De acteurs zijn in het zwart gekleed. Als enige decorstukken dienen drie kale, protestantse bidstoelen. Ze spelen in Museum Catherijneconvent waar nu een tentoonstelling is te zien over Luther, de grote kerkhervormer. Dit jaar vijfhonderd jaar geleden, op 31 oktober 1517, sloeg hij zijn 95 stellingen aan de kerkdeur van de kleine Duitse stad Wittenberg . Theatergroep Aluin, uit Utrecht, grijpt dit moment aan om de voorstelling De Hervormers te spelen in een zijzaal van het museum, daar waar ook de schilderijen van Luther hangen. Het museum noemt hem Man van het jaar 2017.

We ontmoeten de drie hoofdrolspelers van de Reformatie, het tijdperk dat zich keerde tegen de katholieke Middeleeuwen. Het zijn naast Luther, schrijver en humanist Erasmus en paus Adrianus, de enige Nederlandse paus die slechts 600 dagen het pauselijke ambt bekleedde. We bevinden ons aan het begin van de zestiende eeuw, een van de roerigste tijden uit West-Europese kerkcultuur. Luthers stellingen ontketenden godsdienstoorlog, religieuze revolutie en twist.

De voorstelling De Hervormers is een drieluik, waarin beurtelings een van de drie denkers een hoofdrol speelt, vaak in hevig debat verwikkeld met de andere twee. Nard Verdonschot vertolkt Maarten Luther, Arend Brandligt is Erasmus en Marcel Roelfsema speelt paus Adrianus. De teksten zijn van Paul Feld en Erik Snel; zij deden ook de regie, aangevuld door Victorine Plante van het deel over de paus. De drie beeldenstormers gaan vurig in debat met elkaar.

Drie keer twintig minuten duren de onderdelen, onderbroken door een pauze. De schrijvers baseren zich op het boek De Nederlandse paus. Adrianus van Utrecht 1459-1523 van Twan Geurts. Of de drie afzonderlijke delen echt noodzakelijk zijn, is echter de vraag. De teksten overlappen elkaar opvallend veel, zeker als telkens dezelfde introductie klinkt over ‘het roer moet om’, maar de vraag is ‘hoe’. En aan het slot zingzeggen de spelers in telkens andere dictie: ‘Wij zijn de hervormers.’ Soms heeft de voorstelling iets van een speloefening: op telkens andere manier hetzelfde zeggen. Misschien was het spannender geweest de uitvoering samen te ballen in een krachtig, compact geheel; nu dreigt helaas verbrokkeling.

Dat is jammer, want in aanzet zijn tekst en regie spannend. En humoristisch. Dat begint al meteen in het eerste deel over Luther die zijn stellingen niet ‘vastspijkerde’ op de kerkdeur van Wittenberg, maar ze gewoon plaatste tussen de aankondigingen op het mededelingenbord. Dat ontkracht de mythe. Interessant is dat Luther intensief gebruik maakte van de boekdrukkunst, een gloednieuwe uitvinding. Hij was de twitteraar, de internetgebruiker, de hype van zijn tijd. Zo zijn er tal van verwijzingen naar het heden, wat de voorstelling op lichte manier een mooie actualiteit geeft, die niet zwaar is aangezet.

Regisseurs en schrijvers Feld en Snel weten een mooie balans te bewaren tussen historie en persoonlijk spel. Het is knap hoe de drie acteurs zich intens met hun personage vereenzelvigen, wat bij vlagen uitmondt in heftige en soms zelfs pathetische uitschieters. Erasmus is de ongrijpbare, Luther de radicale hervormer en paus Adrianus de verdediger van de katholieke leer, zij het met grote twijfel.

De voorstelling is er een van krachtige scènes, en minder van het grote geheel. Als je een aflevering hebt gezien, dan brengen de andere wel nieuwe accenten, maar minder nieuwe dramatische momenten. In dit opzicht is De Hervormers rijk aan kerkhistorische details en tal van bijzondere scènes, zoals die waarin Erasmus als een ongrijpbare satiricus wordt neergezet. Erasmus: ‘Naar mij is een brug vernoemd, dat heet verbinden.’ Waarop zijn tegenspelerts repliceren: ‘Daarover zou ik niet willen lopen.’ Dat is een detail dat je niet snel vergeet. Dat zijn sublieme scènes die echter een grote dramatische lijn ontberen.

Foto: Annelien Nijland