Het Amsterdamse College van Burgemeester en Wethouders ziet toch voldoende mogelijkheden om een Danshuis in Amsterdam te realiseren in de voormalige Storkfabriek in Amsterdam-Noord. Ook de Amsterdamse Kunstraad (AKr) heeft een positief advies gegeven, maar stelt strenge eisen aan de totstandkoming. Indien voor 1 april 2013 aan alle voorwaarden van de wethouder en de Raad wordt voldaan, gaat de twee miljoen euro die sinds 2003 is gereserveerd voor een huis voor dans in Amsterdam naar het nieuwe Danshuis.  

Het Amsterdamse College heeft na de vaststelling van het Kunstenplan 2013-2016 een positief oordeel gegeven op basis van een haalbaarheidsonderzoek en een intentieverklaring van de kernpartners: het International Choreographic Arts Centre (ICK) Amsterdam, Emio Greco|PC, Dansmakers Amsterdam (DMA), de Henny Jurriëns Stichting (HJS) en de Stichting Beheer Danshuis Amsterdam (SBDA). Ook heeft de AKr op verzoek van wethouder van Cultuur Carolien Gehrels een advies uitgebracht.

Al meer dan twintig jaar wordt er gesproken over de wenselijkheid en noodzaak van een Amsterdams danshuis waar freelance choreografen en dansers hun vak kunnen uitoefenen en producties kunnen maken en presenteren. De afgelopen jaren zijn diverse locaties en plannen onderzocht, echter zonder resultaat. Nadat ook het laatste zeer vergevorderde plan voor nieuwbouw op het terrein van de voormalige Oostergasfabriek in Amsterdam-Oost was mislukt, hebben de initiatiefnemers hun ambities bijgesteld en zich geconcentreerd op vestiging in een bestaande locatie.

Volgens de AKr heeft Amsterdam behoefte aan een kwalitatief hoogwaardige, betaalbare studioruimte voor freelance dansmakers. De Raad constateert dat Amsterdam moderne dansmakers niet heeft kunnen vasthouden en hoopt met een nieuw Danshuis de eigentijdse dans een kwaliteitsimpuls te geven en te voorkomen dat dansers en choreografen wegtrekken naar andere (wereld)steden. Momenteel ontbreekt met name de generatie van veertigers in het palet en zijn er voor jonge makers onvoldoende werkmogelijkheden.

Om de continuïteit van de exploitatie veilig te stellen adviseert de Raad om het Stadsgezelschap Dans en het Productiehuis met Podium Dans in de toekomst te verankeren in het Danshuis. De door Amsterdam gesubsidieerde instellingen kunnen slechts voor vier jaar verplichtingen aangaan, wat de continuïteit in gevaar kan brengen. Ook plaatst de Kunstraad een kanttekening bij de voorgestelde verdeling van de ruimte tussen vaste gebruikers en freelancers in het Danshuis. De Raad vindt twintig procent voor freelancers het absolute minimum en hoopt op een verdeling die gunstiger uitvalt voor freelance dansers en choreografen.

Stichting Beheer Danshuis Amsterdam stelt voor 1 april 2013 een gedetailleerd Beheersplan op voor het gebruik en de verhuur van het huis. Mocht er niet aan alle voorwaarden worden voldaan dan adviseert de AKr de incidentele reservering van twee miljoen te gebruiken voor een Stimuleringsregeling Eigentijdse Dans. Deze regeling dient in dat geval te worden uitgevoerd door het Amsterdams Fonds voor de Kunst en krijgt een looptijd van tien jaar, waarbij jaarlijks € 200.000 te verdelen is.

(Domestica – Dansgroep Amsterdam foto: Robert Benschop)