Het Amsterdams Kleinkunst Festival viert dit jaar zijn eenendertigste verjaardag. In 1988 werd de eerste editie door Evert de Vries georganiseerd, en sindsdien is het festival niet meer weg te denken uit het Nederlandse Kleinkunstlandschap. Naast de Wim Sonneveldprijs voor aanstormend talent en de Annie M.G. Schmidt prijs voor het beste theaterliedje wordt er al sinds de tweede editie van het AKF een zo mogelijk nog mooiere prijs uitgereikt: de hommage!

Gisteren werd de hommage voor de dertigste keer toegekend aan een persoon die van grote betekenis is (geweest) voor de Nederlandse kleinkunst. De eer was aan de veelzijdige Simone Kleinsma. Welverdiend, dat staat buiten kijf. Zoals door haar vrienden en collega’s op het podium meermaals benadrukt werd, is zij in haar rijke carrière uitgegroeid tot één van de meest geliefde en meest veelzijdige artiesten die ons land rijk is. Toch is de beslissing om nou juist deze vrouw in het zonnetje te zetten op z’n minst bijzonder te noemen.

Als we even kijken naar de voorgaande negenentwintig hommages zien we dat deze over het algemeen, enkele uitzonderingen daargelaten, in het teken hebben gestaan van makers. Ik noem namen als Herman van Veen, Freek de Jonge, Lennaert Nijgh en Harry Bannink. Bovendien heeft in het verleden de nadruk grotendeels gelegen op cabaretiers en kleinkunstenaars, en Simone Kleinsma is bij het grote publiek grotendeels bekend als musicalster.

Het mag de pret niet drukken, en er wordt deze avond maar weer eens te meer duidelijk dat kleinkunst bij uitstek het genre is dat niet in een hokje te stoppen is, evenmin als Simone Kleinsma zelf. Ze maakte niet alleen furore in musicals, maar speelde revue met André van Duin, had met Kees & Co haar eigen comedy op tv en speelde in het serieuze drama One Flew over the Cuckoo’s Nest. Deze vrouw kan eigenlijk alles.

Collega’s en vrienden van Kleinsma zongen liedjes voor haar en over haar. Liedjes uit shows die ze in het verleden samen maakten, of gewoon liedjes waarvan ze weten dat de vrouw van de avond ze mooi vindt. Hier en daar werd de tekst vergeten in al het enthousiasme, maar het maakte allemaal niet uit. In een aantal mooie persoonlijke speeches van onder andere Paul Eenens en Joop van den Ende werd maar weer eens te meer duidelijk dat deze vrouw haar carrière niet alleen heeft te danken aan haar bak talent, maar meer nog dan dat aan haar enorme harde werken.

Van den Ende maakte met zijn toespraak tevens duidelijk dat Simone Kleinsma en de Nederlandse musical met elkaar zijn opgegroeid. In het begin van haar carrière werkte ze mee in de producties van Jos Brink en Frank Sanders, die op hun eigen wijze en zeer succesvol probeerden de elan van Broadway naar het Nederlands te vertalen. Ze is ook vanaf het allereerste begin betrokken geweest bij de Amerikaanse producties die Joop van den Ende naar Nederland haalde.

Simone Kleinsma zelf was zichtbaar aangedaan door dit eerbetoon, maar genoot bovenal met volle teugen. Het publiek werd zodoende niet alleen getrakteerd op prachtige liedjes en mooie verhalen, maar ook op de herkenbare en aanstekelijke schaterlach van de vrouw om wie het deze avond allemaal draaide.

Foto: Jaap Reedijk