Op donderdag krijgen we het bericht: de theaters sluiten. Er wordt verzocht thuis te werken en kwetsbaren te vermijden. We reageren vol ongeloof en nog een beetje sceptisch. Op vrijdag maak ik een appgroep aan met de makers die dit jaar door het hele land de veertig jongerenprojecten van Theater Na de Dam vormgeven. Zij zouden, ter inspiratie, in gesprek gaan met mensen die de Tweede Wereldoorlog meemaakten. Ik raad aan écht niet meer met die oudjes bij elkaar te komen, maar samen hardop na te denken over andere mogelijkheden. Makers besluiten te Zoomen en Facetimen, maar ook het ouderwets brievenschrijven wordt geopperd. Een enkeling haalt opgelucht adem: ‘Wij hebben de gesprekken net allemaal al gedaan!’

Op zaterdag wordt in die appgroep voor het eerst ook de vraag gesteld hoe digitaal te repeteren met de jongeren. Niet iedereen ziet dat direct voor zich, maar op zondag deelt maker Judith de choreografie die haar spelers thuis gemaakt hebben. We reageren enthousiast.

Op maandag zijn de scholen dicht, is horeca gesloten en wordt nog dringender verzocht absoluut niet in groepen bij elkaar te komen. Het regent bedrukte posts van zzp’ers op mijn tijdlijn: ‘We zijn al ons werk kwijt. Wat nu?’

Op dinsdag bedenk ik dat ik de maakopdracht aan de makers van de jongerenprojecten hoe dan ook wil laten staan: ik vraag hen gewoon om iets te maken, wat dan ook. Niet alleen omdat het belangrijk is om je juist in deze tijd via de geschiedenis tot het nu te verhouden, maar ook om rekening te houden met al die zzp’ers die voor ons werken. En misschien ook wel om een voorbeeld te stellen in de sector: ‘Wij laten jullie niet vallen. Sowieso niet. En ik wil dat jullie dat nu al weten. Ook al weten we nog niet hoe de tijd loopt.’

Op woensdag Zoomen we met het team en bestuur. Iedereen is binnen tien seconden akkoord en iemand zegt: het kan op deze manier ook heel waardevol worden. En zodoende laat ik die middag onze makers weten hoe Theater Na de Dam erin staat: ‘We moedigen jullie aan voor 4 mei iets waardevols te maken. De omstandigheden zullen uitwijzen wat iets waardevols is: een voorstelling (met of zonder publiek), een hoorspel, een podcast, een fotostrip, een digitale krant, wat dan ook.’ Ik kan het niet laten om iets waardevols de hele tijd dik en onderstreept te maken. Alsof ik bang ben dat in de veelheid van die mail en alle andere informatiestromen mijn boodschap anders ten onder gaat.

Op donderdag stromen de positieve reacties binnen. Ik benadruk steeds maar weer dat na 6 april ook kan blijken dat we gewoon voorstellingen met publiek mogen maken. Maar steeds vaker reageren makers met: ‘Denk je echt? Wij zien die podcast wel zitten.’

Op vrijdag komt er een bericht uit Drachten binnen. Maker Lisa sprak één van haar vertellers. Deze 94-jarige dame had geen boodschappen meer in huis, maar ook niemand in haar omgeving die kon helpen. Even later stond een 14-jarige speler van Lisa met boodschappen voor de deur van deze oudere stadgenoot. We sturen hartjes.

Het is zaterdag. Wat een veerkracht, wat een ideeën, wat een wereld… Iets waardevols. Ik ben benieuwd hoe dat er dit jaar uitziet.

Dossiers

Theatermaker mei 2020