Door middel van ‘co-creatie’ presenteert Stichting Theateralliantie in het nieuwe seizoen voorstellingen in samenwerking met OpusOne (The Color Purple), TEC Entertainment (The Addams Family), Het Nationale Theater (We zijn hier voor Robbie) en DeLaMar Producties (de herneming van Sophie). Door theaters, producenten en makers te koppelen om samen nieuwe (grootschalige) voorstellingen te produceren, wordt het financieel risico gespreid. Bovendien krijgen theaters inhoudelijke invloed, wat tot een betere afstemming tussen aanbod en publiek zou moeten leiden.

Nieuw in deze koers, die in september vorig jaar is ingezet, is dat theaters zitting hebben genomen in de stichting. ‘Voorheen brachten we als stichting zelfstandige producties in Nederland, zoals War Horse of De tweeling’, legt directeur Edwin van Balken uit‘Maar met ingang van september zijn we als groep theaters bij elkaar gekomen en omdat we zelf medeverantwoordelijk willen worden voor een stuk van de programmering, ook op inhoudelijk vlak.’

De kerngroep van de stichting bestaat uit het Luxor Theater (Rotterdam), Chassé Theater (Breda), Parkstad Limburg Theaters (Heerlen), Theater Orpheus (Apeldoorn), MartiniPlaza (Groningen) en DeLaMar Theater (Amsterdam). Van Balken: ‘Met die zes zullen we altijd starten om een programmering op te zetten. Vervolgens is er ook ruimte om op nog meer plekken te spelen. Voor seizoen 2018-2019 zijn er 21 theaters die meedoen aan de vier verschillende voorstellingen.’

De stichting treedt op als matchmaker tussen theaters en producenten. Afhankelijk van de aard en omvang van een productie wordt er dus ook samengewerkt met andere grotere theaters. ‘Eigenlijk is er geen vaste manier om te zorgen hoe een productie tot stand komt. Fiddler on the Roof is bijvoorbeeld honderd procent gefinancierd door de theaters, maar in onze opdracht geproduceerd door Stage Entertainment. Terwijl Selma Ann Louis, die binnenkort in première gaat, zowel door Bos Theaterproducties als de theaters is gefinancierd, en weer samen geproduceerd met de Theateralliantie.’

Deze koers is ontstaan vanuit de vraag naar grootschalige, kwalitatieve programmering die volgens de stichting de laatste jaren door hoge kosten en risico achterbleef. Van Balken: ‘Als directeur van DeLaMar zag ik het tekort in de Mary Dresselhuys zaal, waar bijvoorbeeld in de zomer de zaal leeg stond en waar we dus maar eigen producties zijn gaan maken. Ook de bespeling in de grote zaal zag ik minder worden. Andere theaterdirecteuren gaven aan dat zij ook een tekort zagen aan programmering die zij passend vonden bij hun profiel.’

Foto: Roy Beusker


Bekijk hier de plannen van de andere grote gezelschappen voor seizoen 2018-2019 (de lijst wordt aangevuld)