De Amsterdamse Stadsschouwburg zat zaterdag 19 december boordevol enthousiaste mensen in allerlei tinten en kleuren en het podium bruiste over van het multicultureel talent. Gek genoeg had John Leerdam het tienjarig jubileum van zijn stichting Julius Leeft! (genoemd naar zijn grootvader) aangegrepen om een voorstelling over de oer-Nederlandse ex-koningin Juliana te maken. Het is geen diepgravend psychologisch portret geworden, maar wel een aanstekelijke show over een koningin die niet alleen haar gezin bij elkaar wil houden maar ook haar land, met al zijn uithoeken en minderheden.

Juliana, moeder van het volk duurt drie uur, zonder pauze, en is soms een beetje onsamenhangend, maar deze ‘muzikale theaterreading’ verveelt geen moment. Het verhaal over Juliana wordt dan ook tegelijkertijd op verschillende niveaus verteld. Er is een groot achterdoek waarop aan een stuk door journaalbeelden over haar worden getoond, heel vaak reizen naar verre windstreken, zodat we meer beelden van Indonesië, Suriname en de Antillen zien dan van haarzelf. Dan zijn er drie nieuwslezers, onder wie stichtingsvoorzitter Noraly Beyer, die de droge feiten opsommen van Juliana’s leven. Er is een virtuoze band die zeer aanstekelijke muziek speelt van Harto Soemodihardjo, met onder anderen altvioliste Esther Apituley als sterke soliste. En ten slotte is er een voortdurende afwisseling van soms misschien wat stijfjes gespeelde scènes en wervelende zang en dans. Op de een of andere manier had John Leerdam het zo georganiseerd dat het allemaal vlot en soepel achter en door elkaar liep.

Voor de speelscènes tekende een schrijverscollectief met Paulette Smit, die ook Juliana speelt, Manoushka Zeegelaar Breeveld, Pieter Hilhorst, Yoeri Albrecht, Remco Meijer en Daniela Tasca. Het gaat om gefingeerde dialogen die soms direct en soms in een wat verder verband met Juliana te maken hebben. Heel veel echte politici en andere bekende persoonlijkheden doen eraan mee. Juliana (Paulette Smit) voert bijvoorbeeld een gesprek met machtige vrouwen zoals Eleanor Roosevelt (gepersonifieerd door cultuurminister Jet Bussemaker), Indira Gandhi (Kathleen Ferrier) en de vrouw van de Surinaamse politicus Jopie Pengel, gespeeld door een flamboyante Gerda Havertong. Moet een vrouw achter haar man staan of zelfstandig macht uitoefenen?

Minister Bert Koenders speelt een Arubaanse dwarsligger in gesprek met verschillende vertegenwoordigers van het Nederlandse koloniale verleden. Job Cohen is natuurlijk Den Uyl (in de Lockheedaffaire), maar doet ook een monoloog van een jood die teleurgesteld is in het koningshuis, omdat het de joden in de steek heeft gelaten tijdens, maar ook voor en na, de oorlog. Want al is het geheel een loflief op een geliefde koningin, er worden wel degelijk harde noten gekraakt, over de politionele acties in Indonesië, over de situatie van de Zuid-Molukkers (van wie sommigen overigens eens Juliana hadden willen gijzelen) en over de escapades van prins Bernhard, die wordt opgevoerd in een dialoog met een veel sympathiekere en wijze prins Claus (Thom Hoffman).

Guikje Roethof speelt (voorzien van een pruik) een geloofwaardige Beatrix in twee ongemakkelijke dialogen met haar moeder. Ze zijn het niet eens, ze durven elkaar zelfs niet aan te raken of dicht bij elkaar te komen, de tweede scène eindigt met een mislukte omhelzing. Paulette Smit is op haar best in dit soort onhandige situaties, vooral als zij voorzichtig probeert mee te dansen met de geweldig zingende en dansende Surinaamse artiesten.

Of het allemaal volkomen authentiek is (zoals de wel heel innige scène tussen Juliana en de Surinaamse politicus Ferrier, gespeeld door Keith Herdigein) is niet helemaal belangrijk, ook niet dat we zeker geen volledig beeld van Juliana krijgen. Dit is een vrolijke avond, maar hij laat iets zien, namelijk dat een belangrijke taak is van een koningshuis om er te zijn voor iedereen, met iedereen contact te kunnen hebben, voor iedereen open te staan, zonder te zijn gebonden aan speciale belangen. Beatrix kwam kijken op de première van Juliana, die voor haar wel enerverend zal zijn geweest. Ik hoop dat zij er Willem Alexander en Máxima iets over vertelt.

Foto: Jean van Lingen