De elfjarige Rik kan zijn geluk niet op. Hij heeft zijn ouders stiekem afgeluisterd en is achter hun geheim gekomen: hij krijgt een kleine broer. Zijn onbezorgdheid slaat echter al snel om in twijfels, vragen en nieuwsgierigheid. Uit de gesprekken maakt hij namelijk ook op dat zijn broertje niet als andere kinderen zal zijn.

Regisseur Rob Vriens van Productiehuis Meer Opslag (onderdeel van Jeugdtheatergroep Opslag voor Cacao) brengt met Broer X een ingetogen en meanderende theatertekst tot leven, waarin Rik (gespeeld door Reno van Rijsewijk) op zoek gaat naar antwoorden. Terwijl hij praat en overlegt met zijn nog ongeboren broertje (gespeeld door Jeroen van Venrooij), legt hij een reis af langs klasgenoten, vriendjes, leraren en andere volwassenen.

Iedereen die Rik om hulp vraagt, stuurt hem door naar iemand anders, en tegelijkertijd geeft iedereen hem tips en advies mee. Wat is een beperking? Hoe kan hij praten met zijn broertje als die misschien niet praten kan? Moet hij zijn ouders vertellen dat hij het geheim al weet, of niet?

Broer X is onderdeel van Herfststukjes, een programma-initiatief van meerdere theaters in Utrecht, met als doel theater toegankelijk te maken (en onder de aandacht te brengen) voor alle kinderen in de provincie.

De setting is sober: in de grote zaal van Theater Kikker staat een zestal banken, in een cirkel om het kleine speelvlak heen. Het publiek zit dicht op de huid van de spelers. Er zijn geen decorstukken of rekwisieten, het verhaal bestaat uit dialogen en personage-impressies van de spelers. Het geheel van de voorstelling komt hierdoor terecht op de schouders van Van Rijsewijk en Van Venrooij, die vlug schakelen tussen de hoofd- en bijpersonages. Soms iets te vlug: in het switchen tussen personages gaat soms een nuance verloren.

Van de toeschouwer wordt dan ook een flinke concentratie gevraagd. Meer Opslag onderschat zijn publiek niet. Het stuk schotelt mooie uitdagingen voor die concrete denkoefeningen bieden, maar nergens té groot worden. Zo vraagt een leraar wat een beperking nu eigenlijk is – wat het is tegenovergestelde? Normaal, besluit Rik. En het tegendeel van normaal? Tja, dat is abnormaal. Dus zijn abnormaal en beperkt dan hetzelfde? Nee, dat is nu ook weer niet zo.

In een andere scène legt de ongeboren broer aan Rik de crux van het probleem voor. Rik is voornamelijk op zoek naar hoe hij zijn broertje kan helpen met praten, want dat lijkt lange tijd het grootste obstakel te zijn. Wat als ik nu alleen maar schreeuw, en iedereen in de bus en op school je nakijkt, vraagt hij. Wat doe je dan? Wanneer hij een dergelijk geschreeuw demonstreert, heeft Rik geen alomvattende oplossing, maar weet hem wel – in een grappige en tegelijkertijd treffende scène – instinctief te kalmeren.

Broer X raakt behendig meerdere kanten van het thema aan: communicatie, gezinsleven, de impact op andere kinderen in het gezin, onderwijs, stigma’s. De tekst (Kristo Šagor) zit knap in elkaar; Riks perspectief wordt nooit losgelaten, maar tussen de regels door krijgen we ook de zorgen van zijn ouders mee. De oprechtheid waarmee de vragen en problemen van een kind of broer met een beperking worden gepresenteerd, maakt Broer X een openhartige en liefdevolle theaterervaring.

Foto: Moon Saris