Bij drie cabaretgroepen hoorde hij tot de hekkensluiters. In het ABC Cabaret van Wim Kan (vanaf 1959 een soort informele kleinkunstopleiding) speelde Marnix Kappers mee in het laatste programma. Hij kwam rechtstreeks uit het studentencabaret en won in 1966 de eerste hoofdprijs met Déja Vu. In 1971 zat hij in een nakomertje van Lurelei (1958-1971), de eerste keer dat ik hem zag spelen. De voorstelling heette Moeder, er komt een bevolkingsexplosie. Ja kind, dat zal me een klap geven, met Eric Herfst en Elsje de Wijn en voor het eerst zonder Jasperina de Jong, die solo ging.

Daarna werkte Marnix Kappers mee aan het Cabaret (Ivo) De Wijs, onder meer in het laatste programma Formule 2 uit 1978. De Wijs: ‘Marnix was een onverslaanbare gangmaker, met licht egocentrische trekjes. Zijn carrière was gevarieerd, van regisseur tot reclames, acteren, musicals, Marnix heeft hard gewerkt en hij zocht de lol. Met hem vlogen de dagen om.’

Kappers speelde in 1998 en 1999 mee in een nieuwe versie van de Schmidt/Bannink-musical Heerlijk duurt het langst (543 avonden) met Jasperina de Jong, Jenny Arean en Paul de Leeuw. Zijn laatste grote optreden was in de muziektheateravond voor schrijver Friso Wiegersma, Telkens weer het dorp (2003). Bij het ‘brede publiek’ werd hij bekend als ambassadeur van verstandelijk gehandicapten (‘nooit gééstelijk gehandicapten zeggen, met hun geest is niks mis’) in het tv-programma Knoop in je zakdoek, dat hij van 1991 tot 2001 maakte met Sylvia Millecam. Na de dood van de liefde van zijn leven, choreograaf en danser John Kuiper, in 2013 zag Marnix Kappers weinig zin meer in zijn leven.

Hij stierf op 10 oktober 2016, op 73-jarige leeftijd.

Dossiers

Theatermaker december 2016