Het Café Theater Festival is pas echt begonnen als een performer zich opzichtig en onhandig bovenop een bar heeft gewerkt en vanuit daar een volgepakte kroeg toespreekt. Wat dat betreft was het ook bij deze in stukken geknipte editie van het CTF in Utrecht weer ouderwets raak: als getroebleerde Eva klom actrice Isabel Schoonbeek halverwege de solo Verder niets op de bar van de sfeervolle kroeg Café Binnen Best. Barman Marcel haalde nog net op tijd een aantal lege glazen weg.

In stukken geknipt, want de reguliere opzet – een heel weekend lang begin maart – leek dit jaar in de aanloop vanwege corona nog onhaalbaar. Debuterend artistiek directeur Luc de Groen bedacht een aangepast concept: het Utrechtse festival vindt dit jaar op vier zaterdagen tussen april en juni plaats.

Nog een primeur: er is ditmaal ook een ‘prikkelarme’ voorstelling te zien. Trouwe bezoekers van het CTF zullen zich daar niet al te veel bij voor kunnen stellen: juist de chaos van overvolle studentenkroegen of te krappe koffietentjes waarin de performers interveniëren, is deel van de charme van het festival en geeft elke voorstelling een gevaarlijke lading. De ingetogen minivoorstelling Zeer waarde teerbeminde bae, te zien een stiltezaal van de bibliotheek op het Neude – tussen romans, poëzie en een plukje noestige studenten – valt dus enigszins buiten de boot.

Theatermakers Pleun de Roode en Judith Schuur lieten zich inspireren door de taal die we aan liefdesgevoelens geven. Ze verzamelden liefdesbrieven en -berichten van zichzelf, hun naasten en onbekenden. De voorstelling zelf is óók deels opgebouwd als liefdesbrief: tussen aanhef en afscheid delen ze enkele van hun bevindingen.

Conform de thematiek is het een lieve voorstelling geworden, waar echter ook weinig spanning op zit. De aimabele makers babbelen over hun onderzoek, lezen brieven voor en zingen een aantal mooie liedjes, en zo kabbelt deze voorstelling rustig door, zonder dat we deze personages echt leren kennen. De makers hebben gekozen voor een heel persoonlijke thematiek, maar uiteindelijk is de voorstelling vrij afstandelijk en ongevaarlijk: in het overbruggen van dat hiaat is nog een mooie stap te zetten.

Een paar straten verderop is er van een prikkelarme voorstelling ondertussen bepaald geen sprake. Verder niets is vintage CTF: met vrolijke bombarie wurmt Isabel Schoonbeek zich door de volgestroomde kroeg, vastberaden ieders aandacht op te eisen. Frank Heinen schreef een intelligente tekst, waarin hij door slimme informatiedosering de aandacht vasthoudt en de protagonist voortdurend aan diepgang en sympathie wint. In regie van Merel Jansen wordt er treffend gebruik gemaakt van de ruimte van de smalle kroeg: Schoonbeeks speelveld reikt van (voor, achter en op) de bar tot in de toiletten.

Ook inhoudelijk is deze korte kroegvoorstelling belanghebbend en actueel. Het personage Eva wordt geconfronteerd met de reacties op haar getuigenissen van een grensoverschrijdende ervaring: van nauwelijks verholen afkeuring van familieleden die haar niet geloven tot de publieke opinie die met haar verhaal aan de haal gaat voor een andere agenda. De makers tonen dat een slachtoffer van grensoverschrijdend gedrag ten minste twee keer slachtoffer is: eerst van de gebeurtenis zelf, en daarna van de nasleep ervan. Ondertussen zijn er altijd nog andere, persoonlijke problemen, die dwars door de gebeurtenissen heen lopen en alles nog extra diffuus maken.

Aanvankelijk speelt Schoonbeek het ongemak van haar personage lekker groot uit, gaandeweg laat ze steeds meer kwetsbaarheid toe. Ze is een boeiende speler, die met kleine tics of subtiele blikken hele werelden doet vermoeden.  In een nieuwe stad, in een onbekende kroeg, claimt Eva haar verhaal terug – en dat is een ronduit moedige daad.

Gezien: 21 mei 2022. Foto: Reinier van Olderen