Dear friend, wolves have always eaten sheep is een schurende ervaring. De nieuwe voorstelling van Francesca Lazzeri ging tijdens Festival over het IJ in première en is begin augustus ook op Boulevard te zien, waar het IJ wordt vervangen door de Zuid-Willemsvaart. Het is een uitgesproken locatievoorstelling, die het uitzicht en de omgeving politiseert en het perspectief van de toeschouwer met onrust en vragen laadt. Daarom nu een SPOILER ALERT: een recensie van Dear friend, wolves have always eaten sheep is niet mogelijk zonder een aantal belangrijke wendingen te verklappen. Dus lees liever achteraf.

Aanvankelijk krijgen toeschouwers een betoverend uitzicht voorgeschoteld. In Amsterdam wordt de skyline gevuld met het Centraal Station, het Paleis van Justitie en het Pontsteigergebouw, waarvan het appartement op de bovenste verdieping (1400 m2) in januari voor 15 miljoen van de hand ging. Alles badend in het gouden licht van de ondergaande zon.

Het publiek zit bijeengepakt op een kleine tribune op pootjes. Het uitzicht op de kade en daarachter het golvende water en de skyline, wordt ingeperkt door witte containers links en rechts. Door het uitzicht te kaderen, krijgt dat het karakter van een gearrangeerd beeld. Vogels, vliegtuigen, vrachtboten, pleziervaart en allerlei sloepjes dansen en vallen, zoeven en glijden het uitzicht binnen.

Terwijl er eigenlijk niets gebeurt, worden de bewegingen van voorbij vliegend en varend wild zo lichtjes geësthetiseerd. Het wit van de containers laat tegelijkertijd ruimte open voor zachte spiegelingen van lucht en licht. Het beeld is minder scherp en nadrukkelijk dan het met een zwarte omranding zou zijn geweest. Doordat bovendien de tribune net iets hoger staat, kunnen we over de containers heen buiten beeld kijken en weten we ons omgeven door de resten van de oude scheepswerf NDSM, die één groot festivalterrein is geworden, niet alleen tijdens Over het IJ. Noeste arbeid en zware industrie zijn al lang vervangen door leisure en creative industry. Gelach en opmerkingen van de bezoekers van een belendend café dringen door tot het beeld.

Na lange tijd dient zich een drijvend lichaam aan, dan duiken meerdere lichamen op. Het zijn zwemmers in zwarte surfpakken, die wat ronddobberen en spelevaren, een halve poging tot figuurzwemmen doen, en uiteindelijk zich formeren om al zwemmend de wallekant te bestormen. Francesca Lazzeri, die aan het begin van de voorstelling een waterkanon installeerde vlak voor het publiek, verschijnt opnieuw in beeld. De glitchy en trashy eurotechno en ambient-mix van Abel Kroon, die het uitzicht tot dan toe van een kitscherig effect voorzag, wordt ingeruild voor het ronkende geluid van de motor van de waterpomp.

Geen watergymnastiek, maar een waterballet. Eén voor eén, dan soms met z’n tweeën en uiteindelijk als groep proberen de performers zich staande te houden in de straal, als ze niet al bij het beklimmen van de kade er af gespoten worden. Het is geen echt gevecht. Hidde Aans-Verkade, Evelien Cammaert, Maja Grzeczka, Niels Kuiters en Charles Pas zouden heel eenvoudig na enkele momenten met z’n vijven Lazzeri hebben kunnen overmeesteren en bijvoorbeeld de spuit op het publiek kunnen richten. Maar dat doen ze niet.

Lazzeri heeft er voor gekozen de worsteling met de straal en het vallen van de kant als een statisch beeld van tot mislukking gedoemde pogingen te ensceneren. Haar positie blijft onbesproken. Later pas dringt de betekenis van de titel tot mij door. Dear friend, wolves have always eaten sheep beschrijft de vanzelfsprekendheid van het recht van de sterkste.

Het gevecht met de straal daarentegen is echt. ‘Dat doet pijn’, merkt iemand achter mij verschrikt op. De straal is enorm. Hoe meer ze er tegenin gaan, des te harder worden de performers van de kade gevaagd. Als een haast plichtmatige compositie met verschillende mogelijkheden van materiaal, werken zowel de performers als Lazzeri achter het kanon verschillende mogelijkheden af. Van een straal door het midden, naar een straal links of rechts. Van eenzame klimmers en straalgevechten naar duetten en uiteindelijk een groepspoging. Vooral het vallen is eng om naar te kijken, omdat je vanaf de tribune geen enkel zicht hebt op waar dat toe leidt.

Toch weet je ook dat er voorzorgsmaatregelen zijn getroffen, dat er geen doden en gewonden zullen vallen. Deze mensen doen dit op afspraak, onderling in vrijheid overeengekomen. Dat haalt onmiddelijk de dramatische spanning weg uit de beelden, die zo een beetje los op het netvlies blijven hangen, zwervend want niet verankerd in een heroische logica. In plaats daarvan maken de scènes een vergelijking los, met het lot van mensen die wel hun leven wagen en in gevecht zijn om in Europa aan wal te geraken.

Dear friend, wolves have always eaten sheep heeft eigenlijk geen dramatische ontwikkeling. Je zou het plat kunnen noemen. De letterlijkheid van de voorstelling is structureel. Het begint met het glorieuze uitzicht op de welvarende metropool, waar Kroon een stukje Ode an der Freude – Alle Menschen werden Brüder onder zet, en eindigt, na een eindeloze hoeveelheid vallen van de kant, met een triomfantelijke straal hoog de lucht in, de laatste beetjes gouden licht vangend. Het gebrek aan drama, het statische en letterlijke van de beelden, creëert een enorme ruimte of zelfs een vacuüm, dat de toeschouwers dwingt om zelf de rijkweidte en de dramatiek te bepalen van een door enkele handelingen verschoven beeld, of aangetast uitzicht.

De voorstelling voorkomt zorgvuldig een dramatische verbeelding van het lot van vluchtelingen. In plaats van het perspectief van de vluchteling, op zoek naar veiligheid en rust, een zeker drama te verlenen en actie en heroiek te ensceneren, stelt de voorstelling het perspectief van de toeschouwer centraal. Het publiek kijkt over de schouders van Lazzeri mee, terwijl zij als een soort grenspolitie of ordedienst fort Europa verdedigt, door op nogal brute wijze nieuwkomers buiten de deur te houden. Tenminste, zo zou je het kunnen interpreteren.

De zonovergoten stad, waar – voorlopig hoogtepunt in de emancipatie – voor het eerst een vrouw tot burgemeester is benoemd, is ook de hoofdstad van een land dat bij monde van de staatssecreatris van justitie en veiligheid de volgende ochtend in de Volkskrant laat weten dat Nederland niet langer per se erkende vluchtelingen in Europa of in Nederland wil opvangen.

Dear friend, wolves have always eaten sheep stapt over de analyses, rechtvaardigingen en verontwaardiging heen. Door het politieke debat te laten voor wat het is, en stomweg de nadruk te leggen op het afzien op de grens, uit naam van de toeschouwers, roept de voorstelling uitdrukkelijk een machteloos gevoel op en frustratie, niet alleen ten aanzien van verwachtingen over wat theater spannend maakt, maar ook ten aanzien van het feit dat de vluchtelingencrisis geen helden kent.  In het geval van Dear friends, wolves have always eaten sheep kunnen de teleurstelling en frustratie, vanwege een spanningsloze (of uitzichtsloze) situatie, daarom als een zeer waardevolle ervaring worden beschouwd.

Foto: Bas de Brouwer


Luister hier naar de podcastrecensie van Dear friend, wolves have always eaten sheep voor De Theaterpodcast.