We verzamelen voor een muur waarop iemand slogans schrijft over ongelukkig en gelukkig zijn.We krijgen elk een trekkersvestje aan, want we zullen op avontuur gaan. In de vestzakjes zitten spulletjes, ik voel een bekertje en een lepeltje. Een vrouw vraagt of wij ook Jan zijn, zoals zij. Jan Bangerik wordt ze door de muurschilder genoemd. Hij is de Jan zonder Vrees, en daagt het publiek uit de verbeelding te gebruiken, door de muur te gaan en onbekende werelden te verkennen. Natuurlijk volgen we.

De Portugese schrijfster en theatermaker Patricia Portela bewerkte de Portugese literaire klassieker Aventuras de João Sem Medo oftewel De Avonturen van Jan Zonder Vrees van auteur José Gomes Ferreira. Dat is een feuilleton uit 1933 en was een satire op het slaperige en angstige Portugal onder dictator Salazar. Diens bewind valt pas door de Anjerrevolutie van 1974, nu dus vijftig jaar geleden.

Dat en ook de vaststelling dat in Europa en andere delen van de wereld politieke angst regeert, zet Patricia Portela ertoe aan om te reageren, om onrecht, isolement en onverschilligheid te bestrijden. De Portugese figuur Jan zonder Vrees is, in tegenstelling tot de Vlaamse historische Jan zonder Vrees, een puur fictief personage dat de fantasie wil prikkelen, dat (fluwelen) rebellie wil aanwakkeren.

Het Vlaamse Laika en het Portugese Prado-Associação Cultural maken al jaren samen installaties en theater waarin ook de smaakzintuigen van belang zijn. Peter De Bie kennen we als de artiest, die in tal van stukken het publiek ook culinair verrast. Deze keer is dat beperkt tot een paar snoepachtige dingen om te eten en te drinken.

De Bie en Portela laten ons in hun theaterversie – die zowel in het Nederlands als in het Portugees wordt gebracht – kennis maken met de bizarre werelden die Jan zonder Vrees bezocht, werelden die aan elkaar gepraat worden door zonderlinge figuren. Zo is er onder meer een engelenvrouw met twee grote oren als vleugels. Die surrealistische werelden vormen, qua aankleding en grotesk spel, een uitvergrote spiegel van ons eigen wereldje.

We leggen een parcours af. De speelplek is een carrousel. Nadat de Man zonder Hoofd ons onze hersenen heeft laten verliezen, worden we verder geloodst om in groepen in een grote cirkel te gaan zitten. Door het draaitoneel krijgen we telkens vier kamers te zien. In de ene kamer geeft Mevrouw Pijn ons kalmerende drankjes tegen ziektes en oprispingen. In een andere kamer laat Mevrouw Puinhoop/Verstand ons zwart-wit-denken. In de nauwe, blauwe kamer horen we een wolk ons toespreken om het geluk in de wolkenhemel te zoeken. Mevrouw Naakte Waarheid hult zich in haar kamer in zware gordijngewaden.

Steeds worden er wijsheden en ongerijmdheden op ons afgevuurd, vragen en antwoorden, we worden voor dilemma’s geplaatst. Willen we de naakte waarheid wel vertellen, laat staan horen? Willen we leven in een wereld vol gegrien, in een omgekeerde wereld waarin het geluk is om te huilen? Moeten we ons losmaken? Van wat? Van wie? Wat is ‘fantasie’? Wat is ‘echt’?

In de absurdistische en beeldrijke setting komt dat alles wel over. Of de boodschap tot daadwerkelijke verandering overkomt, betwijfel ik. Dat gebeurde in de jaren dertig, toen het feuilleton uitkwam, ook niet . Het was nog veertig jaar wachten tot de dictauuur viel. Het picaro-achtig episch verhaal groeide wel uit tot een Portugese klassieker (en verplichte schoollectuur).

De theaterversie is ook grappig en leuk, en vol wijsheden en onwijsheden, met af en toe een zweempje poëzie die helaas te vaak verborgen blijft onder het groteske spel in de installatiemachinerie. Na de aangename kennismaking met de prettig gestoorde binnenwerelden, belanden we door de muur weer in de buitenwereld. Die ziet er nu nog wat gestoorder uit.

Foto: Rojin Delfan