50 jaar na Aktie Tomaat stond de Theatercollectie/Allard Pierson stil bij dit schakelpunt in de theatergeschiedenis. Studenten, historici, oud-actievoerders en andere geïnteresseerden kwamen bijeen om in de vorm van een ‘teach-in’ nog één keer het archief rondom Aktie Tomaat onder de loep te leggen. De teach-in vond plaats in het Universiteitstheater in Amsterdam, een gebouw dat een grote rol heeft gehad in Aktie Tomaat. De dag bestond uit het beschouwen en verwerken van bronmateriaal, met als doel om wellicht de tomaat nu voorgoed te begraven.

Aktie Tomaat staat bekend als omslagpunt in de Nederlandse theatercultuur. Op 9 oktober 1969 gooiden twee studenten tomaten naar de acteurs van de Nederlandse Comedie, één van de twee grote spelers van het toenmalige theaterlandschap. Het protest kwam voort uit grote onvrede over het vastgeroeste theaterbestel, dat geen ruimte voor engagement of experiment op het toneel bood. Deze gebeurtenis ontketende allerlei discussies en verstoringen in het theater en is de geschiedenis ingegaan als Aktie Tomaat. Er wordt veel toegedicht aan deze gebeurtenis: de opkomst van een groot aanbod aan kleine gezelschappen, experimenteel theater, sociale en geografische spreiding, en een eerste poging tot reflectie op een gesubsidieerd theaterbestel.

De teach-in in het Universiteitstheater is niet georganiseerd uit gebrek aan aandacht voor Aktie Tomaat: de kranten schrijven er nog over, ITA wijdt er op 4 november een programma aan en reflectie op Aktie Tomaat staat centraal in de komende editie van het Theaterjaarboek. Initiatiefnemer Floortje Bakkeren besloot echter dat 50 jaar na dato hét moment is om, wellicht voor de laatste keer, de bronnen tegen het licht te houden. De collectieve herinnering zal de komende jaren steeds verder vervagen, dus een teach-in biedt expliciete gelegenheid om de gaten in de geschiedschrijving op te vullen.

Bovendien attendeerde wijlen Loek Zonneveld de organisatie van de Theatercollectie er drie jaar geleden nog op dat dit ‘jubileum’ het uitgelezen moment zou zijn om de kunst van de theaterarchivering eens onder de aandacht te brengen. Aan de hand van het archief keken we vooruit en blikten we terug, en deden we een poging de feiten te onderscheiden van de mythen en de geschiedschrijving nog eens te herzien.

Het bronmateriaal
De focus van de teach-in lag niet bij het tomatengooien, maar bij beeld- en geluidsopnames van de verstoring van de voorstelling Toller op 21 november 1969 en de ‘1 november-discussie’, een groot georganiseerd debat in de Stadsschouwburg waarbij studenten en actievoerders in discussie gingen met directie en artistieke leiding van de Nederlandse Comedie. De Theatercollectie is in bezit van bijzondere beeldfragmenten van deze evenementen en een geluidsband van de gehele 1 november-discussie. Op de teach-in werd er een beroep gedaan op het collectieve geheugen van de aanwezigen om de gaten in de bronnen op te vullen: welke stemmen op de audioband zijn nog niet herkenbaar, en wie staan er op de foto’s? Er werd volop gebruik gemaakt van de kennis van de aanwezige ‘Tomatisten’, onder wie Arthur Sonnen, Ursul de Geer en Mieke Kolk.

Beschouwing
Tijdens het luisteren was er ook meteen ruimte voor reflectie. Vooral aan het vraagstuk of je een publiek moet opvoeden of moet entertainen valt voor velen nog steeds veel te relateren. Later op de ochtend werden ook andere verbanden met het heden gelegd: ligt het gevaar van een monopoli voor grote gezelschappen weer op de loer in het toekomstige theaterlandschap? Is er op dit moment wél genoeg ruimte voor talentontwikkeling?

Zes leden van de Theatertroep lazen de scènes uit Toller naar aanloop van de oorspronkelijke onderbreking. Later bood de theatertroep ook nog een intermezzo met ‘Zeur niet’ van Annie M.G. Schmidt. De boodschap is duidelijk: als iets je niet bevalt, onderneem dan actie. Terwijl de teach-in gaande was, stonden de demonstranten van Extinction Rebellion op de Stadhouderskade. De Theatertroep legt een telefonische live-verbinding met deze groep, zodat voelbaar wordt: ook in deze tijd is protesteren een optie.

Verwerking
In een panelgesprek met theaterwetenschapper Laura Karreman, hoogleraar Moderne Letterkunde Geert Buelens en conservator Hans van Keulen ontstond een debat over het conserveren van de jaren ’60. Zij bevroegen met behulp van moderator Gable Roelofsen de heldenverhalen die we de jaren ’60 toeschrijven. Welke blinde vlekken zitten daarin? Hoe kunnen we de canon herinterpreteren? Er werd opgeworpen om op creatieve manieren te zoeken om met archivering om te gaan, omdat dit nieuwe perspectieven op de canon kan bieden, en om de focus niet op geschreven bronnen, maar op oral history te leggen.

Thunnis van Oort van datalab CREATE onderzocht of de claims op Wikipedia over de gevolgen van Aktie Tomaat ook terug te vinden zijn in de database van de Theatercollectie. Kloppen ze? Een flinke groei in het aantal theatergezelschappen bleek inderdaad te herleiden naar Aktie Tomaat. In de 10 jaar na Aktie Tomaat verdubbelde het aantal gezelschappen bijna. Bovendien groeit het aantal theaters en verspreidt dit zich meer over het land. Opvallend is echter dat er volgens de database niet direct een veel groter voorstellingsaanbod is. Ook daalt het aantal nieuwkomers in de database hard na 1970: heeft Aktie Tomaat, haaks op zijn ideologie, ook veel deuren dichtgedaan voor beginnende theatermakers, of is dit verkeerd gearchiveerd?

Het archief van Aktie Tomaat wordt nog volop aangevuld, herzien en geherinterpreteerd. Tijdens de teach-in was ook een edit-a-thon bezig, waarbij lemma’s over Aktie Tomaat in de Theaterencyclopedie werden aangevuld met nieuw materiaal. Laura Karreman stelde het tijdens de middag als volgt: history bubbles around us en archief is een levend fenomeen. Je kunt een tomaat begraven, maar daarmee is hij nog niet weg.