Woorden over gevoelens gebruiken ze niet. Ze schrijven ‘we eten veel walnoten’ en niet ‘we houden van walnoten’. “’Houden van’ is een onbetrouwbaar woord, het mist precisie en objectiviteit. ‘Van walnoten houden’ en ‘van moeder houden’ betekent niet hetzelfde.”

De naamloze tweeling die de hoofdpersonen zijn in The notebook van Forced Entertainment vertellen hun verhaal in korte hoofdstukken en in een afgemeten, nauwkeurige taal. Tijdens de Tweede Wereldoorlog worden ze door hun moeder gedropt bij hun eigenaardige en onaangename grootmoeder die ze nooit hebben gezien, die buiten een klein stadje woont op een armoedig keuterboerderijtje.

De Britse groep, die dit jaar haar dertigjarig bestaan viert, brengt het verhaal – gebaseerd op het boek van de Hongaars-Zwitserse schrijfster Ágota Kristóf – volstrekt minimalistisch: een houten vloertje, twee stoelen en twee identiek geklede acteurs, Richard Lowdon en Robin Arthur, die de tekst voorlezen uit twee identieke beige cahiers.

In de regie van Tim Etchells wisselen de twee elkaar soms af; ze spelen samen de dialogen, maar doen lange stukken ook volmaakt unisono. Als de tweeling spreekt is dat met één stem, in het verhaal zijn ze een volstrekte twee-eenheid. De enige keer dat ze van elkaar gescheiden worden, op hun eerste schooldag, vallen ze onmiddellijk flauw van angst en zenuwen. Of simuleren ze?

In het dorp ontwikkelen de twee zich van volstrekte outcasts tot handige hosselaars die buren helpen, een priester afpersen en in aanraking komen met (perverse vormen van) seksualiteit. Ze harden zichzelf fysiek door elkaar af te rossen met een riem en mentaal door elkaar uit te schelden totdat ze niets mee voelen. Toch ontwikkelen ze een bizar soort moraal, die ze zo consequent mogelijk proberen na te leven.

In het begin overheerst het avontuur en de absurde humor, maar gaandeweg wordt de sfeer grimmiger en verdorven. Lowdon en Arthur brengen je als toeschouwer gedurende twee uur in een bijzonder soort concentratie; het samen vertellen, dat tot op de ademtocht gecontroleerd lijkt te zijn, maakt The notebook een lugubere trip.

Maar juist die symbiose in spel geeft het naargeestige verhaal dat zo precies wordt verteld steeds een onderlaag van saamhorigheid en vertrouwen. Dat is niet geruststellend of sentimenteel: deze tweeling is een angstaanjagend personage. Uiteindelijk gaat The notebook over de enorme aantrekkingskracht van het samenvallen met een ander en het twijfelloze geloof in je eigen keuzes dat daaruit kan voortkomen.

Foto: Hugo Gleddinning