Apocalyptisch cabaret wil zoveel zeggen als: we gaan er allemaal aan, maar wel met humor, aldus Lotte Velvet. In 2020 won ze overtuigend het concours om de Wim Sonneveldprijs van het Amsterdams Kleinkunst Festival en nu staat ze in de theaters met haar eerste avondvullende voorstelling Ondergrond.

Daarin draait het om haar relatie met de wereld. Die relatie is van beide kanten op scherp komen te staan. Ze houden nog steeds van elkaar, ooit voelde het voor altijd, nu weten beide partijen dat niet meer zeker. Maak je nog toekomstplannen met de wereld, wil je kinderen met haar? Misschien maar eens een time-out om alles van een afstandje te bezien? Dat zijn vragen waar Velvet mee worstelt. En wil de wereld eigenlijk nog wel verder met haar?

In een stroom van gedichten, spoken word, liedjes, beschouwingen en moderne sprookjes voert Velvet allerlei personages op die worstelen met dezelfde vragen en de tijd waarin we leven: de leadzangeres van de Pussy Rebels uit Oss, die maatschappijkritische punknummers brengen over de bio-industrie en de woningnood; de vrouw die inspraak wil in alles; de zendmaster die overal complotten vermoedt; de vrouw die overal recht op meent te hebben: op vakantie, op herfstvakantie, op vrienden, op liefde.

Zo beschrijft ze een optocht van mensen in alle kleuren, soorten en maten, die achter elkaar aan lopen in dezelfde richting, want er is blijkbaar een richting, zonder te weten waarom of waarnaartoe ze lopen. Een bonte stoet van stakkers die in het duister tasten. Velvet voert ze op met een mengeling van verbazing, afgrijzen en compassie.

Als een circusdirecteur met hoge hoed, vertelt ze over het rariteitenkabinet Rutte IV in een glanzend geschilderde piste. Komt dat zien! Onze kijk op de wereld is volgens haar het gevolg van hoe we zijn grootgebracht. Haar generatie is in alles teleurgesteld en kampt met burn-outs omdat hen nooit een realistische gang van zaken is voorgespiegeld. Realistischere sprookjes hebben we nodig!

Het realistische sprookje dat wij te horen krijgen, over een man in een kantoortuin die een kikker onder zijn bureau aantreft, is hilarisch, de afloop biedt zelfs een ontroerend sprankje hoop. Want al valt er best wat te lachen, en al is de taal nog zo poëtisch en de muziek nog zo betoverend, veel hoop op herstel van een goede relatie tussen Velvet en de wereld krijgen we niet. Zelfs relatietherapie levert niets op. De wereld draait verder en Velvet weet intussen niet hoe ze haar tijd zinvol moet doorkomen. Gewoon positief denken en gelukkig zijn, adviseren haar vrienden. Chiazaad in je yoghurt doen, kleurplaten voor volwassenen maken. Ze mist de wereld, maar de wereld mist haar niet. ‘Je zuigt me leeg, je claimt me en je stelt te veel vragen’, bijt de wereld haar toe.

Haar observaties zijn messcherp, haar taal is poëtisch, ze schildert met woorden. De underscore van Serge Dusault is een waardevolle toevoeging: dreigende klanken, meeslepend, ontroerend, de muziek kleurt de voorstelling in op een prachtige manier. Velvet zelf bespeelt naast elektrische en akoestische gitaar de elektrische viool en tovert daar klanken uit die troostrijk zouden zijn als haar verhaal niet zo grimmig, dreigend en verdrietig was.

Het slot van de voorstelling is om te huilen en om te lachen en laat je als toeschouwer ontredderd achter. Velvet heeft een volstrekt eigen vorm gevonden om een actueel verhaal persoonlijk te maken. Ze is authentiek, ze is een kind van deze tijd en ze doet wat een goede cabaretier moet doen. Ze raakt, ze verontrust, ze ontroert, ze levert stof tot nadenken en houdt ons een spiegel voor. Lotte Velvet verdient volle zalen.

Foto: Anne van Zantwijk