Hoeveel Odyssee’s kan een mens verdragen? Nooit genoeg. Na de grootse, negen uur durende marathon door Toneelgroep De Appel in 2007 brengt het Utrechtse gezelschap Aluin de Odyssee met slechts drie personages in ruim een uur. Bewerker Erik Snel en regisseur Victorine Plante maken er een razendsnelle, spannende voorstelling van, speciaal bestemd voor de stedelijke gymnasia in ons land. Ze maken gebruik van de vertaling van Patrick Lateur, Odyssee, een zwerver komt thuis. Aluin heeft zich de laatste jaren erop toegelegd met hun voorstellingen aan te sluiten bij het programma van de scholen. Eerder waren dat Medea (2016) en Elektra (2017).

Ik zag de voorstelling in het Utrechts Stedelijk Gymnasium en te oordelen naar de aandacht van de scholieren is het een uitstekende keuze een voorstelling als deze uit te brengen voor deze doelgroepen. Hiske Eriks, Boris van Bommel en Jilles Flinterman spelen met een absoluut minimum aan middelen. In de grote scènes waarin Odysseus de zeeën bevaart tussen Troje en Ithaka dragen ze felrode zwemvesten, dat is alles. De zwerftochten van Odysseus en vooral zijn beproevingen die hij uiteindelijk glansrijk weet te doorstaan, spreken beslist tot de verbeelding.

Schitterend is de scène waarin Odysseus de cycloop van zijn oog berooft: zoals Van Bommel, die de rol van Odysseus vertolkt, aanschouwelijk maakt hoe hij en zijn kameraden in de grot raken verzeild en daar voorgoed gevangen dreigen te worden, is vol beeld en detail. Je ziet het voor je. En dat alles dankzij de beeldende kracht van de taal. Eriks speelt erg mooi de nymf Calypso die uiteindelijk teleurgesteld raakt als Odysseus toch weer vertrekt omdat het heimwee naar zijn eigen huis op Ithaka te groot is.

Zo komt het hele Odyssee-verhaal aan bod, snel wisselend van toon en speelstijl. De drie spelers tonen ook de kameraadschap die zo sterk verbonden is met de omzwervingen die de titelheld maakt. Dat is iets wat je niet vaak ziet in de Odyssee. Ze maken ook gebruik van bijzondere terzijdes, zoals wanneer Odysseus in zijn ijdelheid alsmaar doorspreekt over ‘ik’, waarop de anderen hem corrigeren: het zijn ‘wij’ die dit verhaal brengen. Als Flinterman de goddelijke boodschapper Hermes speelt, dan maakt hij enkele sissende geluiden en ja, daar staat hij, zo afgedaald uit de hemel. Als Zeus en Athena aan het woord komen vanuit de hemel, dan weten de acteurs hun hoge positie zodanig aan te geven, dat ze echt in de hemel zijn.

Zo zijn er tal van geweldig boeiende en spannende momenten waarop het verhaal van duizenden jaren oud nieuw elan krijgt. Zo volkomen eenvoudig en puur een toneelstuk brengen, dat kan dus. En juist daardoor zullen middelbare scholieren erdoor geboeid raken. Toneel heeft geen opsmuk nodig om bijzonder te zijn.

Foto: hollandse meesters