Wanneer het publiek de zaal betreedt, is op het toneel slechts een enorme beamer te zien die op groot scherm een Zoom-gesprek projecteert. Manila Zoo is een live gespeelde online-performance van Filipijnse choreograaf Eisa Jocson. In deze gelaagde voorstelling houden vijf performers hun (westerse) publiek door middel van een online videogesprek een rauwe, treiterende spiegel voor.

Performers Eisa Jocson, Bunny Cadag, Cathrine Go, Russ Ligtas en Joshua Serafin nemen elk vanaf een andere locatie in de Filipijnen en België deel aan deze Zoom-meeting. Op chille workout-beats zijn ze aan het stretchen en opwarmen, maar al snel nemen hun bewegingen andere vormen aan, die doen denken aan opgesloten dieren. Op handen en voeten kruipen ze over de vloer, krabben ze tegen de muren en fluiten en krijsen ze naar de camera. Het blijft niet bij dierentuindieren. Gedurende de voorstelling nemen de performers de rollen aan van tourgidsen, presentatoren, klantenservicemedewerkers, escorts en zichzelf: Filipijnse performers in een online kunstwerk dat gepresenteerd wordt aan een Europees publiek.

De makers zelf schrijven dat Manila Zoo een kritische blik werpt op de Filipijnse entertainers en de Disney-experience, en de ethische grenzen daarin. Waar kruisen entertainen en voyeurisme elkaar, en wanneer zie je iemand niet meer als mens, maar als dier? Niet al deze thema’s komen evenredig aan bod. Met name het voyeurisme wordt grondig onderzocht. Er blijkt namelijk een zesde deelnemer aan de video-call te zijn: het publiek. Zodra er een live beeld van de zaal op het scherm verschijnt, wordt het ongemak van de toeschouwers direct voelbaar. We mogen niet vanuit de anonieme, donkere zaal naar deze naakte, uitbundig bewegende lichamen kijken – zij bekijken ons ook. Jocson doet er nog een schep bovenop door het publiek uit te nodigen om vragen te stellen, waarvoor in de zaal een tweede camera is geplaatst. Het duurt tergend lang voordat er iemand opstaat, naar de microfoon schuifelt en een vraag stamelt.

Manila Zoo is meer dan theater dat is aangepast voor het internet. De intermedialiteit zit ingebakken in inhoud én vorm, de voorstelling had zeker niet gewerkt als performers en toeschouwers in dezelfde ruimte aanwezig waren geweest. De beeldschermen creëren letterlijk kleine hokjes waarbinnen gedanst en bewogen wordt. Alles is gericht op de camera. Zoom maakt dat de performers het oog van de toeschouwer volledig kunnen manipuleren. We zien alleen wat zij willen dat we zien, waardoor wij als publiek meerdere malen worden geconfronteerd met hoe weinig controle we hebben als participanten in deze voorstelling.

Thematisch is dat een gouden vondst, want het roept herhaaldelijk de vraag op wie nu eigenlijk wie bekijkt, wie wie entertaint, en wie hier nu voor wie is. De verhoudingen tussen performer en toeschouwer, maar ook die tussen Europa en Zuidoost-Azië worden op scherp gezet. Het meest duidelijk wordt dit tegen het einde, wanneer de performers ons een webcam girl(/guy)-ervaring bieden. Ze kruipen dichter naar de camera, we zien hun ogen, monden, speeksel, hun bezwete lichamen in ritmische, pornografische bewegingen. Tegelijkertijd zien we onze eigen gezichten in close-up in beeld verschijnen. We kijken naar ons eigen kijkgedrag en we zien ons eigen ongerief.

Door de kleine technische storingen waarin beeld of geluid wegvallen (het blijft immers Zoom) kan makkelijk heen worden gekeken. Maar los daarvan is Manila Zoo niet perfect. De voorstelling weet de spanning niet de volledige negentig minuten vast te houden. Met name de dierentuindieren-frasen herhalen zich net iets te vaak. Ook zijn er veel momenten en transities waarin de bewegingen doelloos lijken. Op meerdere punten vraag je je af waar je nu eigenlijk naar kijkt en wat een scène moet voorstellen. Het is dan verleidelijk om af te haken (ware het niet dat alle aanwezigen, inclusief de makers, het zien wanneer je dat doet).

De performers zijn sterker als dansers dan als acteurs, zeker in deze live vorm. Een groot nadeel van Zoom is dat de performers in de tekstscènes niet goed kunnen inspelen op de reactie van het publiek. Dus geven ze in spel maar vol gas: er wordt wat geschmierd en uitgemolken, in de hoop dat dat werkt. Dat doet het niet altijd.

Op de punten dat Manila Zoo wél werkt, werkt de voorstelling goed. De thema’s vallen als puzzelstukjes in elkaar, zonder moralistisch te worden of met een vinger te wijzen. De voorstelling resoneert uiteindelijk dan ook niet zozeer op ratio, maar op gevoel. Het resultaat is een bezielde, ongepolijste en oncomfortabele ervaring.

Foto: Bernie Ng, courtesy of Esplanade