De een heet Harry, de ander Benno. Beiden zijn eind veertig en kennen elkaar al van jongs af aan. Voetbal is hun gezamenlijke passie, ze spelen al eeuwen in hetzelfde team. Vrienden zijn het, zoals alleen mannen vrienden kunnen zijn. Maar hoe ziet dat eruit,  zo’n mannenvriendschap? Raoul Heertje wil in zijn eerste avondvullende toneelstuk die vraag beantwoorden.

De uit de stand-upcomedywereld afkomstige Heertje plaatst zijn twee personages in Barcelona. Rond een multifunctionele constructie, opgebouwd uit mozaïeksteentjes à la Antoni Gaudí, bivakkeren de twee vrienden een weekendje om de Clássico te zien: de voetbalkraker FC Barcelona – Real Madrid.

Het moet een leuk voetbalweekend worden, maar echt ontspannen zijn ze niet. Vlak voor vertrek krijgt Harry, met kek pruikje gespeeld door Eric van Sauers, slecht nieuws van de bank. Al jarenlang geven zijn voetbalmaten hem wekelijks een paar euro spaargeld. Dat gezamenlijke geld blijkt nu dankzij Harry’s verkeerde speculaties verdwenen.

Deze wetenschap brengt direct spanning in de voorstelling: hoe gaat zakenman Benno, een strak in het pak gestoken Cees Geel, reageren op het slechte nieuws dat Harry hem moet brengen?

Benno zelf heeft, behalve zakelijke powerpointperikelen, nog een ander probleem. Hij dreigt koninklijk onderscheiden te worden. Een lintje, zoals hij zelf zegt, voor alles wat niet belangrijk is. Zelf vindt hij de onderscheiding namelijk niet verdiend: Benno zit met een torenhoog schuldgevoel ten opzichte van zijn aan kanker overleden ex-vrouw. Om met zichzelf in het reine te komen heeft hij de hulp van taaltalent Harry nodig.

Met deze twee lijnen lijkt Als je niet leeft kun je niet scoren verzekerd van spanning en drama. Maar die blijken lastig vast te houden in een stuk waarin veel wordt gepraat over mannenzaken, maar weinig gezegd. Vrienden hebben aan een half woord genoeg om elkaar te begrijpen, maakt Heertje met veel humor duidelijk. Zonder expliciet te worden schampen ze via verhalen en voetbalmetaforen langs hun emotie en vrienden voelen dit feilloos aan. Zo blijken heteroseksuele mannen subtieler te zijn dan het clichébeeld vaak schetst.

De aard van deze mannenvriendschap impliceert wel dat door alle bijzaken en voetbalverhalen de dramatische spanning voortdurend wordt onderbroken. Hierdoor worden de dramatische lijnen te lang uitgesponnen en treedt er te veel herhaling op.

Dat neemt niet weg dat de male bonding mooi wordt uitgewerkt door Eric van Sauers, die van mij meer mag gaan acteren, en Cees Geel. Ze praten in voetbalmetaforen die soms hilarisch zijn: een echtscheiding is bij hun ‘een wissel’, een nieuwe vriendin heet ‘een nieuwe shirtsponsor’. De vrienden zijn tegenovergesteld aan elkaar: de tonnen verdienende zakenman en de wat naïeve taalvirtuoos, die volgens Benno niet genoeg leeft. Ze maken harde grappen over elkaar, maar zijn ondanks de verschillen vrienden voor het leven.

Die vriendschap van weinig woorden toont regisseur Ruut Weissman op zijn mooist tussen de verschillende scènes door, wanneer de twee acteurs samen een harmonieuze choreografie van voetbalbewegingen uitvoeren.

Met Als je niet leeft kun je niet scoren schreef Raoul Heertje een tragikomisch gelaagd portret van een mannenvriendschap. Na alle damesleed en andere vrouwelijke ongemakken die de afgelopen jaren in het theater te zien waren, werd het daar misschien ook wel eens tijd voor.

Foto: Sarah Wijzenbeek