Als directeur van het Storytelling Centre Amsterdam geeft hij normaliter anderen een podium om hun verhaal te doen, maar deze keer is Arjen Barel zelf op de planken te vinden. Hij debuteert met een intieme monoloog over zijn overleden echtgenoot Patrick.

Normaal gesproken opereert Arjen Barel achter de schermen als schrijver en dramaturg, geeft hij storytellingworkshops in het buitenland of overziet hij als directeur het reilen en zeilen van het Storytelling Centre in Amsterdam. Toch koesterde hij al langere tijd de wens om zelf op het podium te staan. Hij debuteert als storyteller tijdens het festival Het Laatste Hoofdstuk, waar de dood en de kunst van het afscheid nemen centraal staan. In zijn voorstelling Tot de dood vertelt Barel over zijn relatie met zijn echtgenoot Patrick, hoe zij elkaar ontmoet hebben, hoe zij samen op fietsvakantie gingen en hoe Patrick in 2021 kwam te overlijden.

Barel en regisseur Marjolein Frijling zetten met dit onderwerp vol in op de intimiteit. Het publiek zit in een halve cirkel op het podium, vlak op Barel en zijn reisfiets. Hij maakt voortdurend contact met het publiek, deelt thee uit en gaat in gesprek over vakantietradities en -gewoontes. Het is deze warme openheid die ervoor zorgt dat de emotioneel beladen en zwaarmoedige thematiek niet onoverkomelijk wordt en voldoende ruimte biedt voor luchtigheid en humor. Het is een onvermijdbare koorddans wanneer je vanuit een zeer persoonlijke invalshoek een voorstelling over de dood maakt en Barel en Frijling weten een fijnzinnige balans te vinden.

In een klein uur deelt Barel een flinke reeks aan herinneringen, reisverhalen en muziek die zijn relatie met Patrick getekend hebben. Van hun eerste ontmoeting in een inmiddels opgedoekte club in Amsterdam tot samen kilometers fietsen over een Vietnamese snelweg omringd door geiten – je verlaat de zaal met het gevoel dat je zelf al jaren bij Arjen en Patrick over de vloer komt. De anekdotes zijn overwegend liefdevol en spelen slim in op de romantische herkenbaarheid die het publiek hierin zal voelen: de eerste keer dat hun blikken kruisen in de club, Patrick die op fietsvakantie bovenop de berg glunderend Arjen op staat te wachten, de pijn die het doet om je lief fysiek te zien aftakelen. Het is bijna jaloersmakend hoe romantisch en perfect deze relatie was.

Tot de dood is echter op z’n spannendst wanneer Barel die rooskleurige bril afzet en een confronterend eerlijk boekje opendoet. Wanneer hij vertelt dat hij de eerste dagen na Patricks overlijden voor het eerst in lange tijd weer heerlijk geslapen heeft of inmiddels een nieuw Tinderprofiel aangemaakt heeft, valt er een voelbare spanning over de zaal. Het is taboe om zo open en eerlijk over je rouwproces te spreken, hoewel we allemaal in meer of mindere mate vergelijkbare momenten van ongepaste luchtigheid meegemaakt hebben tijdens het rouwen.

Waar de emotioneel beladen keuzes voor de muziek, het gezamenlijk delen van herinneringen aan Patrick en het uitdelen van de thee meermaals onwillekeurig de sfeer van een uitvaart oproept, zijn het deze momenten van harde openheid die bewijzen dat liefde en rouw in hun irrationaliteit soms ook gewoon lak hebben aan sociale mores. Het is juist deze sociale lelijkheid die getuigt van de liefdevolle eerlijkheid waarmee Barel terugblikt.

Foto: Raymond van Mil