A Noiva e o Boa Noite, Cinderela, het eerste deel  van de trilogie Cadela Força van Carolina Bianchi en haar groep Cara de Cavalo komt hard binnen. Het onderwerp van de voorstelling: femicide. Moord op vrouwen omdat ze vrouw zijn. Het woord doet sinds enkele decennia opgang maar het treurige gegeven bestaat al eeuwen. De voorstelling zindert maar heeft Bianchi’s bewuste aanwezigheid nodig om echt te werken.

Iedereen met waardering voor performers als Angélica Liddell zal de aanpak herkennen. De performer staat centraal in de presentatie van de vertelling, met tomeloze energie en het lichaam als slachtveld. A Noiva e o Boa Noite Cinderela is zo’n voorstelling, Carolina Bianchi het onverschrokken middelpunt. Gemaakt voor het festival in Avignon en ondersteund door een reeks Nederlandse organisaties, trekt de voorstelling de komende tijd langs festivals en theaters in Europa. Eind september is de voorstelling te zien in Frascati in Amsterdam.

Maagdelijk is het decor. Vloer, achterdoek, kanten kleed op een withouten tafel met fles, blikje fris, twee glazen, een kaars. Zes grote hangspots zetten alles in wit licht. Regels van Inferno uit Dante’s La Divina Commedia trekken voorbij. Over het donkere herinneren van een trauma en hoe moeilijk het is daarover te spreken. Want spreken brengt de herinnering terug. Bianchi zingt vanachter het scherm: ‘Life is coming back to me, finally…’ Dit gaat over haar herinnering en wat haar is overkomen. Ook al wil ze het niet over zichzelf hebben. Het blijkt een voorbode van wat ons te wachten staat.

Dan maakt ze haar entree. Witte broek, laarzen, bloes, een offwhite vest, knalrode lippen en lang zwart haar. In zangerig Portugees licht ze de op scherm voorbijtrekkende beelden toe: onze westerse cultuurgeschiedenis van wreedheden. Zo is er Nastagio, een veertiende-eeuwse figuur uit Boccaccio’s Decamerone die via een list een vrouw tot de zijne maakt: hij confronteert haar met wat er allemaal kan misgaan als ze hem blijft afwijzen. We zien schilderijen van Botticelli van een eeuw later, de ridder die een vrouw opjaagt, verkracht en in stukken aan zijn honden voert. Hoezo is femicide een recent verschijnsel, doceert Bianchi cynisch. Literatuur, beeldende kunst, theater – Bianchi illustreert hoe kunst al eeuwen het mantra herhaalt dat gerechtigheid voor vrouwen niet bestaat.

Dan loopt het verleden over in het heden. Haar voorbeelden worden recenter en uit de werkelijkheid. Een soapster neergestoken door haar tv-partner in 1992, een Braziliaanse voetballer die zijn minnares laat vermoorden in 2010.

Bianchi hunkert naar het begrijpen van het waarom. Ze onderzoekt en doet dat, soms bijna wetenschappelijk, zonder claim dat ze antwoorden heeft. Ze slingert haar vragen in onze richting. Dit onderzoek naar aantasting van het vrouwelijk lichaam is gevoed door trauma’s van talloze vrouwen, ook de hare, en schaart zich zo in een lijn van kunstenaars van Marina Abramovic tot Regina José Galindo.

In A Noiva.. staat het verhaal centraal van de Italiaanse performance artist Pippa Bacca (echte naam: Giusepina Pasqualino de Marineo), die met compagnon Sylvia Moro in 2008 in bruidsjurk van Milaan naar Jeruzalem trok maar dood en verkracht werd teruggevonden langs een weg in Turkije. Haar ‘Brides on Tour’ en geloof in de goedheid van mensen werden genadeloos gelogenstraft.

Hier stelt Bianchi haar geloof in de kracht van theater op de voorgrond. In essentie is theater het herbeleven van gebeurtenissen, dus het is juist theater dat invoelbaar kan maken wat het lichaam heeft ervaren. Zo legt ze haar keuze uit: ze zal het lichamelijk willoos worden, herbeleven op toneel. Ze zal de bekende rape drug (Boa Noite, Cinderela) tijdens de voorstelling innemen, in lijn met een voorstelling van Galindo uit 2016. Als de voorstelling lukt, maakt haar groep de voorstelling af, waarmee ze haar lichaam en lot in handen van de groep legt. En zo geschiedde.

Eenmaal bedwelmd valt in de zaal een snijdende stilte.

Dan neemt de voorstelling een wending. Van alle kanten uit de zaal verschijnen haar performers in donkere kostuums en volgt een reeks aan gebeurtenissen. Ze leggen haar behoedzaam terzijde. We zien de voorbeelden van femicide die door Bianchi al genoemd zijn verbeeld in groepsdansen, solo’s, gesproken en gezongen, haar overvoice klinkt, met een mix aan muziekkeuzes en een veelheid aan begeleidende teksten op scherm.

We zien de eerder door Bianchi genoemde bronnen van inspiratie genoemd en expliciet verbeeld, met een lang eerbetoon aan Roberto Bolaño’s literaire meesterwerk 2666. (En het kan bijna niet anders dan dat Bianchi bekend is met Julien Gosselins voorstelling uit 2016, die Bolaño’s litanie van moord op Mexicaanse vrouwen tot de meest ingrijpende scène van de afgelopen jaren heeft gemaakt).

De veelheid aan muziekscores, bewegingscomposities, verplaatsingen van lichamen, zand en voorbeelden van verhalen die herhaald worden versnipperen de aandacht. Hoewel er nog enkele mooie scènes voorbijkomen vallen er gaten in het totaal.

Tot het laatste deel, waarin Bianchi’s willoze lichaam die lichamelijke aantasting moet herbeleven en zij tot slot weer tot bewustzijn komt. Het maakt duidelijk dat het haar dwingende aanwezigheid is die de voorstelling nodig heeft om haar doel volledig te bereiken.

Foto: Christophe Raynaud de Lage