Huiselijk geluk wordt onderschat. Van thuis ontbijten met partner en kinderen kunnen mensen al heel gelukkig worden. Daan van West van multimediagroep PIPS:lab is ervan overtuigd dat het geluk schuilt in de gewone dingen. In het dagelijkse leven dat hij deelt met zijn vrouw. Daarom maakte hij een voorstelling over zijn vrouw: Yvonne.

In Yvonne komen alledaagse voorvallen uit een gezinsleven aan de orde: het ophangen van de was, de telefoontjes over de kinderen, de ontroering bij  het sokken oprollen, overleggen wie de was doet of hoe samen om te gaan met de werkstress van papa. De losjes vertelde kleine geschiedenissen worden afgewisseld met liedjes als ‘Ik doe graag de was voor jou’ of ‘Sokkenbollen’. Van West wordt daarbij begeleid door een drietal degelijke musici die om onduidelijke redenen gekleed zijn in krappe korte broekjes.

Een aantrekkelijk aspect van de voorstelling is het gebruik van de technologie: het met licht tekenen van illustraties op de lakens aan de wasmolen of het samplen van stemmen gecombineerd met geluid en beeld. Ook de met een handcameraatje gefilmde poppenhuiskamer levert een paar kleine verrassingen op zoals een filmpje dat opduikt uit een boekje. De voorstelling moet het hebben van die technische vormgeving en de charme van de authentieke verteller, die, zo lijkt het, een beetje uit de losse pols zijn publiek deelgenoot wil maken van zijn gezinsleven.

Maar de bekoring die daar voor Van West van uit gaat is niet zo evident dat het ook de voorstelling aantrekkelijk maakt. Het materiaal is te mager en te vlak om de aandacht vast te houden. Van West mag er dan van overtuigd zijn dat de wereld eigenlijk draait om huiselijk geluk, het presenteren van huiselijke tafereeltjes alleen levert nog geen boeiende voorstelling op. Wel te veel sokkenbolletjes.

PIPS:lab foto: Andrea Montenegro Vargas