A hip hop ritual with dance and vocals. Dat is de ondertitel van Speak up! Dans en zang, dat is duidelijk, met vier dansers van BackBone en twee zangers van Silbersee. Maar wat is een hiphopritueel? Het persbericht suggereert een morele afrekening, het wegen van het hart bij de poort van het hiernamaals. In het voorgesprek had choreograaf Alida Dors het over een winti-ritueel dat erop gericht is om aan jezelf te werken. Hoe dan ook, hiphop is een prima bewegingstaal voor een ritueel (tegelijk bewegen helpt altijd). En bij elk ritueel is muziek waardevol.

Maciej Straburzynski zingt niet alleen, hij blaast ook melancholieke noten uit een rietinstrument aan het begin en einde van de voorstelling. De dansers kleden zich op het toneel aan voor het ritueel waarvoor ze bij elkaar zijn gekomen. Wiegend en hoorbaar ademend bereiden ze zich voor. Je hoort in hun concentrerende geprevel woorden vallen als ‘spirit’. Rond het podium hangen staalplaten met graffiti-achtige teksten die naar klassieke hiphop verwijzen: ‘All eyez’ (Tupac), ‘Fear of a black planet’ (Public Enemy), ‘Death certificate’ (Ice Cube).

Andere klassieke muziek is live te horen: Carla Nahadi Babelegoto heeft een indrukwekkende operagalm in huis. Voor de muziek tekenen Jacob ter Veldhuis (bijvoorbeeld tweestemmige melodieuze frasen op een elektronisch tapijt) en DJ Lovesupreme (Gaby Damude). Romain Bischoff van Silbersee heeft de muzikale leiding.

De prima dansers van BackBone, de groep van Alida Dors (Pom Arnold, Bilal Bachir, Donna Chittick en Liza Panjoel) doen hun moves: ze rollen, spinnen, doen handstanden, scharen hun benen en voeren schijngevechten. Tegen het einde lijken ze in een soort blije hippieparodie te zijn terechtgekomen. Daarbij klinkt de tekst ‘We will be protected by God’: een citaat uit Trumps inauguratierede.

Tussendoor klinken woorden die je als betekenisvol kunt zien: I doubt, mind empty, I struggle, I wish, I dream – maar wat we ermee moeten blijft onduidelijk. Het ritueel zou moeten toewerken naar een stevig standpunt: speak up!, neem stelling, spreek je uit, maar aan het einde, bij het gezongen Sempre d’amor kun je nog twee kanten op: Bilal Bachir heeft wat hiphopglitter om zijn nek gehangen en gaat met zijn vuisten tekeer op een staalplaat. Kennelijk hoort agressie er ook nog bij.

Er schijnt wat te gebeuren, qua ritueel, de mensen maken zich druk, maar de essentie gaat aan mij voorbij. Het publiek inkruipen en tegen een man schreeuwen in een vervormende microfoon. Het zal wel. In Speak up! wordt goed gezongen en goed gedanst, maar de performers namen mij niet mee in de gesuggereerde urgentie van het ritueel. Ik bleef er van de buitenkant tegenaan kijken.

Foto: Jean van Lingen