Op 4 september 1944 hield toenmalig minister-president Pieter Sjoerds Gerbrandy een radiotoespraak waarin hij zich per ongeluk liet ontvallen dat de bevrijders de Nederlandse grens waren ‘overgestoken’, in plaats van ‘benaderd’. Nederland was in rep en roer en de volgende dag ontvouwde dit zich tot ‘Dolle Dinsdag’. Werkplaats Walhalla neemt deze gebeurtenis in de jeugdvoorstelling Dolle Dinsdag als blauwdruk voor het eerste geval van nepnieuws in Nederland.

Regisseur Eran Ben-Michaël (die in 2018 ook al een voorstelling over nepnieuws maakte) koos voor een energieke spreekbeurtstijl, waarin acteurs Jonata Taal, Bodine Sutorius en Megan de Kruijf het publiek meenemen door verschillende voorbeelden van nepnieuws in de (recente) geschiedenis. Zij hebben namelijk de Club van de Waarheid opgericht, met als doel om al het nepnieuws tegen te gaan en de waarheid boven water te halen. Aan de hand van maatschappelijke, politieke en persoonlijke voorbeelden duiken zij samen steeds dieper de nuances in. Wat is nepnieuws precies? Wat is feit en wat is mening? Hoe kan de waarheid verkeerd geïnterpreteerd worden, en welke gevolgen heeft dit eigenlijk? Door concrete links te leggen met voorbeelden van nu, bijvoorbeeld rondom corona en 5G, wordt het onderwerp direct toegepast en inzichtelijk gemaakt.

De drie personages ontpoppen zich tot drie heldere, herkenbare types. Aan de ene kant is er de felle Aleesha, voor wie feiten altijd feiten zijn, zonder ruimte voor grijs gebied. Aan de andere kant is er de angstige Skep, die juist overal vraagtekens bij zet en gevaarlijk snel in de complottheorieën belandt. Daartussenin pendelt de enthousiaste Boele, die goede intenties heeft maar de consequenties van zijn acties niet overziet.

Al hebben de drie vrienden hetzelfde doel, door hun verschillende standpunten drijven ze steeds verder uit elkaar. Vooral de monoloog waarin Skep steeds meer waarheden en nepwaarheden door elkaar haalt en van zelfbenoemd ‘kritisch denker’ steeds meer verandert in ‘wappie’, maakt de complexiteit van het onderwerp invoelbaar. Het is een geweldige illustratie van hoe ingewikkeld het onderwerp is, en hoe moeilijk het is om te weten welke bron betrouwbaar is.

De keuze om de onvermijdelijke ruzie tussen de personages niet onderhuids te houden, maar juist volledig uit te spelen, maakt dat de spanning flink voelbaar wordt in de zaal. De gevolgen van nepnieuws worden behapbaar gemaakt voor de negenplussers: je kunt zomaar in een andere waarheid dan die van je vrienden belanden, en je lost dit probleem niet op met ‘het is maar een grapje’. Bovendien blijft het niet beperkt tot onderwerpen die je in de krant leest: nepnieuws, deep fakes en wraakappjes van die ene jongen uit je klas zijn ook relevant voor kinderen. In de tekst van Boy Rooyackers worden grote woorden en gecompliceerde materie niet uit de weg gegaan. Het publiek wordt nergens onderschat en Rooyackers vindt een goede balans tussen ernst en humor.

De educatieve laag van Dolle Dinsdag is fijn, maar kent ook zijn grenzen. Er wordt soms iets te veel voorgekauwd, waardoor je als toeschouwer zelf weinig hoeft in te vullen. De sobere vertelvorm vraagt daarbij veel concentratie van het jonge publiek. Een enkele verhaallijn stijgt boven het hier en nu uit en brengt een fictieve laag aan: door onbedoeld een bewerkte foto te delen op sociale media, verspreidt de club zelf een fake news story. Dit lijntje had sterker aangezet kunnen worden, al was het maar om de verbeelding iets meer te prikkelen. Ook de muzikale intermezzo’s, waarin met minimale elementen een andere, net iets abstractere theatraliteit wordt aangestipt, verdient meer uitwerking. Als geheel had de voorstelling baat gehad bij minder letterlijkheid.

Dolle Dinsdag doet zijn best om niet te moralistisch te worden, maar vervalt af en toe toch in een (goedbedoelde) preek. Met zo’n complex onderwerp, mag het ze vergeven worden. Of elk kind in de zaal alle ontwikkelingen gevolgd heeft, valt te bezien, maar de boodschap is in elk geval kraakhelder.

Foto: Salih Kilic