Het is een van de grootste clichés in het huidige theaterlandschap: te weinig diversiteit, te veel theater voor de witte elite. Het nieuwe Well Made Productions, opgericht door Ellen Tjon A Meeuw en Samora Bergtop, probeert het probleem te bestrijden door een klassieker uit de zwarte toneelcanon naar Nederland te halen: het Broadwaysucces A Raisin in the Sun. Het stuk van Lorraine Hansberry was in 1959 de eerste voorstelling van een zwarte, vrouwelijke auteur op Broadway. Well Made Productions speelt het stuk als eerste deel van een drieluik over de zwarte identiteit in het Westen.

A Raisin in the Sun vertelt het verhaal van een arm, zwart gezin in Chicago. Na het overlijden van de oude Younger ontvangt de familie een cheque van tienduizend dollar. Zoon Walter wil het investeren in een slijterij, dochter Beneatha wil met het geld haar studie medicijnen afronden en moeder Lena wil er een mooi huis van kopen. Het plot is weinig inventief en bij vlagen enigszins ouderwets, maar de invulling ervan toont de specifieke worstelingen van zwarte mensen in het Amerika van de jaren vijftig.

Worstelingen die voor mij als jonge, blanke man in Nederland een ver-van-mijn-bedshow zijn, maar die voor het vrijwel volledig gekleurde publiek bijna zestig jaar na dato (!) nog merkbaar herkenbaar waren. De kracht van A Raisin in the Sun zit echter in de universaliteit van het stuk. Zo herkende ik mezelf in de omgangsvormen binnen de familie en in het verdriet van de jonge Travis wanneer zijn ouders knallende ruzie maken.

Deze universaliteit wordt grotendeels bewerkstelligd door het overwegend sterke en gevarieerde spel van de acteurs, waarmee ze in alles de tragiek van hun personages laten doorschemeren. Mandela Wee Wee neemt je mee in de achtbaan van Walters ambitie, van zijn letterlijke hoogtepunt (wanneer hij vol van geluk in het decor omhoog klimt) tot het dieptepunt waarop hij bereid is voor geld zijn trots uit het raam te gooien. Door de intense energie van zijn spel is Wee Wee bovenal een genot om naar te kijken.

Jetty Mathurin maakt van moeder Lena een kwetsbare, maar krachtige matriarch die koste wat kost haar familie intact probeert te houden. Elke scène waarin zij speelt voelt oprecht: Mathurin verdwijnt helemaal in haar personage en maakt Lena Younger tastbaar. Een prachtig en bovenal eerlijk optreden. Yannick Jozefzoon is als de jonge Travis op zijn best wanneer hij ongelukkig tegen de buitenkant van de blauwe, muurloze woonkamer aanzit. Zijn treurige, stille spel doet je twijfelen aan de oprechtheid van zijn opgewekte houding in het bijzijn van zijn familie.

Helaas is het spel van Joy Wielkens (Beneatha) en Samora Bergtop (schoondochter Ruth) bij vlagen nogal vlak, waardoor Beneatha en Ruth minder krachtig overkomen dan de rest van de personages. Met name Beneatha, die gevangen zit tussen de blanke, Amerikaanse cultuur en de zwarte, Afrikaanse cultuur, intrigeert door haar recalcitrante en kritische houding tegenover beide culturen. Dit komt jammergenoeg niet goed uit de verf.

A Raisin in the Sun wordt naar een hoger niveau getild door de universaliteit die regisseur Teunkie van der Sluijs en vertaler Esther Duysker kundig versterkt hebben. Waar Hansberry’s originele tekst nog eens naar een historisch drama neigt, heeft Duysker, onder andere door een aantal anachronismen (‘Yes, we can!’) toe te voegen, A Raisin in the Sun tot een menselijk drama gemaakt. Het is zo verfrissend om eens een andere cultuur op het podium te zien waarbij de nadruk niet ligt op de verschillen met de overheersende, westerse cultuur in Nederland. De familie Younger zijn mensen, met eigen dromen en gebreken. Mensen waarin iedereen zich kan herkennen. A Raisin in the Sun bedient een groots, cultureel divers publiek. En dat gebeurt niet vaak genoeg in het Nederlands theater.

Foto: Jean van Lingen