Kamepa (spreek uit als ‘camera’) is het Russische woord voor ‘cel’. Ann Van den Broek gaf deze titel aan de choreografie die zij voor zeven Russische dansers maakte bij TsEKH, een centrum voor eigentijdse dans in Moskou.

Met hun frasen van heftige armgebaren zetten de dansers voor wie de stijl en bewegingsintenties van Van den Broek nieuw zijn Kamepa al vanaf het begin op scherp. Het zijn bewegingen die in een ritmische cadans worden herhaald, veranderen en verder trekken door het lichaam. Verspreid over de vloer, nemen de dansers elkaars plaats in. Maar dat is niet van lange duur. Want met het thema ‘cel’  is Van den Broek genoodzaakt om een patroon in haar werk te doorbreken. Vaak deelt zij de ruimte in met velden die verschillende energieën en gedragingen oproepen. In Kamepa sluit zij haar dansers gedurende de voorstelling juist grotendeels op in een kleine, door geluidsboxen omzoomde ruimte. Niet alleen het kleine oppervlak waarop de zeven dansers hun tijd doorbrengen is beklemmend, de lichamen worden op  bepaalde momenten ook beperkt door vastgebonden polsen of knieën. De menselijke driften die Van den Broek in haar dans vangt, leiden ook in Kamepa tot een aantal schrijnende scènes.

De Russische gitarist Gennadij Lavrentjev werd gecoacht door Van den Broeks vaste componist Arne van Dongen. Lavrentjev laat zijn gitaar loeien, haalt uit, tikt op zijn instrument. Zijn muziek werkt soms als een zweepslag. Terwijl het licht aan het einde van de voorstelling dooft, horen we een van de mannen schreeuwen in een andere taal, zijn emoties laten zich duidelijk horen. Het is hetzelfde beeld als bij aanvang, alsof we naar gebeurtenissen in een vicieuze cirkel kijken.

Het is de verdienste van de Russische dansers dat zij het bewegingsvocabulaire van Van den Broek in volle overtuiging weten te brengen. Maar het enigszins grimmige Kamepa laat ook zien dat haar werk uitgevoerd door een andere cast, een ander karakter kan krijgen zonder aan kracht te verliezen.