In het kielzog van de #MeToo-beweging volgde #TimesUp: een wereldwijd verzet tegen seksueel misbruik en alle andere vormen van ongelijkheid tussen mannen en vrouwen op de werkvloer. In Groot-Brittannië zetten actrices Lizzie Berrington en Polly Kemp de campagne ERA5050 op, die zich vooral richt op een gelijke representatie van mannen en vrouwen in tv, film en theater. Theatermaker sprak met Kemp over het initiatief.

Ik spreek Polly Kemp middenin de hectiek van de coronacrisis – ze moet er nog een beetje aan wennen dat het leven er voorlopig drastisch anders uit ziet. Ze blijft echter optimistisch: ‘Twee maanden thuis zitten gaat me ook eens de tijd geven om meer over outreach na te denken – het oorspronkelijke plan voor ERA5050 was ook om actrices overal ter wereld te bereiken en niet alleen die in Engeland en de VS.’

Kemp, buiten Engeland vooral bekend door haar rollen in tv-series als The Thick of It en The End Of The F***king World, loopt gedurende haar hele loopbaan al tegen seksisme aan. ‘Op mijn acteeropleiding was er een duidelijke hiërarchie tussen mannen en vrouwen, ook vanwege de sterke focus op klassiek repertoire. Dat bleef zo toen ik was afgestudeerd – er waren gewoon veel meer rollen voor mannen dan voor vrouwen, waardoor ik ten opzichte van mijn mannelijke collega’s achterbleef. Ik ben me er altijd bewust van geweest dat ik niet de kans heb gehad om tot mijn volle potentieel als actrice te komen.’

Toen collega-acteur Lizzie Berrington met het idee kwam om de ongelijkheid in de sector bespreekbaar te maken, was ze dan ook meteen enthousiast. ‘Lizzie had een onderzoeksrapport gelezen van het Geena Davis Institute on Gender in Media, waaruit onder andere bleek dat wereldwijd slechts ongeveer 30 procent van de filmrollen door vrouwen worden gespeeld, en slechts 25 procent van de hoofdrollen. Ze stuurde een sms naar alle actrices die ze kende met het voorstel om eens samen te komen om de ongelijkheid in de sector te bespreken. Ik had haar nog nooit ontmoet maar ik heb meteen met haar afgesproken. Ik merkte dat ik naarmate ik ouder werd steeds minder werk kreeg dus ik had het gevoel dat ik niet veel te verliezen had.’

‘We begonnen met een ontmoeting met een groep actrices in Soho Theatre in 2015, met een mooie balans op het gebied van leeftijd en ervaring. We bespraken welke onderwerpen we belangrijk vonden: het gebrek aan rollen (zeker voor actrices boven de veertig), de loonkloof tussen mannen en vrouwen. Het was nog voor #MeToo, maar vanzelf kwam ook grensoverschrijdend gedrag ter sprake, en wat er van ons als actrices in seksscènes zoal gevraagd werd – maar het voelde alsof dat een te precair punt was om publiekelijk aan te snijden (zo zie je maar hoe belangrijk #MeToo is geweest, om dat ook bespreekbaar te maken). Ons idee was: als we er nu eerst voor zorgen dat er méér vrouwen op iedere filmset en in iedere theaterproductie aanwezig zijn, biedt dat uiteindelijk voldoende kritische massa om ook de fundamenten van de systemische ongelijkheid aan te pakken – en zo alle andere uitwassen te tackelen.’

‘Maar hoe begin je zo’n campagne? We wisten dat we zowel de grote spelers in tv, film en theater als parlementsleden moesten bereiken, maar hoe pak je dat aan? Het werkt het beste als je ook meteen al met oplossingen komt en niet alleen een probleem aansnijdt. Wat erg heeft geholpen is dat we in contact kwamen met Belinde Ruth Stieve, een Duitse actrice en de bedenker van NEROPA (Neutral Roles Parity), een hele praktische tool om meer gendergelijkheid in bestaande scripts te creëren. Drie mensen lezen het script door en bepalen welke rollen eigenlijk net zo goed vrouwelijk als mannelijk zouden kunnen zijn en verdelen die rollen (die gemiddeld vaak door mannen worden gespeeld) dan gelijkelijk. Met dat soort simpele middelen kun je al een heel ander gesprek voeren met decision makers.’

‘Maar voorafgaand aan die gesprekken moet je er eerst achter komen wie de decision makers eigenlijk zijn. Wie bepaalt er überhaupt wie er bij voorbeeld een schrijfopdracht krijgt? We hadden een boeiend gesprek met Erica Whyman, de assistent artistiek leider van de Royal Shakespeare Company, over hoe zij de keuze maken om met een schrijver al dan niet in zee te gaan. Uit dat gesprek bleek dat de houding van degene die een pitch komt doen bijna net zo belangrijk is als het werk zelf: mannen komen over het algemeen met meer bravoure en minder zelfrelativering binnen en krijgen dan de klus, terwijl vrouwen wat terughoudender – je zou ook kunnen zeggen: eerlijker – zijn over de kwaliteit van hun werk. We zijn nu bezig met een speciaal fonds voor vrouwelijke toneel- en filmauteurs, en je merkt daar dat het een vicieuze cirkel is: als je vaak wordt afgewezen wordt het steeds moeilijker om met veel zelfvertrouwen je volgende pitch te doen. Dat fonds is broodnodig: slechts 11 procent van nieuwe tv- en theatercomedy’s wordt bij voorbeeld door een vrouw geschreven.’

‘Het belangrijkste is zichtbaarheid. Ons grote moment was een evenement in de British Academy of Film and Television Arts in 2018, waar we meer dan 150 industry leaders voor bij elkaar kregen. We presenteerden cijfers over de ongelijke verhoudingen in de sector en gaven ze een hele duidelijke boodschap mee: ‘Ga terug naar jullie organisaties en bedenk hoe je meer vrouwen in sleutelposities krijgt.’ Een van de resultaten daarvan was dat Saskia Schuchter, die leidinggeeft aan de comedy-afdeling van ITV, het platform Comedy 50:50 ontwikkelde: een initiatief om in comedy op alle posities meer vrouwen aan de slag te laten gaan.’

‘Je merkt wel dat toonzetting erg belangrijk is als je duurzame verandering wilt bewerkstelligen – je wordt als vrouw toch snel als boos of snibbig aan de kant gezet. Niets ten nadele van jonge activistes overigens, maar ik merk wel dat als je jong bent je je iets meer boosheid kan veroorloven in de publieke opinie. Als vrouw van middelbare leeftijd word je dan vlug in het hokje van verbittering geplaatst.’

‘Ik denk echt dat er een ander gesprek ontstaat als vrouwen even veel werk en kansen krijgen als mannen – dan komen zaken als ingesleten seksistische stereotypes en omgangsvormen op de werkvloer ook ter sprake. Dat gaat ook over communicatie, over het creëren van een werkomgeving waarin iedereen zich gehoord voelt en zich veilig voelt om mee te praten. We moeten breken met het idee van de geniale mannelijke kunstenaar die zich op de set als een tiran gedraagt.’

‘De afgelopen jaren zijn er zeker stappen gezet, maar we moeten uitkijken voor schijnoverwinningen. Er zijn meer producties waarin vrouwen belangrijke rollen spelen, maar wat je ziet is dat slechts een kleine groep vrouwen daarvan profiteert: in reactie op de onvrede zetten producenten steeds op dezelfde paar vrouwelijke creatives in terwijl het wantrouwen jegens vrouwen in algemene zin nauwelijks vermindert. We moeten in de toekomst echt naar hiring practices gaan kijken: hoe worden op ieder niveau posities ingevuld?’

‘Waar je je echt van bewust moet zijn als je iets als deze campagne wilt opzetten, is dat het 80 procent gaat om fundraising. Om bewustwording te creëren moet je zichtbaar zijn, en dat kost geld: zeker omdat we iedereen die iets voor ons doet fatsoenlijk willen kunnen betalen. We hebben zelf niet het budget om zelf organisaties in andere landen financieel te ondersteunen, maar we zijn ons er enorm van bewust dat dit een wereldwijd probleem is en we zouden daarom dolgraag met andere initiatieven willen samenwerken.’

Beeld Gemma Pauwels

Duitsland

In Duitsland is een vergelijkbare beweging: Pro Quote, verdeeld in een organisatie voor film en tv en een voor theater (Pro Quote Bühne). Pro Quote streeft naar pariteit in alle theater- en filmberoepen. De organisaties zijn stevig ingebed in de in Duitsland nog altijd actieve vrouwenbeweging en is één van zeventien vrouwenverbonden die de Verklaring van Berlijn 2017 uitgaf, die gelijke behandeling van vrouwen in alle maatschappelijke domeinen eist.
Pro Quote Bühne wijst op het feit dat 78 procent van alle theaters door mannen worden geleid, en dat 75 procent van alle gespeelde stukken door mannen zijn geschreven. De organisatie eist dat die verdeling 50/50 wordt en ziet een quotum daarbij als nuttig instrument. Er is draagvlak: de directeur van Theatertreffen gaf bijvoorbeeld aan dat de selectie van meest opmerkelijke voorstellingen van het afgelopen jaar voortaan voor de helft uit producties van vrouwelijke regisseurs moet bestaan.

Nederland

Inmiddels is er ook een in Nederland een vergelijkbaar initiatief gestart. In de podcast De Bitch en de Hoer zoeken Jacqueline Blom en Corien van der Zwaag naar de onderliggende mechanismen van de ondergeschoven positie van de vrouw in film, televisie en theater. De podcast is het begin van een grotere beweging. Zo zal er een onderzoek starten naar de Nederlandse feiten en cijfers .
Filmwetenschapper Iris van Vliet zal in samenwerking met de Universiteit Utrecht een onderzoek starten naar de verdeling van hoofd- en bijrollen, screentime en hoeveelheid tekst over mannen en vrouwen in film en televisie. Daarnaast zal het repertoire in de Nederlandse theaters onder loep genomen worden. Een volgende stap zal een manifestatie in dit najaar zijn.

Wil je op de hoogte blijven? Of wil je je als film- en theaterwetenschapper wellicht inzetten voor dit onderzoek?
Meld je aan voor de mailinglijst op Theaterkrant.nl/era5050.

Dossiers

Theatermaker mei 2020