Zonder koorleden valt er weinig te dirigeren, dus als bij aanvang van de muziektheatervoorstelling Dagboek van een dorpskoor de zoveelste dirigent op rij heeft afgehaakt, zijn de dorpsbewoners niet heel verbaasd. Gedesillusioneerd, dat wel. Het plukje koorleden dat nog wel trouw op de repetitie in de kerk kwam opdagen, reflecteert wat op de veranderende tijdgeest, de teloorgang van het ‘noaberschap’.

Het blijkt een heuse trend: nadat eerder dit jaar de fanfare (in Fanfare) en de harmonie (in Harmonie) zonder dirigent kwamen te zaten, valt ditmaal de twijfelachtige eer te beurt aan het dorpskoor. Een muziekensemble zonder leider blijkt een dankbare metafoor te zijn voor een gemeenschap die behoefte heeft aan richting en verbondenheid. Het zijn bovendien drie regionaal gewortelde producties waarbij de inzet van plaatselijke niet-professionele spelers en muzikanten de voorstelling van extra glans voorziet. Aan Dagboek van een dorpskoor staat een flinke ploeg aan ‘vrijetijdsspelers en -zangers’ naast de vier professionele acteurs.

De voorstelling ging dit weekend in première in de kerk van Haarle en zal de komende weken nog twee andere kerken in omgeving aandoen. Initiator van het project is actrice Magda Nij Bijvank. Regie is in handen van Flora Verbrugge, die inzet op humorvol en lekker groot spel, en de hele ruimte van de kerk benut in soms verrassende mise-en-scenes.

Het koor krijgt een impuls als BN’er Vincent (Iwan Walhain) – bekend van bladen, billboards en Boulevard – tijdelijk terugkeert naar zijn geboortedorp en als hij er dan toch is, best even het dirigeerstokje wil oppakken. Hij wordt halsoverkop verliefd op zijn jeugdliefde Marieke (Magda Nij Bijvank), die ongelukkig een uitgeblust huwelijk aan het uitzitten is, en dus wel ontvankelijk is voor wat frisse aandacht.

Sophie Kassies werd aangetrokken voor het script, en zij tuigde een heuse soapserie rondom het richtingloze dorpskoor op – waarin smeuïge verwikkelingen over elkaar heen buitelen. Er wordt vreemdgegaan, iemand leidt een dubbelleven, er is klimaatactivisme, een ondernemer die haar hoofd niet boven wat kan houden en onverwerkt verdriet rondom een overleden vader – en dat allemaal in pakweg anderhalf uur muziektheater.

Haar toneeltekst werpt vele lijntjes uit, die op het laatst allemaal weer halsoverkop moeten worden binnen gehengeld – en dat wordt helaas behoorlijk afgeraffeld. Waarom personages uiteindelijk grote omslagen maken, blijft meestal volslagen arbitrair; waarschijnlijk vooral omdat het in de anekdote bijna kerst is en het stuk in volle vaart het feelgood-einde tegemoet raast.

Dat wordt gecompenseerd met gul spel in scènes die worden afgewisseld met prachtige, meerstemmige koorzang. Dagboek van een dorpskoor is een warmhartige voorstelling met een grote gunfactor, die er veel baat bij gehad als er een flink aantal anekdotes waren uitgehaald en in plaats daarvan een paar lijntjes meer diepte en reliëf hadden gekregen. Maar als de kerk zich in kerstige sferen hult, compleet met fonkelende sterrennacht en kerststal met kameel, heb je deze voorstelling toch in je hart gesloten.

Foto: Willem van Walderveen