In Shakespeares tijd was het voor vrouwen uit den boze te acteren. De heersende klasse sprak er schande van. Acterende vrouwen waren prostituees want ze verdienden geld met hun lichaam. Net als gokhuizen, cafés en bordelen werd toneel oogluikend toegestaan aan de rand van de stad, in schimmige zalen.

Auteur en regisseur Carmen Toledo schreef voor The Red Box Projects het stuk Shakespeare’s Sister over de positie van een gefingeerde zuster van Shakespeare, Judith Shakespeare heet ze. Twee actrices vertolken in het sfeervolle Munganga Theater aan de Schinkelhavenstraat in Amsterdam zowel de zuster als de grote vrouwenrollen uit Shakespeares oeuvre.

De kracht van het stuk schuilt in de mogelijkheid van een zus van Shakespeare. Met grote kennis van zaken van het theater uit Shakespeares tijd schetst Toledo de rol van vrouwen. Feitelijk moesten ze leven in anonimiteit, ook al wilden ze graag aan het theater of schreven ze zelf teksten, zoals Judith Shakespeare. ‘Actrices komen in de hel’, luidde het adagium. Om het theater als bezoeker binnen te komen moesten ze zich zelfs vermommen als man en het waren de mannen die de vrouwenrollen voor hun rekening namen. Dat duurde tot aan 1660. In dat jaar kwam er toch een vrouw op de planken, Margaret Hughes (1630-1719), de gevierde, professionele speelster die in de tragedie Othello als eerste vrouw Desdemona vertolkte. Veelzeggend detail is dat vrouwen tijdens het kleden van hun toneelkostuum zich moesten laten welgevallen dat mannen hen bekeken, opdat ze zeker wisten dat ze echt een vrouw waren.

De twee actrices die optreden, Shirley Blake en Delphine Ural, wisselen snel en overtuigend prachtig van rollen; nu eens is de een Judith Shakespeare, dan neemt de ander de vertellende rol over. De speelsters zijn androgyn gekleed, met glanzende pofbroek, witte blouse en bart op. Aan het slot trekken ze in theatrale gebaren die opsmuk uit, en tonen ze in alle trots en eerlijkheid wie ze werkelijk zijn.

Ze spreken de tekst uit in stijlvol Shakespeare-Engels, om het zo te benoemen, met heldere dictie en muzikale cadans. Toledo’s tekst is rijkgeschakeerd. Behalve het werk van Shakespeare put ze uit de romans en essays van Virginia Woolf die op talloze manieren de vrouwenrollen uit Shakespeare in haar boeken verwerkt, onder meer in The Waves en Mrs. Dalloway. 

Verrassend en mooi is het eerbetoon aan de middeleeuwse Franse schrijfster Christina de Pizan (1364-1431) die als eerste openlijk schreef over gelijke rechten voor vrouwen. Dankzij het accent op de rol van vrouwen in het Victoriaanse theater en in de eeuw erna krijgt Shakespeare’s Sister tal van dimensies erbij, zoals travestie, gender, vermomming en maskerade.

De theaterlevens van vooraanstaande actrices uit het verleden komen voorbij,  behalve genoemde Margaret Hughes ook Anne Bracegirdle, Ann Marshall en Elizabeth Barry. Zo komen de vrouwen tevoorschijn ‘out of the darkness’ en weten ze hun plaats te veroveren op het podium van The Globe en The Swan, de grote theaters uit het Londen van Shakespeare. Met grote souplesse en gloedvolle vaardigheid neemt de voorstelling het publiek mee in een inspirerende ode aan de kracht van vrouwenrollen in het theater, en vooral hoe vrouwen die plek veroverden.

Foto: The Red Box Projects