De Nationale Opera heeft op 24 november in het Amsterdamse Universiteitstheater een vroege start gemaakt met het nieuwe Opera Forward Festival (OFF). Dit festival voor jonge kunstenaars wordt van 15 tot 25 maart 2016 gehouden en bevat twee veelbelovende wereldpremières. Tijdens deze eerste Opera Forward Talk deelde Pierre Audi, directeur van De Nationale Opera, zijn plannen voor het festival en spraken drie jonge internationaal opererende operaregisseurs, Lotte de Beer, Sjaron Minailo en Floris Visser, onder leiding van Gable Roelofsen met elkaar over de toekomst van opera. 

De relatie van De Nationale Opera met jong talent lijkt soms wat moeizaam en dubbelzinnig. Zo is er nu een vijftigjarig jubileum voor nodig om enigszins weggestopt in het jaarprogramma een jong operafestival te organiseren. Maar in de aanloop daarvan worden interessante bijeenkomsten georganiseerd in diverse Amsterdamse onderwijsinstellingen. Bij de aftrap op 24 november in het Universiteitstheater was de zaal inderdaad gevuld met veel jonge mensen. Die hoorden hoe Pierre Audi benadrukte dat zijn Nationale Opera er niet alleen is om te conserveren, maar ook om te innoveren. Hij wil opera graag zien als een ontmoetingsplaats voor de nieuwe generatie kunstenaars en hij hoopt, zei hij optimistisch, dat het nieuwe festival zal leiden tot toekomstplannen voor de volgende vijftig jaar.

Lotte de Beer, die nu werkt aan Hänsel und Gretel bij DNO, Floris Visser, leider van Opera Trionfo, die furore maakt bij het Bolsjoi Theater in Moskou, en Sjaron Minailo, onder meer bekend van zijn eigen Studio Minailo, waren het erover eens dat De Nationale Opera er goed aan zou doen een afdeling voor experimenteel theater te stichten, met initiatieven die flexibeler kunnen zijn dan het vaste repertoire en die misschien vervolgens tot grotezaalproducties zouden kunnen leiden. ‘Als er dan maar niet steeds soldaten over het toneel marcheren’ was de reactie van een dame uit het publiek. Lotte de Beer had het al mismoedig maar strijdvaardig verteld: in Duitsland, waar zij veel regisseert, zijn de oudere mensen bang voor al te moderne ensceneringen en denken de jongeren dat opera sowieso altmodisch is. Zie je daar maar eens tussen te handhaven. Lotte is bereid zelf te gaan flyeren. Floris Visser hoopt Antigona van Traetta bij Opera Trionfo volgend jaar toch wel enige actuele betekenis te geven. En voor Sjaron Minailo zou het experimentele theater wel het grote podium mogen krijgen en kan de traditionele opera dan wat meer naar een zijzaaltje worden gedirigeerd.

Op het Opera Forward Festival staan twee wereldpremières: Only the Sound Remains, dat bestaat uit twee Nôh-stukken van de subtiele Finse componiste Kaija Saariaho, geregisseerd door Peter Sellars en gezongen door countertenor Philippe Jaroussky en bas Davone Tines, en de nieuwe kameropera Blank Out met 3D-film van componist, filmer en regisseur Michel van der Aa. Daarnaast bestaat het programma uit Chovansjtsjina van Moessorgski en Il matrimonio segreto van Domenico Cimarosa, een co-productie van De Nationale Opera, Nederlandse Reisopera en Opera Zuid, allebei in een heel jonge bezetting. Het decor- en kostuumontwerp van deze laatste productie is van twee jonge Italiaanse ontwerpers, Francesco Cocco en Frederica Miani, die daarmee uit de eerste Dutch Opera Design Award wonnen, als beste uit 49 inzendingen. Het motto van het festival is New Voices, New Visions.

Voorafgaand aan het festival vinden nog enige prikkelende bijeenkomsten plaats: 14 januari met filmer Peter Greenaway in de Filmacademie; 28 januari met sopraan Claron McFadden en natuurkundige Robbert Dijkgraaf in het Conservatorium; 23 februari met filosofe Chantal Mouffe in de Theaterschool, en op 25 februari met Gijs Scholten van Aschat en Colin Benders (Kyteman) in de Vrije Universiteit.