Na De geheime tuin (2023) slaan Phion en Theater Sonnevanck opnieuw de handen ineen, ditmaal voor de muziektheatervoorstelling Robin Hood. Het resultaat, geschreven door Ilse Warringa, is een bekend avontuur in een nieuw, satirisch jasje – met humor die zowel de kinderen als de ouders aangaat.

Zijn naam is Hood, Robin Hood, en hij steelt van de rijken en geeft aan de armen. De charismatische hoofdpersoon van dit verhaal (Yamill Jones) heeft niet veel woorden nodig om zijn doel uit te leggen. Hij verlaat zijn (Twentse) pleegouders en trekt samen met Kleine Jan (Ayrton Kirchner) de wereld in. Daar ontmoet hij de edele Marian (Catoo Post) en de eerst hebberige, later bekeerde broeder Tuck (Korneel Evers), die hem weten te vertellen dat alle armoede in dit land wordt veroorzaakt door de sheriff (Howard Komproe), in opdracht van de koning (Erik van Muiswinkel). Prinses Chris(ta) (Whitney Sawyer) doet haar uiterste best om haar vader op het juiste pad te krijgen, maar zonder succes. Uiteraard kan Robin de verleiding niet weerstaan en komen held en vijand tegenover elkaar te staan.

Robin Hood neemt geen blad voor de mond – en als je een voorstelling maakt over Robin Hood en al diens thematiek, dan kun je ook niet anders. Het moraal van het verhaal is allesbehalve subtiel, maar daardoor niet minder treffend: als de rijken alsmaar rijker worden en de armen alsmaar armer, dan is dat niet eerlijk, en dan moeten we daar iets aan doen. Namelijk: meer belasting, en de koning moet zijn kasteel maar eens afstaan.

De voorstelling heeft geen enkel probleem om dit onderwerp relevant te maken, want Robin Hood barst van de verwijzingen en grappen naar het Nederland anno nu. De Maagdeneilanden, de Toeslagenaffaire, ‘functie elders’, hypotheekrenteaftrek, erfbelasting, de koning die op vakantie naar Griekenland wil (en een nieuwe speedboot, en een nieuwe jacht), alles komt voorbij. Met name de politiek, het koningshuis en de Randstad moeten het ontgelden.

Elke acteur is goed gecast. Met name Jones als jonge spring-in-’t-veld en Van Muiswinkel als wispelturige, groteske koning zijn leuk gevonden tegenpolen. Schrijfster Ilse Warringa en regisseur Daniël van Klaveren geven de voorstelling een knappe mengelmoes van harde humor (soms erg op het randje) en kwetsbaarheid. Naast de satire en de referenties naar het hier en nu zijn er ook veel kleine oprechte momenten, zoals Marian die een door een pijl getroffen edelhert moed inpraat. Of zoals broeder Tuck, die na een verkeerd gevallen grap de geërgerde blikken opvangt van zijn vrouwelijke collega’s en schaapachtig toegeeft dat hij ‘even bleef steken in een oude groef’.

Dat door een pijl getroffen edelhert mag even apart benoemd worden, dit is namelijk een van de fluitisten van Phion, Orkest van Gelderland en Overijssel. Het maar liefst 29-koppige orkest voorziet het stuk niet alleen van een avontuurlijke score, het is ook nog eens onlosmakelijk onderdeel van de scenografie, de setting en het toneel. Af en toe zijn de muzikanten ‘slechts’ muzikanten, maar veel vaker zijn ze een kudde herten, de lakeien van de koning of de monniken in het bos.

Naar een muzikaal concept van Joris Nassenstein worden bekende klassieke muziekstukken (Rossini, Händel, Grieg, ga zo maar door) ingezet om het verhaal kracht bij te zetten. Louter de aanwezigheid van zoveel instrumentalisten op de bühne – zonder dirigent, zonder bladmuziek – geeft Robin Hood een opera-achtige zweem.

Dat wordt versterkt door de prachtige scenografie van Dieuweke van Reij. Met een combinatie van lijsten, gefiguurzaagde decorstukken, geverfde voor- en achterdoeken en een extreem gouden koets voor de koning, het een met een flauwe knipoog en het ander ontroerend, ontstaat ook hier een knappe mix van satire en oprechtheid.

Theater Sonnevanck en Phion weten deze oude legende moeiteloos op te tuigen met actuele onderwerpen in herkenbare grappen, met precies genoeg momenten van spanning, sensatie en gevoeligheid.

Foto: Valerie Spanjers