Dertig jaar geleden, in 1985, werd het Amsterdams Marionetten Theater opgericht en nog steeds is dit theater vlakbij de Nieuwmarkt een ontdekking. Hier staat het toneelspel in dienst van het klassieke marionettentheater, gedragen door muziek. Maar ook en vooral voor verbeelding.

Neem het begin van de productie De wonderbaarlijke reis van Doctor Faust naar het beroemde verhaal van de boekenkenner Faust, die voor de ultieme waarheid zijn ziel aan de duivel verkoopt. Omhuld door rook vaart Charon de veerman over. Hij is het moe alsmaar saaie zielen, dronkenlappen en andere sukkels naar het dodenrijk over te brengen. Hij wil een spannende gast. De god van de onderwereld, Pluto, belooft hem dat hij aan zijn verzoek zal voldoen. De toeschouwer krijgt op een open wijze entree tot de voorstelling.

Na dit fraaie, raadselachtige begin komt er een volgend mooi beeld: de werkkamer van Doctor Faust. Op ingenieuze wijze glijdt een werktafel gedragen door boeken de bühne op, daarna stoel en boekenkast. Tot slot Faust zelf, met gesproken tekst van Jan Polak. Hij twijfelt aan alles, en is uiteindelijk niet in staat ondanks al zijn boekenwijsheid het mysterie van het leven te verklaren. Dan hoort hij stemmen die hem ertoe verleiden zich over te geven aan het kwaad, gepersonifieerd door Mefisto (Dick Cohen). De poppen zijn allemaal prachtig. De kale Mefisto is een gladde, rappe verleider met een licht-duivelse maar ook geamuseerde expressie in zijn houten gezicht. Faust kijkt zorgelijk; hij is gekleed in rode mantel. Ook de andere personages zijn bijzonder, onder wie Casperl (Wiebe-Pier Cnossen), de fris-blonde Hanswurst die de vrolijke aanjager is van het Duitse poppenspel.

De regie, tekst en muziekkeuze zijn in handen van Hendrik Bonneur en Frederieke Cannegieter. Het klankpalet is rijk en veelzijdig met muziek Gounod, Wagner en Offenbach en van de nauwelijks bekende Italiaanse componist Romualdo Marenco (1841-1907). Dirigent en muzikaal leider Vaughan Schlepp, ook bekend van het Friese Opera Nijetrijne, zorgt voor een boeiend muzikaal geheel dat prachtig aansluit bij de verwikkelingen. Opvallend en vernieuwend is de keuze van regie en muziek voor de periode 1843-1890, een tijd die uitmunt door een explosieve opeenvolging van ontdekkingen. Die tijd past wonderwel bij het verlangen van Faust naar kennis. Hij bezoekt de Wereldtentoonstelling in Parijs (1889), waar hij dineert met Louis Pasteur en Gustave Eiffel.

Een bijzondere terzijde is dat de organisator van de Wereldtentoonstelling, Duc de Dindon, zijn Duchesse de Dindon zodanig verwaarloost dat zij het aanlegt met Faust. Een leuke lichtzinnige terzijde, met de juiste Franse frivolité. Maar Faust is alweer onderweg naar zijn universiteit van Wittenberg. Hij en Mefisto reizen erheen per eenmotorig propellervliegtuig. Dat is een ijzersterk beeld: Faust in een vliegtuig, dat zagen we niet eerder.

De wetenschap roept, de liefde laat hem onberoerd. Om hem nog meer in zijn netten te verstrikken stuurt Mefisto de beeldschone Helena op hem af, een blonde verschijning die door de lucht zweeft. Vliegen speelt trouwens een grote rol in deze Doctor Faust: een kraai als aankondiger van de dood en een haan als lievelingsvogel van Faust kiezen herhaaldelijk het luchtruim. Niet voor niets klinkt Der Fliegende Holländer regelmatig op. Omdat de poppenspelers de marionetten van bovenaf bedienen, aan zo goed als onzichtbare draden, is het zweven en vliegen als vanzelfsprekend een boeiende artistieke mogelijkheid. Aan het slot zien we Charon opnieuw in rook en mist de Styx, de dodenrivier, oversteken. Maar Faust zit niet in zijn boot. Dat is een spannend gegeven. Waar is hij? Het is aan de toeschouwer hier een heel eigen interpretatie aan te verbinden.

In elk geval biedt deze marionettenversie van de legende van Doctor Faust een nieuwe invalshoek: Faust wordt bespeeld door hogere machten en hij begeert ook de magie van hogere machten. Mefisto kunnen we beschouwen als de poppenspeler die meester is over Faust. Want we kunnen zeggen dat Faust altijd wetenschap zoekt, hij is ook op zoek naar de duistere kant van het leven, dat maakt hem keer op keer boeiend. Het Amsterdams Marionetten Theater neemt ook de negentiende en vroeg twintigste-eeuwse traditie van het Faust-poppenspel mee; deze historische rijkdom biedt een extra aanbeveling voor deze intieme voorstelling.