Het Pensioenfonds Zorg en Welzijn, waarbij ook de meeste theaterinstellingen zijn aangesloten, belegt niet langer in grote olie- en gasbedrijven als Shell, Total en BP. Dat maakte het pensioenfonds vandaag bekend. Theatermakers vragen het fonds al jaren om te stoppen met investeringen in fossiele brandstoffen, onder meer in een open brief op Theaterkrant.

Uit een onderzoek van Theaterkrant in 2021 bleek het Pensioenfonds Zorg en Welzijn (PFZW) fors te investeren in bedrijven als Shell, General Electric en Palantir. Terwijl veel theatermakers via de CAO Toneel en Dans automatisch bij het pensioenfonds zijn aangesloten.

In een Open Brief op onze website riepen meer dan 40 gezelschappen op om fossiele investeringen van het fonds te staken. Ook in voorstellingen, op festivals en meerdere demonstraties, in samenwerking met verscheidene milieuorgansiaties, voerde de theatersector actie. Een van de voortrekkers, Thomas Lamers van Collectief Walden, droeg bij het fondskantoor een stuk voor uit zijn voorstelling Warmte op een uitklapbaar podium van de Theaterstraat. Ook nodigde hij een medewerker van het pensioenfonds uit op Over het IJ voor Eiland, een installatie die het einde van Amsterdam verbeeldt.

Pensioenfonds Zorg en Welzijn laat vandaag weten 97 procent van zijn belangen in olie- en gasbedrijven te hebben verkocht. Het gaat om 310 bedrijven met een totale waarde van 2,8 miljard euro. Daaronder bevinden zich Shell, BP en Total Energies.

PFZW zette deze bedrijven de afgelopen twee jaar nog onder druk om hun klimaatinspanningen op te voeren, maar concludeert nu dat de overschakeling van fossiel naar hernieuwbaar bij hen niet snel genoeg gaat. ‘Het is teleurstellend en ontluisterend’, zegt bestuursvoorzitter Joanne Kellermann vandaag in een interview met het FD. ‘We hoopten op het leiderschap van de hele grote bedrijven. De oliemajors zijn nodig voor de transitie met hun kennis en financiële slagkracht. Maar dat is dus zwaar tegengevallen.’

Zeven bedrijven met een volgens PFZW overtuigende klimaatstrategie blijven wel deel uitmaken van de portefeuille, waaronder Worley, Neste Oyj, Galp Energia, en OMV.

Lamers noemt het nieuws vandaag ‘bitterzoet’. ‘Het is natuurlijk geweldig dat er eindelijk actie wordt ondernomen en dat de bestuursvoorzitter sterke taal gebruikt voor de grote vervuilers, hen zelfs een flinke trap nageeft. Anderzijds hadden ze dit natuurlijk al 2,5 jaar geleden moeten doen. Waarom nog dit dansje, terwijl iedereen wist dat de bedrijven toch niet zouden veranderen. Tijd is onze grootste vijand.’ Een andere kritische kanttekening die Lamers vandaag plaatst zijn de nog lopende investeringen van het pensioenfonds in bedrijven die illegale, Israëlische nederzettingen op de westelijke Jordaanoever ondersteunen. Daaromheen worden nieuwe acties voorbereid.

Desondanks viert een deel van de actievoerders vanmiddag om vier uur feest voor de kantoren van PFZW. ‘Het is zeker een belangrijke steen in de vijver’, zegt Lamers. ‘De beslissing gaat ook zeker effect hebben op kleinere fondsen en op meerdere sponsorships in de cultuursector. Het kritisch belichten van je geldstromen wordt steeds belangrijker, niet doordat ons beetje geld nou zo’n directe impact heeft, maar door onze grote symbolische macht.’

Het grootste pensioenfonds van Nederland, ambtenarenfonds ABP, besloot eerder al om zijn belangen in onder meer Shell, BP en Total af te bouwen.

Illustratie: Gemma Pauwels