Holland Opera heeft de opera Styx van componist Chiel Meijering en librettiste Imme Dros al eens eerder gespeeld. Dat was tien jaar geleden, in 2007, in de vervallen Veerensmederij in Amersfoort. Nu heeft Meijering er nieuwe arrangementen voor geschreven en de opera wordt in de buitenlucht opgevoerd, tegen de imposante resten van het Fort Rijnauwen bij Utrecht, een nog altijd lastig te bereiken onderdeel van de Hollandse Waterlinie.

Gebleven zijn de vrolijke, rommelige, jazzy muziek, nu voortreffelijk gespeeld door een jongere versie van Het Nederlands Blazers Ensemble, gedirigeerd door Dick Verhoef. En natuurlijk het door Imme Dros, vertaalster van onder meer de Ilias en de Odyssee, geschreven verhaal. Deze opera gaat over een van de andere beroemde Griekse families, de familie van Laios, die de profetie kreeg dat zijn nog ongeboren kind hem zou vermoorden en zou trouwen met zijn vrouw Iokaste. Hij probeert de baby Oidipous te laten vermoorden en zet zo de keten van gebeurtenissen in werking, waardoor de profetie juist uitkomt.

In deze opera komt de dochter van Oidipous en Iokaste, Antigone, na haar dood aan bij de grens van de onderwereld, de rivier de Styx, maar zij heeft geen muntje waarmee zij bootsman Charon kan betalen om haar met zijn veerboot over te zetten. Zij was toen zij nog leefde opstandig geweest en ging tegen het bevel van haar oom Kreon in. Ondanks zijn verbod gaf zij haar broer Polynikes toch een fatsoenlijke begrafenis, wat er toe leidde dat zijzelf levend werd begraven, zonder het muntje, waardoor haar geest eeuwig zou moeten ronddwalen.

Er daagt echter een oplossing. Charon wil ook wel, omdat hij zich verveelt en al is het tegen de regels, hij genoegen neemt met een mooi verhaal. Maar hij is niet helemaal eerlijk en het verhaal van Antigone is hem niet mooi genoeg. Alle familieleden van Antigone worden nu een voor een opgetrommeld: haar verloofde Haimon, haar vader Oidipous, haar moeder Iokaste, haar broer Polynikes en haar oom Kreon. Ze vertellen elk op hun manier de beroemde verhalen over hun familie, maar Charon wijst ze allemaal af. Hij is pas tevreden als het zusje van Antigone, Ismene, als tachtigjarige, haar vele verhalen komt vertellen.

Intussen hebben we begrepen dat de moederlijke Ismene bij iedereen in de familie veel geliefder is dan de strenge, principiële, idealistische Antigone waar ze allemaal een beetje bang voor zijn. Antigone vindt dat Ismene laf was en er helemaal niet toe doet. Maar een klein gebaar van haar zusje blijkt soms meer op prijs te zijn gesteld dan alle dappere daden van Antigone. Aan het einde zitten de oude Charon en de tachtigjarige Ismene samen op een bankje. Zij was nooit zo moedig als Antigone, zij daagde de wereld niet uit, zij kon er alleen maar over vertellen, maar dat is ook belangrijk, zeker in de ogen van Charon, van de dood.

Ondanks het suggestieve affiche, waarop Antigone voor een grote watervlakte staat, is er in deze door Joke Hoolboom geregisseerde voorstelling geen druppel water te bekennen. De gestorvenen worden niet met een bootje de Styx overgezet naar de Hades, maar via spectaculair hoge hijskranen. Charon zit hoog boven het fort in een soort telefooncel, maar hij danst ook mee met het ballet. De dansers, de musici en ook de dirigent zijn allemaal als Charons gekleed, in een grauwe overall en met een woeste, grijze pruik.

Bariton Wiebe Pier Cnossen is met zijn fraaie stem als Charon ook het beweeglijke middelpunt van deze opera. Leonie van Veen staat sterk tegenover hem als de niet zo sympathieke, maar wel bijzonder goed zingende Antigone. De andere rollen zijn ingenieuze en zinvolle dubbelrollen. Martijn Cornet is een keurige Haimon en ook diens woeste vader Kreon; Jean-Léon Klostermann is Oidipous en zijn jonge zoon Polynikes; Leonie van Rheden een stralende, jonge Iokaste en een juist heel oude Ismene. De muziek is misschien wat al te vrolijk, maar dat heeft het voordeel dat het veel van het sombere van het verhaal wegneemt. Het is weer vanouds spannend op Fort Rijnauwen.

Foto: Ben van Duin