Steeds vaker gaan theatermakers (tijdelijke) verbintenissen aan met wijken, steden en hun bewoners. Soms op verzoek van een festival, soms op eigen initiatief. Hilde Tuinstra verdiept zich als ‘Wijk-Maker’ van het Over het IJ Festival in de wijk Buikslotermeer in Amsterdam-Noord. Lucas De Man is sinds twee jaar stadskunstenaar van Den Bosch. En de leden van Tijdelijke Samenscholing verkenden via het artist in residence-programma Delta Workers het leven en muziek in New Orleans.

‘Wij theatermakers claimen altijd bezig te zijn met de buitenwereld, maar zijn we dat ook werkelijk,’ vroeg de net afgestudeerde regisseur Hilde Tuinstra zich af. Voor haar regie van Disco Pigs bij FrasLab afgelopen maart besloot ze zich intensief te verdiepen in de jeugd van Buikslotermeer in Amsterdam-Noord. Het stuk van Enda Walsh gaat immers over een jong, streetwise duo. Tuinstra sprak ter voorbereiding met een wijkagent, een kunstschilder en verscheidene jongeren. Vervolgens ging ze in de voorstelling op zoek naar de ‘clash tussen het repertoire en de realiteit, de botsing tussen de personages, de acteurs en de jongeren’.

Momenteel doet Tuinstra aanvullend onderzoek in Buikslotermeer als een van de ‘Wijk-Makers’ van het Over het IJ Festival. Het locatietheaterfestival in Amsterdam-Noord vroeg vier theatermakers om zich deze zomer te committeren aan een ‘wijk in beweging’ in het stadsdeel. Het festival wil dat de makers daar contact zoeken met de bewoners, in kaart brengen wat er speelt en daarop reflecteren met ‘artistiek werk’. Op het festival geven de makers een tussentijdse presentatie tijdens een fietsroute door de betreffende wijken.

Het project vormt geen uitzondering. Op de zomerfestivals tonen meer theatermakers een grote betrokkenheid met een bepaalde plek. Op de Operadagen Rotterdam en Oerol speelt Tijdelijke Samenscholing de muziektheatervoorstelling The Big Easy, waarvoor het collectief zich verdiepte in New Orleans. Lucas De Man (Het Zuidelijk Toneel en Stichting Nieuwe Helden) trekt langs verschillende festivals met zijn performance-installatie Sketch. Daarin kunnen bewoners aangeven wat voor soort gebouw ze in hun buurt missen en tekenen architecten hun visies en dromen uit. Daarnaast is De Man al twee jaar officieel beëdigd ‘stadskunstenaar’ van Den Bosch, waar hij in het najaar de kunstinstallatie OOG realiseerde. Aan vijf gebouwen in de stad hing hij een iris van ruim vier meter doorsnede met binnenin een ‘audiovisueel kijkspel’.

Investering

Voordat hij in Den Bosch zijn eerste stadsproject presenteerde, verdiepte Lucas De Man zich anderhalf jaar in de stad. ‘Ik wilde de stad eerst laten zien wie ik ben. Ik heb heel veel van mijn vorige werk hernomen, heb een gratis winkel geopend met creatieve ideeën en heb alle mogelijke bijeenkomsten gehost, van de opening van het cultureel jaar tot een vergadering van de plaatselijke businessclub. Ondertussen heb ik met iedereen gepraat over mijn plannen.’

De ‘Wijk-Makers’ van Over het IJ storten zich van mei tot oktober in het leven in een bepaalde buurt, sommigen gaan er ook tijdelijk wonen. Hilde Tuinstra wil vanuit een leegstaand winkelpand of een open atelier zoveel mogelijk tijd investeren in ‘haar’ Buikslotermeer. ‘Ik wil perspectieven verzamelen van veel verschillende groepen, van de hangjongere tot de yogamoeder, van de wijkagent tot het oude dametje achter de geraniums.’

Ook Tijdelijke Samenscholing (Michiel Bakker, Carole van Ditzhuyzen, Stan Vreeken) nam ruim de tijd om de stad op verschillende manieren te onderzoeken, vertelt acteur Michiel Bakker. Het gezelschap verbleef ruim een maand in New Orleans. ‘We hebben heel veel mensen geïnterviewd, veel live acts, jamsessies en muzikale rituelen bijgewoond, muzieklessen gevolgd en een kleine trip gemaakt.’

Ervaring

Die intensieve onderdompeling is volgens de makers een onmisbare voorbereiding. ‘Ik heb van tevoren veel gelezen en veel documentaires bekeken over het slavernijverleden, de armoede en natuurramp Katrina, maar pas toen ik in New Orleans was, ervoer ik de beklemming die daardoor in de stad heerst en vooral hoe die stad dat met muziek allemaal lijkt te willen bezweren,’ zegt Bakker. Als voorbeeld geeft hij de zogenaamde second lines. ‘Iedereen loopt mee in een grote optocht rond een blazersband. De parade negeert alle verschillen en komt door arme en rijkere buurten. Muziek doet de ellende vergeten en brengt mensen samen in het hier en nu. Dat is het hoofdthema van onze voorstelling geworden.’

‘Wijk-Maker’ Tuinstra werd zich tijdens haar eerste onderzoek in Buikslotermeer heel sterk bewust van de manier waarop we elkaar bekijken. ‘De jongeren die ik vroeger bestempelde als achtergestelde straatjochies zagen zichzelf eigenlijk als heel normaal. Mij zagen ze dan weer als een vreemde casting-director.’ Tijdens de fietstocht op Over het IJ wil ze dan ook graag ‘de confrontatie tussen eenlingen uit totaal verschillende werelden’ laten zien.

De kritiek dat die aanpak misschien ook neigt naar ‘aapjes kijken’ legt ze naast zich neer. ‘Niemand heeft bepaald dat naar anderen kijken een misdaad is. De Duitse regisseur Christoph Schlingensief (1960-2010) is daarin een groot voorbeeld. Hij zette mensen van allerlei pluimage en daarbij ook sociaal zwakke groepen in de etalage; niet om hen voor schut te zetten, maar om bepaalde kwesties bloot te leggen.’

Stadskunstenaar De Man ziet vooral pragmatische voordelen in een langdurige verbintenis. ‘Het OOG heb ik voor elkaar gekregen omdat ik hulp had van tientallen bedrijven en organisaties die ik er ontmoet heb. Ik had het project ook kunnen bedenken zonder me eerst onder te dompelen in de stad, maar praktisch had ik het nooit kunnen uitvoeren. CANON maakte nu de kwaliteitsprints op de ogen mogelijk, Panasonic de animaties. Mijn activiteiten tijdens die eerste anderhalf jaar hebben honderdduizenden euro’s opgebracht.’

Die partners namen vervolgens ook extra publiek mee. ‘We hadden met het OOG drieduizend bezoekers, waarvan de overgrote meerderheid uit Den Bosch zelf, daar ben ik supertrots op,’ zegt De Man. ‘Dat was me nooit gelukt met een tournee langs de theaters.’

De stad

Naast bedrijven droeg ook de gemeente Den Bosch bij aan het project van De Man. Veel geld was er volgens de theatermaker niet beschikbaar, maar hij kreeg wel ‘een soort van antikraakkamertje, een officiële inauguratie en vervolgens ongelooflijk veel connecties’.

In Amsterdam steunt Stadsdeel Noord zijn installatie Sketch. ‘De Wijk-Makers’ krijgen er indirect steun, dankzij subsidies aan het Over het IJ Festival.

De theatermakers geven de plekken dan ook veel terug. In Buikslotermeer gaat Tuinstra ‘verhalen vertellen over hoe het leven van de bewoners functioneert en van buitenaf beïnvloed wordt’. Ze hoopt daarmee ‘een gesprek in gang te zetten tussen jongeren, ouderen, gezinnetjes, politici en politie.’

Met het project Sketch geeft De Man naar eigen zeggen ‘bewoners van de deelnemende buurten het gevoel dat ze gehoord worden’. Na het project geeft hij de tekeningen door aan plaatselijke politici. Zijn stadskunstenaarschap ondersteunt de missie van Den Bosch om meer jonge creatievelingen aan te trekken. ‘Er is sprake van een soort brain drain, het creatieve talent tussen de achttien en veertig trekt weg,’ zegt De Man. ‘Tegelijkertijd zoekt de gemeente naar manieren om sociale, culturele en commerciële organisaties veel meer met elkaar te verbinden.’

Tijdelijke Samenscholing gaf in zijn onderzoeksgebied enkel een kleine presentatie. ‘We hebben op een plaatselijke kunstbiënnale dagboekfragmenten gelezen en een lied laten horen,’ zegt acteur Bakker. Hij hoopt ooit ook in New Orleans The Big Easy te spelen, in een aangepaste versie, om te laten zien hoe de stad hen geïnspireerd heeft, maar voorlopig bestaan daarvoor nog geen concrete plannen. Zijn voorstelling staat alleen op Nederlandse festivals geprogrammeerd.

Hun verblijf werd dan ook niet door New Orleans, maar door Nederlandse partners mogelijk gemaakt. Productiehuis Rotterdam zorgde voor de financiering. Het artist in residence-programma Delta Workers regelde de contacten. Daarmee willen de Nederlandse kunstenaars Maaike Gouwenberg en Joris Lindhout hun fascinatie voor de Mississippi-delta delen met collega’s.

Zonder compromis

De Man en Tuinstra verbinden zich sterker aan hun onderzoeksplek, maar leggen bij de plaatselijke voordelen niet hun prioriteit. ‘Ik ben kunstenaar en maak kunstprojecten,’ zegt De Man. ‘Het is niet mijn taak om iets te veranderen in de stad.’

‘Ik maak geen community-theater,’ vult Tuinstra aan. ‘Het gaat mij niet om het verheffen. Het doel is niet om mensen zich er beter door te laten voelen, ze een uitlaatklep te geven of gezellig samen dingen te laten doen. Al zou dat wel een leuk effect zijn. Ik voel me in de eerste plaats een theatermaker die zich met haar bagage – regieopleiding, ervaring en repertoirekennis – verhoudt tot een wijk.’

De makers benadrukken daarbij hun artistieke onafhankelijkheid. ‘Ik maak wat ik wil maken, zonder compromis. Alle projecten in Den Bosch heb ik ook zelf voorgesteld,’ zegt De Man. ‘Als je ergens geen noodzaak toe voelt, moet je het niet doen.’ Ook de bedrijven zouden hem nooit artistiek belemmerd hebben: ‘Een fonds bemoeit zich vaak meer met de inhoud van je werk dan een commerciële organisatie.’

Tuinstra heeft ook ‘geen verlanglijstje van de gemeente meegekregen’. Toch vindt ze haar positie soms lastig. ‘De gemeente wil met kunstenaars vaak de wijk veranderen en het lelijke en de werkloosheid steeds verder naar buiten dringen. Je project kan bijdragen aan die ontwikkeling. Het is daarom belangrijk waar je je op focust. Ik probeer geen ideaalbeeld op te hangen, maar de wrijving en schuring in een stad te laten zien.’

Micro macro

De specifieke plek waarmee de makers zich verbinden, blijkt in veel gevallen ook inwisselbaar. De Man zegt zich zelfs nooit in de specifieke geschiedenis en achtergrond van Den Bosch verdiept te hebben. Hij ziet zijn projecten daar als ‘voorbeelden’. ‘Mijn ambitie is om lokaal iets te veroorzaken dat over de hele wereld kan toeren. Ik ben nu bezig om de ogen in verschillende landen te verkopen. Sketch stond al in tien verschillende Europese steden met locale tekenaars.’

Tuinstra koppelt haar bevindingen in Buikslotermeer graag aan grotere maatschappelijke invloeden, structuren en verhoudingen. Ze gaat daarvoor de komende maanden nog een socioloog of politicus uitnodigen. ‘Ik probeer in de kleine verhalen grotere structuren te ontdekken. Ik kijk hoe micro iets kan zeggen over macro.’

Bakker probeert de situatie in New Orleans heel erg op zijn eigen situatie, zijn eigen blinde vlekken te betrekken. ‘Hoe gaan wij om met het slavernijverleden? De verwoestende kracht van water? Of een niet tegen te houden gevaarfactor van buitenaf?’

Na het project laten de meeste makers hun werkgebied ook weer los. De volgende voorstelling van Tijdelijke Samenscholing zal niet over New Orleans gaan. Tuinstra ziet projecten in het buitenland voor zich. ‘Op zoek naar aanknopingspunten voor mijn persoonlijke vragen wil ik door verschillende gebieden trekken.’ De Man stopt over twee jaar als stadskunstenaar in Den Bosch. ‘Vaste organisaties zijn er al genoeg in de stad. Ik wil een onafhankelijke buitenstaander blijven, een nar die eerlijk kan zeggen wat hij ziet en denkt.’

foto Bas de Brouwer

‘De jongeren die ik vroeger bestempelde als achtergestelde straatjochies zagen zichzelf eigenlijk als heel normaal. Mij zagen ze dan weer als een vreemde casting-director’

Hilde Tuinstra

 

‘Ik ben kunstenaar en maak kunstprojecten. Het is niet mijn taak om iets te veranderen in de stad’

Lucas De Man

Dossiers

Theatermaker zomer 2015