‘Leugens zijn wit, leugens zijn zwart, soms komen ze uit je tenen en soms uit je hart.’ Liegen is verkeerd, dat wil het sprookje Pinokkio ons van oudsher leren. Want van liegen gaat je neus groeien en kom je in de problemen, dus lieve kindjes: doe altijd wat je ouders je zeggen.

Gelukkig mag in het theater alles anders zijn. Regisseur Liesbeth Coltof en vormgevers Rieks Swarte en Carly Everaert hebben Ko van den Bosch, bekend om zijn rauwe absurdisme, gevraagd het verhaal te bewerken voor een publiek vanaf acht jaar. Resultaat is een hard maar grappig theatersprookje dat alle emotionele viezigheid vakkundig uit de weg gaat.

Veel kun je over deze Pinokkio zeggen, maar niet dat er weinig te zien valt. Een rommelig combo’tje, een morsige spreekstalmeester, een te oude ballerina, reusachtige poppenkastpoppen, een kat en een vos, ezels, hazen met geweren, een krekel, een haai, alle oorspronkelijke personages zitten er in. Plus een steeds veranderend decor op een draaischijf, met huizen, dorpen, een kasteel, een zee, noem maar op.

Maar het begint gewoon met een groot rood toneelgordijn. ‘Het Er Was Eens ligt hierachter!’, roept de morsige spreekstalmeester met de lange hippieharen. Maar het kost wel wat moeite voordat de theatrale illusie zich kan openbaren. Eerst stuiten we nog op een muur, waarna met veel moeite een klein toneeltje zichtbaar wordt. Het verhaal over het jongetje in een enge en moeilijke wereld begint met horten en stoten, alsof het publiek moet worden tegengehouden om zich in de klassieke tearjerker te verliezen.

Alle personages zijn overdreven karikaturaal vormgegeven, waarschijnlijk met hetzelfde doel: niet teveel emoties. Gepetto heeft veel grijs haar, zijn creatie Pinokkio is een bleu roze mannetje met zwarte haren en een poppengezicht. Zijn neus is een meterslange uitschuifbare hengel, een mooie vondst van Swarte. Pinokkio wil volwassen zijn, maar de krekel zegt: ‘Volwassen word je door volwassenen na te doen.’ Pinokkio echter weet: ‘Volwassen word je vanzelf.’ En inderdaad, in de maalstroom van scènes die de voorstelling Pinokkio is, vol muziek en visuele vondsten, wordt het houten jongetje uiteindelijk volwassen.

Helaas loopt die maalstroom her en der nogal stroef, waardoor de voorstelling soms een beproeving wordt, zowel voor kinderen als volwassenen. Aan de acteurs ligt het niet, die spelen en zingen zich te pletter. Maar door de visuele overvloed in dit te lange verhaal, gekoppeld aan de opdracht om afstandelijk te acteren, wil je af en toe toch graag even de andere kant op kijken. Luisteren is dan een goede optie, want Van den Bosch heeft een heerlijk smeuïge tekst geproduceerd met af en toe een dikke drol of een vette vloek: ‘pokkepop!’. Met prachtuitdrukkingen als ‘driedubbelovergehaalde gestrengheidsmeneer’ of ‘in het holst van de jongenshonger’ voorziet Pinokkio volop in taalgenot. ‘Klim elke boomtop – schaaf elke knie’ parodieert de schrijver aan het einde de Sound of music. Maar dan is alle hoop op meeslepende emoties in het Er Was Eens allang vervlogen.

(foto: Sanne Peper)