In Mowgli creëert de Iraans-Franse performancekunstenaar Sorour Darabi een ruimte om hun leven op eigen voorwaarden te leven. De notie van ‘wildheid’ wordt zowel op basis van culturele identiteit als op basis van gender onderzocht. De ontwapenende dansscènes bieden daarbinnen een rijk betekeniskader.

Als een gewond – of gewoon rustend – dier ligt Sorour Darabi in halve duisternis aan de zijkant van de speelvloer. In een voice-over spreekt hen over zichzelf als iemand die door hun ‘human’ tot ‘dog’ is gemaakt, een ‘feminist dog’ bovendien, omdat feminisme voor het onbekende ‘baasje’ voor alles staat wat inferieur is. De ‘dog’ schikt zich in hun lot, maar fantaseert over wat er zou gebeuren als hen de hand van hun ‘human’ zou afbijten.

De versmelting van mens en dier sluit goed aan bij de thema’s die Darabi in hun nieuwe performance Mowgli centraal stelt. Het verhaal van het jongetje dat tussen de dieren opgroeit wordt nooit letterlijk aangehaald, maar Darabi refereert wel doorlopend aan de jungle, ‘a place where we are not welcome, but which we are continuously pushed towards’. De jungle wordt zo neergezet als een plaats buiten de ordening en normering van de (westerse) samenleving, die een mens als Darabi, die zichzelf omschrijft als ‘autodidactisch artiest, non-binair transpersoon en Iraniër’, voortdurend in een hokje probeert te plaatsen.

De woede die dat in hen oproept staat centraal in een van de eerste scènes, waarin Darabi het publiek toebijt dat hen ons allemaal haat en erover fantaseert ons te vermoorden. De agressie wordt verlicht doordat de performer ook af en toe uitzonderingen maakt: jij daar, met die mooie ogen, bent best okee, en het (fictieve) publiek aan de andere kant van het podium is echt véél ruimdenkender en veelkleuriger dan wij.

Het sterke aan Mowgli is hoe Darabi met hun vijandige attitude tegenover het publiek eerst de kant van radicaal, zelfs gewelddadig verzet tegen de status quo onderzoekt, om vervolgens in verschillende dansscènes andere vormen van het idee van ‘wildheid’ vorm te geven. De manier waarop anderen etiketten plakken op lichamen die afwijken van de witte heteronorm bestaat naast pogingen van Darabi om de ‘wildheid’ in zichzelf te kanaliseren, en zo ruimte te forceren voor een bestaan op eigen voorwaarden. In de danstaal die de performer hanteert, en in hun fysieke verschijning an sich, zoekt hen op prikkelende wijze het tussengebied tussen mannelijkheid en vrouwelijkheid op.

Zo wordt Mowgli een poging om het ‘wilde’ te reclaimen en vorm te geven als een ruimte waarin een ieder de vrijheid kan vinden om voluit zichzelf te zijn en de arbitraire beperkingen die de ‘beschaving’ aan ons oplegt naast zich neer te leggen.

Foto: Marcella Ruiz Cruz