Tankred Dorst speelde ongewild een bijrol in de Nederlandse toneelgeschiedenis: naar zijn stuk Toller werd in 1969 een rookbom gegooid. De vraagtekens in dat stuk bij een historische utopie (de Münchense Radenrepubliek van 1919) werden een voetnoot bij de ludieke utopie van Aktie Tomaat.

Ere wie ere toekomt: over de hereniging van de beide Duitslanden in 1990 schreef Rolf Hochhuth (1931) als eerste een toneelstuk: Wessis in Weimar, voorjaar 1993, een verzameling documentaire teksten zonder samenhang. Leeftijdgenoot Tankred Dorst wachtte iets langer en schreef veel beter. In Herr Paul (1994) creëerde hij een bokkige man uit het verleden, wonend in een oude Oost-Duitse zeepfabriek tussen boeken, een pianola, een gehandicapt vriendinnetje en een operagekke zus. Herr Paul wordt belegerd door de jonge yup Herr Helm, die zegt de fabriek te hebben geërfd en die er een wasserij wil beginnen. Het duel in de jungle van de nieuwe steden (Brecht lässt grüssen) lijkt een metafoor voor de ‘vijandige overname’ van de DDR door de Bondsrepubliek. Maar zo simpel ligt het bij Tankred Dorst nooit. Hij schreef een weemoedig stuk, met humor en zonder haat. München, Hamburg en Berlijn brachten het in 1994 meteen in hun grote schouwburgen. Zo ging dat bij Tankred Dorst. Hij schreef graag met de hartenklop van de tijd in zijn vingers. Maar er moest wel eerst een goed verhaal verzonnen worden.

Tankred Dorst is op 19 december 1925 geboren in Thüringen. In 1944 wordt hij op zijn negentiende voor de Wehrmacht opgeroepen en belandt hij na korte tijd aan het westelijk front in Amerikaans krijgsgevangenschap. Hij dient zijn ‘straf’ uit in fabrieken en op boerderijen. Die tijd ziet hij als zijn ‘leerjaren’. In 1950 haalt hij zijn Abitur, studeert Germanistiek en kunstgeschiedenis in Bamberg en theaterwetenschap in München. Daar willen ze zijn doorbraakstuk uit 1968 niet spelen: Toller – scènes uit een Duitse revolutie. Vijftig jaar na de historische gebeurtenissen, die ook het decor vormden voor het eerste succes van Brecht, Trommeln in der Nacht (1926), is die opstand van de Revoluzzer uit 1918 nog steeds een pijnlijke open wond in de Beierse hoofdstad. De wereldpremière is in Stuttgart in 1968, een jaar later volgt de eerste en enige uitvoering in Nederland, die van de rookbom in Amsterdam na een pijnlijke repertoireblunder van de Nederlandse Comedie, met alle nare gevolgen van dien. Geen slechte voorstelling trouwens. Wel een kansloze. Daarover in 2019 misschien meer. Bij ‘vijftig jaar Tomaat’.

De grote regisseur Peter Zadek (1926-2009) heeft van Toller in 1969 meteen een televisiebewerking gemaakt, Rotmord, nog altijd verplichte kost voor ieder die wil leren toneel in beeld om te zetten. Er ontstaat een levenslange vriendschap uit die samenwerking. Met Zadek maakt Tankred Dorst in 1972 de grootse Fallada-revue Kleiner Mann, was nun?, ook de opening van Zadeks vruchtbare jaren in Bochum en qua publieke belangstelling in Duitsland een jarenlange Renner. Net als Merlin oder das wüste Land uit 1981. Want Tankred Dorst blijft zich door zijn lange jaren heen met theater bezighouden. Samen met levensgezellin en schrijfcollega Ursula Ehler beheert hij een apothekerskast met vijftig laden, waarin vondsten, invallen, documentatie, ideeën en inspiratiebronnen voor nieuwe toneelteksten worden opgeborgen, zoals Fernando Krapp hat mir diesen Brief geschrieben en bewerkingen als Karlos.

In 2014 neemt hij deel aan een forum over toneelspelen versus performance: ‘Toen ik met stukken schrijven begon waren de scheidslijnen tussen de verschillende spelvormen strikt en streng. Kijk ik nu om me heen dan zie ik hoge kwaliteit en een vrijere manier van verhalen vertellen. En in het theater vertellen wij verhalen. Daarin is veel mogelijk. Als iemand over een toneel loopt en tegen de leegte snauwt, dan is dat ook een verhaal. En als dat geen theater is, dan noemen we het toch gewoon thaeter. Zo zou Brecht dat tenminste aanpakken.’ Toneeljournalist Franz Wille voegt daar in zijn Nachruf in Theater Heute aan toe: ‘Opener, ondogmatischer en nieuwsgieriger kun je over het vak nauwelijks spreken. Dit inzicht is niet pompeus, eerder nuchter en bescheiden. Zo spreekt iemand die in zijn denken en schrijven heeft afgezien van eerzucht en grote woorden.’

Tankred Dorst stierf op 1 juni 2017 in Berlijn. Hij is 91 jaar geworden.

Foto: Franzi Kreis

 

Dossiers

Theatermaker september 2017