Wat als een appje tijdens het autorijden je in één klap verandert van een consultant in een moordenaar? Met Smart brengt Matzer Theaterproducties een voorstelling over een fataal ongeluk waar Yannick Frijns in 2016 het slachtoffer van werd.

Op de vloer staat een houten rad. Een man, gespeeld door Gürkan Küçüksentürk, zit er rustig in, alsof hij in het park op een bankje zit, en vertelt wat hem is overkomen. Of beter gezegd, wat hij heeft veroorzaakt: onderweg in de auto naar een werkafspraak, krijgt hij een appje van zijn dochter. Hij raakt bezorgd, let een paar tellen niet op de weg, en voor hij het doorheeft, heeft hij iets aangereden. Maar wat? Dat ontdekt hij pas als hij zijn SUV tot stilstand brengt en onder zijn auto een pannetje, een fiets en een vrouw ziet liggen.

Peter De Graef schreef een poëtisch rijke en emotioneel gelaagde tekst over een persoonlijke tragedie. Zijn tekst zit vol verbeeldingsrijke verbanden en meandert behendig van een groots drama naar een filosofische gedachtestroom over de maatschappij waarin we leven. Het personage gebruikt deze overdenkingen als een schild om maar niet over het voorval te hoeven praten, en over zijn verantwoordelijkheid daarin. Want bij wie ligt die verantwoordelijkheid, als de mens bijna volledig afhankelijk wordt gemaakt van zijn smartphone?

De Graef maakt prachtige gedachtesprongen in zijn tekst, van filosofisch naar concreet, van maatschappelijk naar persoonlijk. Beklijvend als hij schrijft dat het verslavende pling-geluid van een smartphone gebaseerd is op de lokroep van jonge vogeltjes, die hun ouders verleiden om eten voor ze te halen, terwijl de ouders zelf vermageren. De smartphone is de baby, de ouder de mens. Natuur en technologie komen hier samen, waarbij de mens wordt geschetst als manipulator én gemanipuleerde van de natuur.

Wel laat De Graef in zijn tekst een interessant pad links liggen: nergens worden de voordelen aangehaald die technologie ons leven heeft gegeven. In Smart is de smartphone de boeman, waarmee we als mens moeten dealen. Maar zo zwart-wit is het niet: de smartphone is juist zo gevaarlijk omdat het ons als mens heel veel moois te bieden heeft. Het verleent ons de mogelijkheid tot een verlenging van onze identiteit in een onuitputtelijke wereld van digitale ontmoetingsplekken. Dat die online realiteit ons soms belangrijker schijnt dan het echte leven, is schrijnend. Maar jammer genoeg blijft in Smart de smartphone enkel het ding dat we uit zouden moeten zetten als we een auto instappen.

Madeleine Matzer kiest voor een sobere regie waarin de tekst centraal staat. Het decorontwerp, gemaakt door Sanne Danz, draagt veel potentie in zich, maar daar wordt weinig gebruik van gemaakt. Een uitzondering is de scène waarin we zien hoe Küçüksentürk als een hamster in het rad loopt, als een man die vastzit in zijn eigen hoofd en trauma, met erachter op het projectiescherm een klein uit karton gesneden fietsertje dat net als hijzelf rondjes blijft fietsen in het rad. Dat beeld ontroert en geeft een inkijk in de diepere gevoelswereld van het personage. Zonde dat dit het enige beeld is dat werkelijk resoneert na afloop, omdat de mogelijkheden van Danz’ decorontwerp nieuwsgierig maken naar meer.

Küçüksentürk is een sympathieke speler met een zachte uitstraling en deelt op een charmante manier de filosofische overdenkingen van zijn personage. Helaas slaagt de voorstelling er niet in om de zwaarte en complexiteit van de tragedie van dit personage te vangen. Zijn tekstbehandeling blijft op momenten dat de tekst bol staat van emotie afstandelijk en vertellend, waardoor je als publiek hongerig blijft naar momenten die het drama voelbaar maken. Dat is dubbel zo jammer omdat er in de tekst wel degelijk een rijke en gelaagde emotionele wereld ligt verscholen.

Smart zal vooral voor bedrijven gespeeld worden en zal daarin ook zeker zijn doel treffen: de voorstelling zal zonder twijfel een bewustzijn creëren en een gesprek openen over smartphonegebruik in het verkeer. Dat is een waardevolle uitkomst van een nobel initiatief – alleen jammer dat het op zo’n veilige manier moet gebeuren.

Foto: Karin Jonkers