Is there life on Mars? Bijna vijftig jaar nadat David Bowie zich deze vraag stelde wordt hij beantwoord door Ulrike Quade en haar gezelschap. En dat antwoord is er niet een om vrolijk van te worden. In haar voorstelling Technostalgia dwalen we rond op die rode planeet, uitgerust met een koptelefoon en een duikmasker met gekleurd glas dat een vale glans geeft aan de omringende natuur. In onze oren klinkt een stem die verhaalt over de ellende waaraan de mensheid ten prooi is gevallen na zijn verhuizing.

Want ja, er was leven op Mars. Óns leven namelijk. Na de ondergang van de aarde heeft de mens getracht hier een nieuw bestaan op de bouwen, een poging die jammerlijk faalde. Niet geschikt voor de aarde, niet geschikt voor Mars. Het is de zoveelste apocalyptische boodschap die dit jaar klinkt op Oerol. Het lijkt af en toe wel of de makers collectief besloten hebben het moede hoofd in de schoot te leggen en de toekomst slechts te kunnen zien als een gapende afgrond.

Maar ook een duister toekomstvisioen blijk je fraai vorm te kunnen geven. Gelukkig maar, anders bleef er voor de wat meer optimistisch ingestelde bezoeker wel bar weinig over. Nu krijgen we tijdens onze wandeling door de duinen bij Hoorn in ieder geval nog het fraaie geluidsdecor van Strijbos & Van Rijswijk mee. En de ingreep van het gekleurde glas voor onze ogen blijkt even simpel als geniaal: het toch zo bekende landschap krijgt er een heel andere sfeer van. Unheimisch. We struinen daadwerkelijk op een plek waar eens mensen waren maar waar nu de dood heerst.

Het enige wat er nog rest zijn de verhalen, ons verteld door een laatste achtergeblevene. Trieste verhalen waarin de mislukkingen overheersen. Hier een daar dwaalt nog een robotesk wezen, het product van de mens die in zijn eeuwige overmoed meende dat kunstmatige entiteiten zijn bestaan zouden kunnen veraangenamen.

De wandeltocht eindigt hoog op een duin, met een schitterend uitzicht op de zee en het strand. De stem in onze oren zegt weliswaar dat niemand het heeft gered, maar wij weten wel beter. Als je de koptelefoon afzet kun je daarna bij het strandpaviljoen een heerlijke jutterbitter bestellen.

Laat die toekomst maar komen.

Foto: Ben van Duin