Tijdens Het Clean Pete Journaal op de Parade gaat popduo Clean Pete ter plekke op zoek naar andere kunstenaars. Gedurende de voorstelling trekken ze een willekeurige pianist uit de zaal, even daarvoor vroegen ze een toeschouwer live een portret van hen te maken. Want, zoals Loes Wijnhoven zingt: ‘Ik wil een kunstenaar, die iets van mij kan maken.’

Samen met haar tweelingzus Renée Wijnhoven vormt ze Clean Pete. Het Clean Pete Journaal is een wat misleidende titel, van enige actualiteit is tijdens het kleine half uur dat de voorstelling duurt immers geen sprake. Dat is verder geen bezwaar: hun (Nederlandstalige) liedjes zijn mooi genoeg – zowel qua teksten, waarin ze op prachtige wijze het alledaagse verknopen met het poëtische, als in de prachtige tweestemmige uitvoering, waarbij ze zichzelf begeleiden op cello en gitaar.

Dit voorjaar ging het duo voor het eerst de theaters in (aangevuld met gitarist Sam van Hoogstraten) met het liedjesprogramma Afblijven. De première in de Blauwe Zaal in Stadsschouwburg Utrecht voelde nog wat stijfjes: hoe ga je om met de kijkconcentratie in een theaterzaal en een relatief passief publiek, als je eigenlijk kleine concertzalen en festivalomgevingen gewend bent?

Want Loes en Renée Wijnhoven zijn niet alleen muzikaal ijzersterk, ze hebben ook een zeer innemende, droogkomische podiumpersoonlijkheid waarmee ze – in geïmproviseerde onderonsjes met het publiek – de zaal moeiteloos om de vinger kunnen winden. Op die kwaliteiten mogen ze, zeker bij het doorgaans lekker uitgelaten Paradepubliek, nog meer vertrouwen: de bruggetjes tussen de nummers voelen nu vaak wel erg gerepeteerd. Terwijl uit het hardop zoekende, waar ze eigenlijk zo goed in zijn, een kwetsbaarheid spreekt, die een intimiteit schept die ook weer doorwerkt op de muziek. Want daar wordt de toeschouwer, met songs als ‘Wandelaar’, ‘Jou niet’ en ‘Trieste avond’, ruimschoots op getrakteerd.

Foto: Diederick Bulstra