heeft hij zich ontpopt tot een overtuigd misantroop. Daar een aantrekkelijke jeugdtheatervoorstelling van maken, ga er maar aan staan.

In de bewerking van Marije Gubbels staat het ambitieuze, vechtlustige meisje Gul Lemuel centraal: Iris Bakker speelt haar trots, grofgebekt en stoer. Haar supersonische boot laat haar al snel in de steek, evenals haar twee vaders. Op haar reis komt ze verschillende vreemde wezens tegen, wiens gebruiken een satirisch commentaar zijn op die van de mensensoort: ze maken onzinnige ideologische ruzies, stoppen anderen in foute hokjes of vereren enkel nog de kunstmatige perfectie van de cloud. Deze ontmoetingen zorgen ervoor dat ze steeds kritischer wordt op de volwassenen in haar leven: haar vaders die alleen om hun boot geven en haar hoofdverantwoordelijk maken voor hun bestaanszekerheid.

Met poppen, pruiken en maskers nemen de energieke Pádraig Turley en Nick Renzo Garcia alle andere rollen voor hun rekening. De verhalen kunnen ondanks de humoristische vlag van satire best grimmig worden. Met name de reuzen van Brobdingnag: ze dwingen Gul te zingen en sexy te dansen om haar telefoon terug te krijgen. Het is moeilijk kijken als ze huilend haar trots en zelfvertrouwen inlevert om te kunnen blijven posten over haar reizen.

Ook griezelig is de ontmoeting met de Cloud, die de wereld opnieuw wil bevolken met klonen gebaseerd op haar – inmiddels onzekere – prototype. Regelmatig is een scène zo lang dat je niet meer weet hoe ze zich er ooit nog uit zal redden – en dan struikelt ze toch haar boot weer in. Als eindelijk de prachtige paarden van Houyhmmn arriveren, met hun troostrijke liederen (‘Klop met je tranen gerust bij ons aan’ en ‘Wij horen en zien je echt’), zijn ze een beeldschone en ontroerende reddingsboei, in schril contrast met haar ongeïnteresseerde vaders.

De voorstelling stipt hiermee inhoudelijk een heleboel actuele onderwerpen aan en blijft met de grondige bewerking ook trouw aan het boek. Videokunst geeft kleur aan het gerasterde decor, dat met poorten, trappetjes en plateaus iets wegheeft van een Minecraftstad met Windows 95-sausje. Drie muzikanten verlevendigen haar reis met muziek. Daarmee is het podium redelijk volgebouwd en gedurende de voorstelling verschuift er in dat beeld niet veel. Dat is niet per se erg, maar had de voorstelling wel iets minder afhankelijk kunnen maken van hoe goed je kunt luisteren en – als volwassene – incasseren. Is er nog wel hoop voor ons? Die vraag mag alle volwassenen best even achtervolgen na deze jeugdvoorstelling, die zich niet vrolijker voordoet dan hij is.

Foto: Sanne Peper